Uitspraak
1.De verdere procedure
- het tussenvonnis van 7 augustus 2024,
- de akte van [de B.V.] met een verzoek om aanhouding, door de griffie per e-mail ontvangen op 3 september 2024 van [e-mailadres] ;
- de brief van de griffie aan partijen van 4 september 2024: dat er uitstel wordt verleend aan [de B.V.] tot 2 oktober 2024,
- de “retour afzender” (reden: ongeldig/incompleet adres) ontvangen brief aan [de B.V.] van 4 september 2024;
- de brief van de griffie aan [de B.V.] van 11 september 2024 (ditmaal zonder toevoeging “ [nummers] ” aan [huisnummer] ): dat er uitstel wordt verleend aan [de B.V.] tot 2 oktober 2024;
- de brief van de griffie aan partijen van 7 oktober 2024: dat er geen reactie meer is ontvangen en de zaak wordt verwezen naar de rol van 13 november 2024 voor vonnis;
- de “retour afzender” (reden: onbekend) ontvangen brief aan [de B.V.] van
- de e-mail van de griffie aan [de B.V.] ( [e-mailadres] ) van 10 oktober 2024 met een afschrift van de brieven van de griffie van 11 september 2024 en 7 oktober 2024;
- de op 29 oktober 2024 “retour afzender” (onbekend) ontvangen brief aan [de B.V.] van 7 oktober 2024.
2.De verdere beoordeling
e-mail aan [de B.V.] toegestuurd. De e-mail is gericht aan het e-mailadres waarmee de akte van 3 september 2023 aan de griffie was gestuurd. De e-mail is niet retour gekomen. De kantonrechter gaat er daarom van uit dat de brieven [de B.V.] alsnog per e-mail hebben bereikt. Kennelijk wenst [de B.V.] geen gebruik te maken van de gelegenheid om tegenbewijs te leveren.
€ 320,00 aan griffierecht en € 428,42 aan explootkosten (= € 233,28 + € 97,57 + € 97,57), en op € 406,00 aan salaris advocaat (1 rekest x tarief € 406,00), oftewel op € 1.154,42 in totaal.
nakosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.
3.De beslissing
nakosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald,