ECLI:NL:RBZWB:2024:820
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Rekestprocedure
- mr. Toekoen
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek gezamenlijk ouderlijk gezag na mislukking UHA-traject en gebrek aan samenwerking
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 13 februari 2024 uitspraak gedaan in een verzoek tot gezamenlijk ouderlijk gezag over een minderjarige, ingediend door de man. De rechtbank heeft het verzoek afgewezen, omdat de man niet meewerkte aan een raadsonderzoek en eerder had aangegeven zijn verzoek te willen intrekken. De vrouw, die het eenhoofdig ouderlijk gezag uitoefent, heeft de minderjarige erkend en de man heeft een conflictueuze relatie met haar, waarbij mogelijk sprake is geweest van huiselijk geweld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de communicatie tussen de ouders minimaal is en dat de man zich niet betrokken toont bij de opvoeding van de minderjarige. De Raad voor de Kinderbescherming heeft negatief geadviseerd over het verzoek van de man, mede omdat het UHA-traject is mislukt door zijn gebrek aan medewerking. De rechtbank concludeert dat er een onaanvaardbaar risico bestaat dat de minderjarige klem of verloren raakt tussen de ouders, en dat gezamenlijke gezagsuitoefening op dit moment niet in het belang van het kind is. De proceskosten worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.