Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
- Partijen hebben sinds 9 april 2008 een overeenkomst met elkaar op grond waarvan Ennatuurlijk warmte en/of koude en warm tapwater (hierna: warmte) levert aan het adres van [gedaagde] ;
- [gedaagde] moet voor de levering van warmte een voorschot van € 246,41 per maand (ten tijde van dagvaarding) betalen;
- [gedaagde] heeft een achterstand in de betaling van voorschotbijdragen en facturen laten ontstaan tot een bedrag van € 3.513,69, waarop de door haar verrichte betalingen van totaal € 654,10 in mindering strekken;
- Ennatuurlijk heeft [gedaagde] , met inachtneming van het in de Warmteregeling bepaalde, aangemaand en bij een instantie ten behoeve van schuldhulpverlening aangemeld;
- Ennatuurlijk heeft in 2022 een nieuwe warmte-installatie bij [gedaagde] aangebracht;
- De meter van [gedaagde] kan vanaf medio januari 2024 niet meer worden uitgelezen door Ennatuurlijk;
- Sinds 9 januari 2024 stond een onderhoudsopdracht open om de installatie te controleren en te onderhouden, die eerst op 6 november 2024 (de dag voor de mondelinge behandeling), heeft kunnen plaatsvinden;
- Ennatuurlijk heeft geen bericht ontvangen dat [gedaagde] gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid van schuldhulpverlening.
3.Het geschil
4.De beoordeling
Indien en zodra de Aanvrager en/of Verbruiker in verzuim is, is hij tevens een extra bedrag verschuldigd, onverminderd het recht van het Bedrijf op een wettelijke rentevergoeding wegens te late betaling en op vergoeding van de redelijke kosten van gerechtelijke en buitengerechtelijke inning en onverminderd het bepaalde in artikel 18 van de Leveringsvoorwaarden.”