In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 21 oktober 2024 een zorgmachtiging verleend voor de duur van zes maanden op verzoek van de officier van justitie. Betrokkene, geboren in 1961, vertoont ernstige psychische problemen, waaronder schizofrenie, en heeft geen ziekte-inzicht. De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene ernstig nadeel ondervindt, waaronder levensgevaar, ernstige psychische en materiële schade, en verwaarlozing. De rechtbank heeft de situatie van betrokkene beoordeeld aan de hand van een verzoekschrift dat op 10 oktober 2024 is ingediend, en na een mondelinge behandeling op 21 oktober 2024, waarbij betrokkene en haar advocaat, mr. C.J.M. Veth, aanwezig waren. De behandelaar en casemanager van het FACT-team hebben ook getuigenis afgelegd over de zorgwekkende situatie van betrokkene, die onder andere niet in staat is om voor zichzelf te zorgen en overlast veroorzaakt in de buurt. De rechtbank concludeert dat er geen mogelijkheden zijn voor passende zorg op vrijwillige basis en dat verplichte zorg noodzakelijk is. De rechtbank heeft de gevraagde zorgmachtiging verleend, inclusief maatregelen zoals het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door rechter Willemsen, met griffier mr. Brok aanwezig.