ECLI:NL:RBZWB:2024:8652

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
31 oktober 2024
Publicatiedatum
16 december 2024
Zaaknummer
C/02/427529 / FA RK 24-4735
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • mr. Smits
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging voor betrokkene met psychische stoornis en zelfdestructief gedrag

In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 31 oktober 2024 uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 2003. De rechtbank heeft de beschikking verleend op verzoek van de officier van justitie, die een zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden had aangevraagd. Tijdens de mondelinge behandeling, die plaatsvond met gesloten deuren, zijn zowel de betrokkene als haar advocaat, mr. M.A.J. Timmermans-Roelands, gehoord, evenals de zorgverantwoordelijke en een verpleegkundige. De betrokkene verblijft op dat moment op basis van een zorgmachtiging bij een accommodatie en heeft aangegeven dat haar situatie moeizaam is, maar dat het sinds kort beter gaat door een overplaatsing naar een prikkelarmere afdeling. De betrokkene heeft een voorkeur uitgesproken voor een kortere zorgmachtiging van zes maanden in plaats van twaalf maanden, vanwege de onduidelijkheid over een aanstaande overplaatsing naar een andere kliniek.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan verschillende psychische stoornissen, waaronder een autismespectrumstoornis en zelfdestructief gedrag. Dit gedrag leidt tot ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en ernstige psychische schade. De rechtbank oordeelt dat verplichte zorg noodzakelijk is, omdat er geen mogelijkheden zijn voor passende zorg op vrijwillige basis. De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor de duur van negen maanden, waarbij verschillende vormen van verplichte zorg zijn toegewezen, zoals het toedienen van medicatie en het verrichten van medische controles. De rechtbank heeft geconcludeerd dat deze maatregelen evenredig en effectief zijn, en dat de zorgmachtiging noodzakelijk is om de geestelijke gezondheid van de betrokkene te stabiliseren en te herstellen.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Middelburg
Zaaknummer: C/02/427529 / FA RK 24-4735
Datum uitspraak: 31 oktober 2024
Beschikking zorgmachtiging
op het verzoek van de officier van justitie voor
[betrokkene],
geboren op [geboortedag] 2003 in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen betrokkene,
wonende te [plaats] ,
advocaat mr. R. Heemskerk te Den Haag.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De rechtbank neemt de volgende stukken mee in haar beoordeling:
- het verzoekschrift met bijlagen, binnengekomen bij de rechtbank op 11 oktober 2024.
1.2.
De mondelinge behandeling met gesloten deuren heeft plaatsgevonden op 31 oktober 2024. Daarbij zijn gehoord:
  • betrokkene, bijgestaan door haar advocaat, mr. M.A.J. Timmermans-Roelands, waarnemend voor mr. R. Heemskerk;
  • de heer [naam 1] , zorgverantwoordelijke, behandelaar;
  • de heer [naam 2] , HIC verpleegkundige.

2.Wat vaststaat

2.1.
Betrokkene verblijft op grond van een zorgmachtiging bij [accommodatie] .

3.Het verzoek

3.1.
De officier van justitie verzoekt de rechtbank een zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden te verlenen.

4.De standpunten

4.1.
Betrokkene geeft aan dat het nog steeds moeizaam gaat. Ze vraagt zich openlijk af of er veel veranderd is sinds de vorige mondelinge behandeling, al vertelt ze dat het sinds een paar weken beter gaat omdat ze op een andere, prikkelarmere, afdeling zit. Met betrekking tot de duur van de zorgmachtiging heeft betrokkene kenbaar gemaakt dat ze een voorkeur heeft voor duur van zes maanden in plaats van twaalf maanden. Dit in verband met de aanstaande overplaatsing naar een andere kliniek. Het is nog onduidelijk wanneer en naar welke kliniek deze overplaatsing zal geschieden. Hierdoor is het voor betrokkene onduidelijk of ze het fijn gaat vinden in de nieuwe kliniek. Met een kortere duur van de zorgmachtiging kan betrokkene eerder weglopen, mocht ze het daar niet naar haar zin hebben. Desgevraagd geeft betrokkene aan dat de wens om losgelaten te worden voornamelijk voortkomt uit de destructieve stem in haar hoofd. Haar ‘eigen’ stem zegt haar dat ze ook wel bang is om opeens op straat te staan zonder hulp of zorg. Betrokkene stelt dat het destructieve gedrag voortkomt uit onderliggende problemen en dat het beter zou moeten gaan als deze onderliggende problemen verminderen.
4.2.
De advocaat van betrokkene bepleit een verkorte duur van de zorgmachtiging. Betrokkene heeft aangegeven zelf een voorkeur te hebben voor een duur van zes maanden. Dit is verband met de uitzichtloosheid die een zorgmachtiging met een duur van 12 maanden met zich meebrengt. En verkorte duur zorgt, zeker gezien de jonge leeftijd van betrokkene, voor meer perspectief. Tijdens de verkorte zorgmachtiging kan dan worden gezocht naar een juiste plaats voor betrokkene. Daarnaast pleit de advocaat van betrokkene voor afwijzing van de verzochte verplichte zorgvormen ‘uitoefenen van toezicht op betrokkene’ en ‘aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten’, gezien deze niet noodzakelijk zijn. Voor het verdere oordeel refereert de advocaat van betrokkene zich aan het oordeel van de rechtbank.
4.3.
De behandelaar van betrokkene vertelt dat er recent een tegenslag is geweest, doordat een in het vooruitzicht liggende overplaatsing niet door gaat. Hierdoor moet er weer een nieuw plan gemaakt worden voor betrokkene. De behandelaar stelt dat ze niet anders kunnen dan naar andere kliniek kijken, omdat hij merkt dat ze bij [accommodatie] de regie over haar eigen leven op dit moment niet terug kunnen geven aan betrokkene. De situatie is niet verbeterd sinds de vorige mondelinge behandeling en het zelfdestructieve gedrag is toegenomen in ernst. Voorts geeft de behandelaar aan dat hij de wens van betrokkene met betrekking tot het verkorten van de duur van de zorgmachtiging wel kan volgen en dat hij dit haar ook gunt, mits deze wens niet het gevolg is van het gehoor geven aan de destructieve stem in haar hoofd. De verplichte zorgvormen waartegen de advocaat van betrokkene verweer voert zijn door de behandelaar in het verleden niet veel gebruikt, en wanneer deze werden ingezet is dit altijd in samenspraak geweest met betrokkene. Deze zorgmodaliteiten worden door de behandelaar niet als noodzakelijk geacht. Van de overige verzochte verplichte vormen van zorg wordt door de behandelaar daarentegen wel voorzien dat ze noodzakelijk zijn.

5.De beoordeling

5.1.
De rechtbank verleent de gevraagde machtiging voor de duur van negen maanden. Zij legt hierna uit waarom zij deze beslissing neemt.
5.2.
De rechtbank is van oordeel dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis. Betrokkene heeft namelijk onder meer neurobiologische ontwikkelingsstoornissen, depressieve stoornissen en disruptieve-, impulsbeheersings- en andere gedragsstoornissen. Bij betrokkene is er sprake van een autismespectrumstoornis in samenhang met emotieregulatie-, eet- en stemmingsproblematiek en zelfdestructieve gedragspatronen. Dit wordt door betrokkene niet betwist
5.3.
Het gedrag van betrokkene leidt als gevolg van haar psychische stoornis tot ernstig nadeel. Dit nadeel bestaat uit:
- levensgevaar;
- ernstig lichamelijk letsel;
- ernstige psychische schade;
- ernstige verwaarlozing;
- maatschappelijke teloorgang;
- ernstige verstoorde ontwikkeling.
5.4.
Bij betrokkene is sprake van een toenemend zelfdestructief gedrag. Dit gedrag wordt onder de invloed van stemmen in haar hoofd gepleegd. Het gevolg geven aan deze stemmen heeft ertoe geleid dat betrokkene reeds meerdere suïcide pogingen heeft gedaan. Er ontstaan fysieke klachten wanneer betrokkene geen gehoor geeft aan de stemmen in haar hoofd die haar manen tot zelfverwonding of -doding. Betrokkene zelf geeft aan geen suïcide te willen plegen, maar ze ziet dit als één van de weinige oplossingen voor het ondragelijke lijden. Wanneer er sprake is geweest van overprikkeling volgen vaak suïcidepogingen of zelfdestructieve gedragingen. Door de sterke verbale presentatie van betrokkene is het risico op overprikkeling, overvraging en overschatting erg groot. Tot slot hebben de langdurige klinische opnames ertoe geleid dat betrokkene op haar jonge leeftijd geen gezonde ontwikkeling kan doormaken. Sinds de meest recente opname is betrokkene ook dakloos.
5.5.
Om het ernstig nadeel af te wenden of de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen heeft betrokkene zorg nodig.
5.6.
Er zijn geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis. Betrokkene heeft in het verleden meerdere ontsnappingspogingen gedaan. Ze geeft ook aan dat ze bij voorkeur een kortere duur van de zorgmachtiging wil, zodat ze redelijk snel weg kan lopen als de kliniek waarnaar ze uiteindelijk overgeplaatst gaat worden haar niet bevalt. Betrokkene bekent dat deze wens voornamelijk gevormd wordt door de destructieve stem in haar hoofd. Daarom is verplichte zorg nodig. De rechtbank is op grond van het zorgplan, de medische verklaring, het advies van de geneesheer-directeur en de toelichting tijdens de mondelinge behandeling van oordeel dat de volgende vormen van verplichte zorg nodig zijn:
- het toedienen van medicatie;
- het verrichten van medische controles;
- het beperken van de bewegingsvrijheid;
- onderzoek aan kleding of lichaam;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- opnemen in een accommodatie.
5.7.
Betrokkene geeft zelf aan dat ze niet op vrijwillig basis “gewogen” wil worden. De behandelaar kaart aan dat die vorm van medische controle voorzienbaar is gezien het medicatiegebruik en een eetstoornis in het verleden. De rechtbank is overtuigd van de noodzaak van het opnemen van “het verrichten van medische controles”, als een vorm van verplichte zorg, ook als dit betekent dat betrokkene gewogen moet worden. De overige toegewezen zorgmodaliteiten worden niet betwist.
5.8.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
5.9.
De vormen van verplichte zorg die de rechtbank toewijst, zijn evenredig en naar verwachting effectief. Bij het bepalen van de juiste vormen van zorg is rekening gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen en om te zorgen voor de veiligheid van betrokkene en haar omgeving.
5.10.
De rechtbank is van mening dat gelet op de ontwikkelingen in de nabije toekomst, onder meer de overplaatsing naar hopelijk een andere kliniek, een zorgmachtiging voor de duur van 9 maanden in deze passend is.

6.De beslissing

De rechtbank:
6.1.
verleent een zorgmachtiging voor
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 2003 in [geboorteplaats] , inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen als genoemd in paragraaf 5.6 kunnen worden getroffen;
6.2.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met
31 juli 2025;
6.3.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 31 oktober 2024 door mr. Smits, rechter, in aanwezigheid van mr. Brok, griffier en op schrift gesteld op 14 november 2024.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.