ECLI:NL:RBZWB:2024:8799

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
18 december 2024
Publicatiedatum
19 december 2024
Zaaknummer
C/02/427072 / HA ZA 24-544 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • mr. Stoof
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Incident onbevoegdheid en verwijzing in verband met forumkeuze

Op 18 december 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een incident betreffende de onbevoegdheid van de rechtbank. De zaak betreft een geschil tussen [de persoon], eiser in de hoofdzaak en verweerder in het incident, en de besloten vennootschap [de B.V.], gedaagde in de hoofdzaak en eiseres in het incident. De rechtbank heeft vastgesteld dat er in de tussen partijen gesloten overeenkomst een forumkeuze is gemaakt voor de rechtbank Oost-Brabant, locatie ’s-Hertogenbosch. Dit werd door beide partijen erkend. De rechtbank heeft daarom besloten zich onbevoegd te verklaren om kennis te nemen van de vorderingen van [de persoon] en heeft de zaak verwezen naar de bevoegde rechtbank. Tevens is [de persoon] veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 1.392,00, te betalen binnen 21 dagen na de datum van het vonnis. De rechtbank heeft de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De uitspraak is openbaar gemaakt op dezelfde dag.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Cluster II Handelszaken
Breda
zaaknummer / rolnummer: C/02/427072 / HA ZA 24-544
Vonnis in incident van 18 december 2024
in de zaak van
[de persoon]h.o.d.n.
[handelsnaam],
wonende te [plaats 1] ,
eiser in de hoofdzaak,
verweerder in het incident,
advocaat mr. J.J.A. Braspenning te Tilburg,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[de B.V.],
gevestigd te [plaats 2] ,
gedaagde in de hoofdzaak,
eiseres in het incident,
advocaat mr. D.D. Weeland te Tilburg.
Partijen zullen hierna [de persoon] en [de B.V.] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding, met producties genummerd 1 tot en met 19,
  • de incidentele conclusie tot houdende exceptie van relatieve onbevoegdheid voor alle weren,
  • de conclusie van antwoord in incident.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.

2.De vordering in het incident

2.1.
[de B.V.] vordert dat de rechtbank zich, bij vonnis voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
a. zich onbevoegd verklaart om van de vorderingen van [de persoon] kennis te nemen;
b. [de persoon] veroordeelt in de kosten van het geding binnen veertien dagen na dagtekening van het vonnis, en indien voldoening niet binnen deze termijn plaatsvindt, verminderd met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW te rekenen vanaf de vijftiende dag na het vonnis.
2.2.
[de B.V.] stelt dat in de tussen partijen gesloten overeenkomst een forumkeuze is gedaan voor de bevoegde rechter in ’s-Hertogenbosch. Door [de persoon] wordt dit ook erkend in de dagvaarding. [de B.V.] is dan ook ten onrechte gedagvaard voor de rechtbank Zeeland-West-Brabant.
2.3.
[de persoon] erkent dat er sprake is van een forumkeuze en dat er sprake is van een kennelijke verschrijving. [de persoon] verzoekt de rechtbank de zaak te verwijzen naar de bevoegde rechtbank.

3.De beoordeling in het incident

3.1.
In het incident heeft [de B.V.] gesteld dat de rechtbank onbevoegd is, omdat er sprake is van een forumkeuze voor de rechtbank Oost-Brabant. De rechtbank stelt vast dat in het teeltcontract dat tussen partijen is gesloten in artikel 16 een forumkeuze is opgenomen voor de rechtbank Oost-Brabant. [de persoon] erkent dit ook.
3.2.
Nu er sprake is van een forumkeuze verwijst de rechtbank de zaak in de staat waarin die zich bevindt naar de rechtbank Oost-Brabant, locatie ’s-Hertogenbosch.
Proceskosten
3.3.
[de persoon] is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van [de B.V.] worden begroot op:
- salaris advocaat € 1.214,00 (1 punt × tarief IV)
- nakosten
€ 178,00(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
Totaal € 1.392,00
3.4.
[de B.V.] heeft gevorderd dat [de persoon] deze kosten binnen 14 dagen na dagtekening van het vonnis dient te voldoen. De rechtbank stelt deze termijn, gelet op de feestdagen, op een termijn van 21 dagen.

4.De beslissing

De rechtbank
in het incident
4.1.
verklaart zich onbevoegd om in de hoofdzaak kennis te nemen van de vorderingen,
4.2.
veroordeelt [de persoon] in de proceskosten van € 1.392,00, te betalen binnen eenentwintig dagen na de datum van dit vonnis. Als [de persoon] niet tijdig aan de veroordeling voldoet en het vonnis daarna wordt betekend, dan moet hij € 92,00 extra betalen, plus de kosten van betekening,
4.3.
verklaart deze proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad,
in de hoofdzaak
4.4.
verwijst de zaak in de stand waarin zij zich bevindt naar de rechtbank Oost-Brabant, Civiel Recht, locatie ’s-Hertogenbosch.
Dit vonnis is gewezen door mr. Stoof en bij vervroeging in het openbaar uitgesproken op 18 december 2024.