ECLI:NL:RBZWB:2024:895

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
14 februari 2024
Publicatiedatum
15 februari 2024
Zaaknummer
10675086 CV EXPL 23-2835 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • K. Karsten-Badal
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot voortzetting van huur na beëindiging relatie

In deze zaak hebben partijen, die samenwoonden in een huurwoning, hun relatie beëindigd en zijn zij in geschil geraakt over de voortzetting van de huur. Beide partijen hebben de kantonrechter verzocht om te bepalen dat de huur door één van hen alleen kan worden voortgezet. Voorafgaand aan de mondelinge behandeling hebben partijen overeenstemming bereikt, waarbij is afgesproken dat de gedaagde de huur alleen zal voortzetten. De kantonrechter heeft op 14 februari 2024 uitspraak gedaan in deze bodemzaak, waarbij de vordering van de eiseres in conventie is afgewezen en de vordering van de gedaagde in reconventie is toegewezen. De kantonrechter heeft bepaald dat de gedaagde met ingang van de datum van het vonnis alleen de huur van de woning mag voortzetten, met uitsluiting van de eiseres in reconventie. Tevens zijn de proceskosten tussen partijen gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Breda
Zaaknummer: 10675086 \ CV EXPL 23-2835
Vonnis van 14 februari 2024 (bij vervroeging)
in de zaak van
[eiseres in conventie],
te [plaats] ,
eisende partij in conventie,
verwerende partij in reconventie,
hierna te noemen: [eiseres in conventie] ,
gemachtigde: mr. R.A.W. van Oudheusden,
tegen
[gedaagde in conventie],
te [plaats] ,
gedaagde partij in conventie,
eisende partij in reconventie,
hierna te noemen: [gedaagde in conventie] ,
gemachtigde: mr. Y.I.B. Grosfeld.

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 11 oktober 2023 waarin is bepaald dat de mondelinge behandeling op 9 februari 2024 is;
- de brief van 30 januari 2024 van de gemachtigde van [eiseres in conventie] ;
- de brief van 30 januari 2024 van de gemachtigde van [gedaagde in conventie] ;
- de e-mail van 2 februari 2024 van de kantonrechter;
- de e-mail van 2 februari 2024 van de gemachtigde van [eiseres in conventie] ;
- de e-mail van 2 februari 2024 van de gemachtigde van [gedaagde in conventie] .

2.De feiten

2.1.
[eiseres in conventie] en [gedaagde in conventie] hebben samengewoond in de woning aan het [adres] in [plaats] . Partijen zijn beide huurder van de woning.
2.2.
Nadat de relatie is geëindigd heeft [eiseres in conventie] de woning verlaten.

3.Het geschil

in conventie
3.1.
[eiseres in conventie] vordert – kort samengevat – dat de kantonrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
Primair:
I. bepaalt dat [gedaagde in conventie] de huur niet langer zal voortzetten;
II. [gedaagde in conventie] veroordeelt om deze woning verlaat, ontruimt en ontruimd houdt met achterlating van de zaken zoals genoemd onder “ [eiseres in conventie] ” op de lijst (productie 4);
III. [gedaagde in conventie] veroordeelt tot betaling van € 129,-;
Subsidiair:
IV. [gedaagde in conventie] veroordeelt tot afgifte van de zaken zoals genoemd onder “ [eiseres in conventie] ” op de lijst (productie 4);
Primair en subsidiair:
V. [gedaagde in conventie] veroordeelt in de proceskosten, vermeerderd met rente.
3.2.
[gedaagde in conventie] voert verweer dat strekt tot afwijzing van de vorderingen.
in reconventie
3.3.
[eiser in reconventie] vordert dat de kantonrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. bepaalt dat [eiser in reconventie] voortaan alleen de huur van de woning aan de [adres] te [plaats] mag/kan voortzetten, en/of dat het huurrecht voortaan alleen aan de man toekomt, met uitsluiting van de vrouw;
II. bepaalt dat de zaken zoals weergegeven door de vrouw onder haar productie 4 onder “ [verweerster in reconventie] ” aan de vrouw kunnen worden toegedeeld/afgegeven, met uitzondering van de eettafel;
III. [verweerster in reconventie] veroordeelt in de proceskosten.
3.4.
[verweerster in reconventie] voert verweer dat strekt tot afwijzing van de vorderingen.

4.De beoordeling

4.1.
Beide partijen vorderen onder I. dat zij alleen de huur van de woning mogen voortzetten.
4.2.
Op 30 januari 2024 hebben partijen de kantonrechter gevraagd om vonnis te wijzen omdat zij overeenstemming over hun geschilpunten hebben bereikt. Partijen hebben de rechtbank verzocht om te bepalen dat [eiseres in conventie] met ingang van een door de kantonrechter te bepalen datum de huur van de woning niet langer zal voortzetten, met compensatie van de proceskosten.
4.3.
Vanwege dit verzoek zal de kantonrechter de tegenvordering van [gedaagde in conventie] onder I. toewijzen. De ingangsdatum zal de datum van dit vonnis zijn.
4.4.
[eiseres in conventie] en [gedaagde in conventie] hebben op verzoek van de kantonrechter ook laten weten dat zij hun andere vorderingen intrekken omdat partijen ook hierover overeenstemming hebben bereikt. De kantonrechter hoeft over deze vorderingen daarom geen beslissing meer te nemen.
4.5.
Op verzoek van partijen worden de proceskosten in conventie en in reconventie tussen hen gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

5.De beslissing

De kantonrechter
in conventie
5.1.
wijst de vordering van [eiseres in conventie] af,
5.2.
compenseert de kosten van de procedure tussen partijen, zodat iedere partij de eigen kosten draagt,
in reconventie
5.3.
bepaalt dat [eiser in reconventie] met ingang van de datum van dit vonnis alleen de huur van de woning aan de [adres] in [plaats] mag voortzetten en dat het huurrecht alleen aan [eiser in reconventie] toekomt, met uitsluiting van [verweerster in reconventie] ,
5.4.
compenseert de kosten van de procedure tussen partijen, zodat iedere partij de eigen kosten draagt,
5.5.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. Karsten-Badal en in het openbaar uitgesproken op 14 februari 2024.