ECLI:NL:RBZWB:2024:9049

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
20 november 2024
Publicatiedatum
31 december 2024
Zaaknummer
10824540 CV EXPL 23-5002 (T2)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • T. Tilman-Knoester
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Non-conformiteit van een auto in consumentenkoop met bewijsvermoeden

In deze bodemzaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 20 november 2024, staat de non-conformiteit van een auto centraal. De eiser, die de auto heeft aangeschaft, stelt dat de motorcomputer waterschade heeft en niet te herstellen is, waardoor de auto niet meer veilig kan worden gebruikt. De kantonrechter heeft in een tussenvonnis de eiser in de gelegenheid gesteld om een schriftelijke verklaring van haar monteur over te leggen. Deze verklaring bevestigt de schade aan de motorcomputer en de hoge kosten voor vervanging. De gedaagde partij, die de auto heeft verkocht, betwist dat het gebrek aan de auto voor zijn rekening komt en stelt dat het gebrek het gevolg is van slijtage.

De kantonrechter overweegt dat de auto niet aan de overeenkomst beantwoordt, omdat de koper mag verwachten dat de auto veilig kan worden gebruikt. De kantonrechter wijst op het bewijsvermoeden dat geldt bij consumentenkoop, maar concludeert dat dit in dit geval niet opgaat, omdat de oorzaak van het gebrek mogelijk is ontstaan na de levering van de auto. De kantonrechter heeft geen deskundige kunnen aanstellen om de oorzaak van de schade vast te stellen en laat de eiser toe om bewijs te leveren dat de schade aan de motorcomputer aanwezig was op het moment van levering. De zaak wordt aangehouden voor verdere bewijslevering, waarbij de eiser op 4 december 2024 moet aangeven op welke wijze zij het bewijs wenst te leveren.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Tilburg
Zaaknummer: 10824540 \ CV EXPL 23-5002
Vonnis van 20 november 2024
in de zaak van
[eiser],
wonende te [plaats] ,
eisende partij,
hierna te noemen: [eiser] ,
gedeeltelijk kosteloos procederend met een toevoeging met nummer: [nummer] ,
gemachtigde: mr. T.M. ten Velde, advocaat te Tilburg,
tegen
[gedaagde]h.o.d.n.
[handelsnaam],
wonende te [woonadres] , zaakdoende te [adres] ,
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
gemachtigde: mr. N. Birrou, advocaat te Roermond.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis in deze zaak van 5 juni 2024 met de daarin genoemde stukken;
- de akte van [eiser] van 3 juli 2024 met één productie;
- de antwoordakte van [gedaagde] van 30 juli 2024 met één productie;
- de akte van [eiser] van 4 september 2024.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De verdere beoordeling

Non-conformiteit van de auto en de herstelkosten:
2.1.
In het voornoemde tussenvonnis heeft de kantonrechter [eiser] in de gelegenheid gesteld een schriftelijke verklaring van haar monteur over te leggen, waaruit in ieder geval diende te volgen wat er mankeert aan de auto, of dit te herstellen is en welke kosten daarmee gemoeid zijn.
2.2.
Bij akte van 3 juli 2024 heeft [eiser] en verklaring van haar monteur overgelegd, waaruit volgt dat de motorcomputer waterschade heeft, dat deze niet is te herstellen en wat de kosten voor vervanging zijn. Tot slot geeft hij aan dat hierdoor niet met de auto kan worden gereden en dat het niet zeker is of de motorcomputer überhaupt vervangen kan worden.
2.3.
In reactie op voornoemde akte voert [gedaagde] aan dat sprake is van slijtage. Hij stelt dat dit hem niet is te verwijten. Ter onderbouwing van zijn standpunt overlegt hij diverse berichten over motorcomputers met waterschade.
2.4.
[eiser] is in de gelegenheid gesteld op de producties bij de antwoordakte van [gedaagde] te reageren. Zij stelt dat de berichten, die door [gedaagde] zijn overgelegd, niet van specialisten zijn, maar forumberichten van consumenten, die [gedaagde] van internet heeft gehaald. Bovendien zien deze op andere auto’s dan de door [eiser] aangekochte auto.
2.5.
De kantonrechter overweegt dat de afgeleverde zaak (in dit geval de auto) op grond van artikel 7:17 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) aan de overeenkomst moet beantwoorden. Lid 2 van voormeld artikel bepaalt dat een zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt als zij, mede gelet op de aard van de zaak en de mededelingen die de verkoper over de zaak heeft gedaan, niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. De koper mag verwachten dat de zaak de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik daarvan nodig zijn en waarvan hij de aanwezigheid niet behoefde te betwijfelen, alsmede de eigenschappen die nodig zijn voor een bijzonder gebruik dat bij de overeenkomst is voorzien. Als een (tweedehands) auto wordt gekocht, waarvan de verkoper weet dat deze door de koper wordt gekocht om daarmee aan het verkeer deel te nemen, moet als regel worden aangenomen dat de auto niet beantwoordt aan de overeenkomst indien als gevolg van een daaraan klevend gebrek dat niet op eenvoudige wijze kan worden hersteld, zodanig gebruik van de auto gevaar voor de verkeersveiligheid zou opleveren (vergelijk Hoge Raad 15 april 1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1338). Dit kan anders zijn wanneer de koper bijvoorbeeld het risico van zo’n gebrek heeft aanvaard.
2.6.
[eiser] heeft met de verklaring van de monteur voldoende onderbouwd dat er schade is aan de motorcomputer van de auto en dat de auto als gevolg daarvan stil is komen te staan. [eiser] kon daardoor niet langer veilig deelnemen aan het verkeer met de auto. Een defecte motorcomputer is bovendien een gebrek dat niet eenvoudig kan worden hersteld. Weliswaar betrof het hier een auto van vijftien jaar oud met een relatief hoge kilometerstand, maar [eiser] mocht verwachten dat zij met de auto kon rijden. De auto beantwoordt daarmee thans niet aan de overeenkomst.
2.7.
Tussen partijen is vervolgens in geschil of het ontstaan van het gebrek aan de auto voor rekening en risico van [gedaagde] dient te komen. [gedaagde] stelt immers dat de auto door zijn monteur is onderzocht voor verkoop en niet was gebleken van het gebrek. Bovendien stelt hij dat het gebrek is veroorzaakt door slijtage.
2.8.
De kantonrechter overweegt dat [gedaagde] niet heeft weersproken dat sprake is van consumentenkoop, zoals bedoeld in artikel 7:5 BW. Artikel 7:18a lid 2 BW komt de koper in dat geval tegemoet in de vorm van een bewijsvermoeden. Vermoed wordt dat de zaak bij aflevering niet aan de overeenkomst heeft beantwoord, indien de afwijking van hetgeen partijen zijn overeengekomen zich binnen een termijn van één jaar na aflevering openbaart, tenzij de aard van de zaak of de aard van de afwijking zich daartegen verzet.
2.9.
De kantonrechter is het onderhavige geval van oordeel dat het bewijsvermoeden niet opgaat, nu de aard van de afwijking zich daartegen verzet. Als voorbeeld daarvan geeft punt 45 van de considerans van de Richtlijn (EU) 2019/771 dat het conformiteitsgebrek het gevolg is van een daad van de consument of een externe oorzaak die plaatsvond nadat de goederen aan de consument werden geleverd. In de onderhavige zaak staat vast dat de auto bij aflevering in januari 2023 werkte en korte tijd na de apk-keuring van mei 2023 in het geheel niet meer startte. Volgens [eiser] is de oorzaak van het geheel niet meer rijden van de auto een defecte motorcomputer. Zij heeft een verklaring van haar monteur, waaruit volgt dat de auto zonder functionerende motorcomputer niet rijdt. Dit betekent dat in de maanden dat [eiser] vanaf de koop nog wel met de auto kon rijden de motorcomputer dus wel functioneerde. Daarmee ligt voor de hand dat het gebrek van een niet functionerende motorcomputer is ontstaan, nadat de auto was geleverd aan [eiser] , dus door een externe oorzaak of het handelen van [eiser] .
2.10.
Op dit moment is dus niet vast te stellen dat de motorcomputer al kapot was op het moment dat de auto aan [eiser] werd geleverd, dan wel dat al sprake was van het gebrek dat heeft geleid tot de schade aan de motorcomputer op het moment dat de auto aan [eiser] werd geleverd.
2.11.
De kantonrechter zag aanleiding een deskundige aan te stellen om voor te leggen of is vast te stellen dat de schade aan de motorcomputer aanwezig was, dan wel is veroorzaakt door een bestaand gebrek, op het moment dat de auto werd geleverd aan [eiser] . De aangezochte deskundigen hebben echter aangegeven de vraagstelling niet objectief te kunnen beantwoorden, zodat er geen deskundige is gevonden die het onderzoek kan uitvoeren.
2.12.
De kantonrechter ziet daardoor aanleiding [eiser] in de gelegenheid te stellen te bewijzen dat de schade aan de motorcomputer aanwezig was, dan wel is veroorzaakt door een bestaand gebrek, op het moment dat de auto werd geleverd aan [eiser] .
2.13.
Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.

3.De beslissing

De kantonrechter
laat [eiser] toe, draagt haar voor zover nodig ambtshalve op, om door alle middelen rechtens en speciaal door middel van getuigen te bewijzen, dat de schade aan de motorcomputer aanwezig was, dan wel is veroorzaakt door een bestaand gebrek, op het moment dat de auto aan haar werd geleverd;
verwijst de zaak naar de rolzitting van
woensdag 4 december 2024 te 09.00 uuropdat [eiser] dan bij akte aangeeft of en zo ja op welke wijze zij het verlangde bewijs wenst te leveren;
bepaalt, voor het geval dat [eiser] dat bewijs schriftelijk wil leveren, dat zij uiterlijk op genoemde zitting daartoe stukken kan indienen middels toezending of afgifte aan de griffie;
bepaalt, voor het geval [eiser] dat bewijs wil leveren door het doen horen van getuigen, dat zij uiterlijk op genoemde zitting het aantal en de personalia van de getuigen zal opgeven alsmede de verhinderdata van de getuigen en de wederpartij in de vijf maanden na voornoemde roldatum;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. Tilman-Knoester en in het openbaar uitgesproken op 20 november 2024.