Uitspraak
1.De procedure
- de akte overlegging productie van [het vakantiepark] ,
- de mondelinge behandeling van 24 oktober 2024 waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt,
2.De feiten
€ 35.274,83 over de periode 2019 tot en met 2022. Hiervoor hebben partijen op 23 april 2023 afgesproken dat de achterstand betaald wordt in 30 maandelijkse termijnen. De Supermarkt heeft in totaal € 15.066,10 betaald. Per e-mail van 2 april 2024 heeft de Supermarkt aan [het vakantiepark] bericht haar betalingsverplichting uit de betalingsregeling op te schorten omdat lekkages aan de winkel niet deugdelijk zijn verholpen.
3.Het geschil
€ 6.655,00 vanaf 8 oktober 2024,
4.De beoordeling
€ 11.777,65 aan kosten voor de jaarplaats wordt toegewezen. De Supermarkt heeft de hoogte en het verschuldigd zijn van deze bedragen niet betwist. De wettelijke handelsrente over deze bedragen wordt toegewezen op de wijze zoals in de beslissing is vermeld. De gevorderde buitengerechtelijke kosten conform staffel worden afgewezen nu [het vakantiepark] niet heeft gesteld dat er buitengerechtelijke incasso-werkzaamheden zijn verricht.