Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Procesverloop
- cliënt, bijgestaan door mr. Nijssen;
2.Het verzoek
3.Standpunten
4.Beoordeling
5.Beslissing
[cliënt], geboren op [geboortedag] 1943 in [geboorteplaats] ;
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 8 februari 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, een beschikking gegeven in een rekestprocedure naar aanleiding van een verzoek van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) voor een rechterlijke machtiging tot opname en verblijf van een cliënt, geboren in 1943. Het verzoek is ingediend op 23 januari 2024 en betreft een machtiging voor de duur van zes maanden, zoals bedoeld in de Wet zorg en dwang (Wzd). Tijdens de mondelinge behandeling waren verschillende betrokkenen aanwezig, waaronder de cliënt, zijn echtgenote, en een casemanager. De cliënt lijdt aan Alzheimer-dementie, wat leidt tot ernstig nadeel voor zowel hemzelf als zijn echtgenote. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen minder ingrijpende mogelijkheden zijn om het ernstig nadeel te voorkomen en dat de opname noodzakelijk is om de veiligheid van de echtgenote te waarborgen. De rechtbank heeft de machtiging verleend voor de duur van zes maanden, tot en met 8 augustus 2024. De beschikking is mondeling gegeven door rechter M. van Eck en schriftelijk uitgewerkt op 22 februari 2024.