Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Procesverloop
2.Verzoek
3.Standpunten
4.Beoordeling
5.Beslissing
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1956 te [geboorteplaats] ,
19 januari 2024.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 19 juli 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 1956. De officier van justitie had verzocht om een zorgmachtiging op basis van artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Het verzoek was ingediend op 2 juli 2024, met bijlagen waaronder medische verklaringen en eerdere machtigingen. Tijdens de mondelinge behandeling op 15 juli 2024 waren de betrokkene, haar advocaat, en enkele getuigen aanwezig. De betrokkene gaf aan dat het goed met haar ging en dat ze openstond voor hulp, maar de artsen gaven aan dat er twijfels waren over haar vrijwilligheid op de lange termijn. De rechtbank concludeerde dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, met ernstige gevolgen voor haar gezondheid en veiligheid. De rechtbank oordeelde dat verplichte zorg noodzakelijk was om ernstig nadeel af te wenden en verleende de zorgmachtiging voor zes maanden, met specifieke voorwaarden voor de verplichte zorg. De beschikking werd mondeling gegeven door rechter M. van Eck en is openbaar uitgesproken op 15 juli 2024.