ECLI:NL:RBZWB:2024:9383
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Rekestprocedure
- mr. De Beer
- Rechtspraak.nl
Voorlopige ondertoezichtstelling van minderjarigen in een familiezorgzaak
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 31 juli 2024 een beschikking gegeven over de voorlopige ondertoezichtstelling van twee minderjarigen, [minderjarige 1] en [minderjarige 2]. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om deze maatregel, omdat er ernstige zorgen zijn over de veiligheid en ontwikkeling van de kinderen. De ouders, [de moeder] en [de vader], zijn belast met het ouderlijk gezag, maar er is sprake van een escalerende situatie tussen hen, waarbij de vader de kinderen al geruime tijd aan de moeder onttrekt. Tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat de moeder geen contact heeft gehad met de kinderen sinds 15 juli 2024, wat haar grote zorgen baart. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er een ernstig vermoeden bestaat dat de grond voor een ondertoezichtstelling is vervuld, en dat deze maatregel noodzakelijk is om de acute en ernstige bedreiging voor de minderjarigen weg te nemen. De kinderrechter heeft de kinderen voorlopig onder toezicht gesteld van Stichting Jeugdbescherming West Zeeland voor een periode van drie maanden, met de verwachting dat er duidelijke afspraken worden gemaakt en dat er gewerkt wordt aan het herstel van het vertrouwen tussen de ouders. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, zodat deze onmiddellijk kan worden uitgevoerd, ook in het geval van een hoger beroep.