ECLI:NL:RBZWB:2024:9493

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
12 december 2024
Publicatiedatum
11 februari 2025
Zaaknummer
10906444 \ MB VERZ 24-68
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen verkeersboete wegens te hard rijden op autosnelweg

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 12 december 2024 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. De betrokkene had een administratieve sanctie opgelegd gekregen voor het rijden van 23 km per uur boven de toegestane snelheid op de autosnelweg A58 te Roosendaal op 12 februari 2023. De betrokkene heeft tegen de opgelegde boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft de betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.

Tijdens de zitting op 12 december 2024 is de zaak behandeld. De gemachtigde van de betrokkene, verbonden aan Verkeersboete.nl, heeft aangevoerd dat de mededeling over de mogelijkheid tot horen onvoldoende was en dat er sprake was van een schending van het gelijkheidsbeginsel. De zittingsvertegenwoordiger van de officier van justitie, mr. A. de Vreeze, heeft verzocht om de beslissing van de officier van justitie te vernietigen, maar ook aangevoerd dat er geen structurele schending was en dat de gedraging correct was vastgesteld met een goedgekeurd meetmiddel.

De kantonrechter heeft overwogen dat de verklaring van de verbalisant voldoende bewijs biedt voor de gedraging en dat er geen aanleiding is om te twijfelen aan de juistheid van deze verklaring. De kantonrechter heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om proceskostenvergoeding afgewezen. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. A.B. Scheltema Beduin, bijgestaan door griffier L.I.M. Appels.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team strafrecht
Zittingsplaats Bergen op Zoom
zaaknummer : 10906444 \ MB VERZ 24-68
CJIB-nummer : 4062 5422 5578 1156
uitspraakdatum : 12 december 2024
proces-verbaal van de zitting en uitspraak op een beroep op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv)
in de zaak van
naam :
[betrokkene]
adres : [adres]
woonplaats : [woonplaats]
hierna: betrokkene
gemachtigde : [gemachtigde] (Verkeersboete.nl)

Verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 12 december 2024. Namens de officier van justitie is verschenen mr. A. de Vreeze (hierna: zittingsvertegenwoordiger). Gemachtigde is ook verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Standpunten

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd luidt, kort omschreven: 23 km per uur harder rijden dan mag op een autosnelweg buiten de bebouwde kom (verkeersbord A1) op de Trajectcontrole A58 te Roosendaal op 12 februari 2023 om 17:40 uur.
Gemachtigde stelt dat mededeling tot de mogelijkheid tot horen op de inleidende beschikking onvoldoende uit wat het recht om te horen inhoudt. Gemachtigde verwijst hiervoor naar een uitspraak van het Hof Arnhem-Leeuwarden. Voorts verzoekt gemachtigde om rekening te houden met de nieuwe procespuntwaarde per punt. Gemachtigde stelt dat artikel 13 lid 5 Wahv in strijd is met het gelijkheidsbeginsel dan wel het discriminatieverbod in de zin van artikel 14 van het EVRM en/of artikel 26 van het IVBPR. Gemachtigde verwijst naar het betoog in de bijlage en verzoekt om een proceskostenvergoeding. Ter zitting heeft gemachtigde hieraan verder niets toegevoegd.
De zittingsvertegenwoordiger heeft verzocht de beslissing van de officier van justitie te vernietigen en het beroep ongegrond te verklaren en heeft daartoe het volgende aangevoerd. De zittingsvertegenwoordiger heeft aangevoerd dat er gehoord had moeten worden, aangezien betrokkene dit expliciet in het administratief beroep had verzocht. Echter, hier hoeven geen consequenties aan verbonden te worden. Er is namelijk geen sprake van een structurele schending, maar van een incidentele fout. De gedraging is vastgesteld met behulp van een voor de meting getest, goedgekeurd en op de voorgeschreven wijze gebruikt meetmiddel. Er is dan ook geen aanleiding om te twijfelen aan de gedraging.

Overwegingen

De kantonrechter is van oordeel dat uit de stukken in het dossier - met name uit de verklaring van de verbalisant - voldoende blijkt dat de gedraging waarvoor de boete is opgelegd, is verricht.
In zaken op grond van de Wahv biedt de verklaring van de verbalisant in beginsel voldoende grondslag voor de vaststelling dat de gedraging is verricht. Dat is anders indien de betrokkene voor zijn zaak specifieke feiten en omstandigheden aanvoert, die aanleiding geven om te twijfelen aan de juistheid van die verklaring of indien dergelijke feiten en omstandigheden uit het dossier blijken.
De kantonrechter ziet in wat betrokkene heeft aangevoerd geen aanleiding om te twijfelen aan de verklaring van de verbalisant.
De boete is dus terecht opgelegd.
De kantonrechter ziet in wat betrokkene heeft aangevoerd ook geen reden om de boete te matigen.
Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard. Gelet hierop is er geen aanleiding voor het toekennen van een proceskostenvergoeding.

Beslissing

De kantonrechter:
  • verklaart het beroep ongegrond;
  • wijst het verzoek om proceskostenvergoeding af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.B. Scheltema Beduin, kantonrechter, bijgestaan door de griffier L.I.M. Appels, en in het openbaar uitgesproken op 12 december 2024.
Als u het niet eens bent met deze beslissing, dan kunt u binnen 6 weken na de hieronder vermelde datum van verzending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, maar alleen als:
de boete meer dan € 110,00 bedraagt, of
uw beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat u niet of niet op tijd zekerheid heeft gesteld.
Het beroepschrift moet worden ingediend bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant, Team strafrecht, Postbus 67, 4330 AB Middelburg. Het beroepschrift moet zijn ondertekend door degene die beroep heeft ingesteld of door de gemachtigde.
U dient daarbij het zaaknummer te vermelden.
De procedure bij het gerechtshof verloopt geheel schriftelijk, tenzij u in het beroepschrift uitdrukkelijk vraagt om een zitting waarop u uw standpunt mondeling wilt toelichten.
Datum verzending: