ECLI:NL:RBZWB:2024:9542

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
13 december 2024
Publicatiedatum
13 februari 2025
Zaaknummer
11102844 MB VERZ 24-386
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.H.C. van Eck
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen verkeersboete en wijziging feitcode in administratieve sanctie

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 13 december 2024 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. De betrokkene had een administratieve sanctie opgelegd gekregen voor het rijden met een voertuig dat niet was voorzien van de noodzakelijke spiegels. De gemachtigde van de betrokkene heeft beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierna is het beroep bij de kantonrechter ingediend. Tijdens de zitting op 13 december 2024 was de betrokkene niet aanwezig, maar de zittingsvertegenwoordiger van de officier van justitie, mr. A. de Vreeze, was wel aanwezig. De kantonrechter heeft de zaak inhoudelijk beoordeeld aan de hand van de stukken in het dossier, waaronder de verklaring van de verbalisant. De gedraging waarvoor de boete was opgelegd, vond plaats op 16 januari 2023 op de Zanddijk te Kruiningen. De kantonrechter oordeelde dat de opgelegde boete terecht was, maar dat de feitcode die aan de boete was gekoppeld niet correct was. De kantonrechter heeft besloten de feitcode te wijzigen van N450A naar P041B, zonder dat dit de belangen van de betrokkene schaadt. De kantonrechter verklaarde het beroep gegrond en vernietigde de beslissing van de officier van justitie, waarbij de boete gedeeltelijk gegrond werd verklaard en de feitcode werd gewijzigd. De uitspraak is openbaar gedaan en de betrokkene heeft de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team strafrecht
Zittingsplaats Middelburg
zaaknummer : 11102844 \ MB VERZ 24-386
CJIB-nummer : 8062 5422 5517 5031
uitspraakdatum : 13 december 2024
proces-verbaal van de zitting en uitspraak op een beroep op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv)
in de zaak van
naam :
[betrokkene]
adres : [adres]
woonplaats : [woonplaats]
hierna: betrokkene
gemachtigde : [betrokkene]

Verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna: boete) opgelegd. Gemachtigde heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door gemachtigde beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 13 december 2024. Namens de officier van justitie is verschenen mr. A. de Vreeze (hierna: zittingsvertegenwoordiger). Betrokkene en gemachtigde zijn niet verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Standpunten

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd luidt, kort omschreven: als bestuurder van voertuig rijden, terwijl deze niet is voorzien van noodzakelijke spiegels die aan de eisen voldoen op de Zanddijk te Kruiningen (gemeente Reimerswaal) op 16 januari 2023 om 15:50 uur.
Gemachtigde heeft namens betrokkene in het beroepschrift samengevat aangevoerd dat het voertuig bedrijfsmatig wordt gebruikt. Naar zijn mening voldoet het betreffende voertuig wel aan artikel 5.1.1. Regeling Voertuigen en stuurt ter onderbouwing foto’s mee van het zicht wat via de spiegels wordt waargenomen.
De zittingsvertegenwoordiger heeft voorgesteld het beroep gedeeltelijk gegrond te verklaren in die zin dat de feitcode moet worden gewijzigd in feitcode P014B met als omschrijving: “met behulp van spiegels en/of cameramonitoringssysteem onvoldoende zicht op naast/achter gelegen weggedeelte”. De eerder opgelegde feitcode heeft betrekking op dat de spiegels duidelijk zijn bevestigd en deze ook aanwezig zijn. Dat was wel het geval, maar uit de verklaring van de verbalisant blijkt dat er onvoldoende zicht in de spiegels was aangezien de spuitarmen in beeld zaten.

Overwegingen

Inhoudelijk
De kantonrechter is van oordeel dat uit de stukken in het dossier - met name uit de verklaring van de verbalisant - voldoende blijkt dat betrokkene onvoldoende zicht had op het weggedeelte. De kantonrechter ziet geen reden om hieraan te twijfelen. Er is dus terecht een boete opgelegd.
Wijzigen feitcode
Aan betrokkene is een boete opgelegd voor feitcode N450A met als omschrijving “als bestuurder van voertuig rijden, terwijl deze niet is voorzien van noodzakelijke spiegels die aan de eisen voldoen”. Uit het dossier en de stellingen van betrokkene is gebleken dat deze feitcode niet juist is. De verbalisant had feitcode P041B moeten gebruiken met als omschrijving “met behulp van spiegels en/of cameramonitoringssysteem onvoldoende zicht op naast/achter gelegen weggedeelte”. Bij die feitcode hoort hetzelfde boetebedrag.
Naar het oordeel van de kantonrechter wordt betrokkene door deze wijziging van de feitcode niet in zijn belangen geschaad. Voor betrokkene was voldoende duidelijk waar de boete betrekking op had. Aan de gewijzigde feitcode ligt geen ander feitencomplex ten grondslag. De feitcode zal daarom worden gewijzigd.
De kantonrechter ziet in wat betrokkene heeft aangevoerd ook geen reden om de boete te matigen.
De kantonrechter zal het beroep, gelet op de wijzing van de feitcode, gegrond verklaren.

Beslissing

De kantonrechter:
  • verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing van de officier van justitie;
  • verklaart het beroep tegen de beschikking waarbij de boete is opgelegd gedeeltelijk gegrond en wijzigt die beschikking in die zin dat de feitcode wordt gewijzigd in P041B met als omschrijving: “met behulp van spiegels en/of cameramonitoringssysteem onvoldoende zicht op naast/achter gelegen weggedeelte”.
Deze uitspraak is gedaan door mr. W.H.C. van Eck, kantonrechter, bijgestaan door de griffier X.L.C.M. van Sprundel, en in het openbaar uitgesproken op 13 december 2024.
Als u het niet eens bent met deze beslissing, dan kunt u binnen 6 weken na de hieronder vermelde datum van verzending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, maar alleen als:
de boete meer dan € 110,00 bedraagt, of
uw beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat u niet of niet op tijd zekerheid heeft gesteld.
Het beroepschrift moet worden ingediend bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant, Team strafrecht, postbus 67, 4330 AB Middelburg Het beroepschrift moet zijn ondertekend door degene die beroep heeft ingesteld of door de gemachtigde.
U dient daarbij het zaaknummer te vermelden.
De procedure bij het gerechtshof verloopt geheel schriftelijk, tenzij u in het beroepschrift uitdrukkelijk vraagt om een zitting waarop u uw standpunt mondeling wilt toelichten.
Datum verzending: