Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
[betrokkene]
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 13 december 2024 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. Betrokkene had een boete ontvangen voor het rijden van 9 kilometer per uur te hard binnen de bebouwde kom op de N289 Oude Rijksweg te Krabbendijke op 20 februari 2023. Betrokkene heeft tegen de opgelegde boete beroep aangetekend bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
Tijdens de zitting op 13 december 2024 heeft de kantonrechter de zaak behandeld. Betrokkene en zijn partner waren aanwezig, evenals de zittingsvertegenwoordiger, mr. A. de Vreeze, namens de officier van justitie. Betrokkene voerde aan dat de gedraging niet had plaatsgevonden en vroeg zich af waarom het eerdere beroep was afgewezen. De officier van justitie stelde dat er geen andere voertuigen in het meetgebied waren, maar betrokkene betwistte dit op basis van foto’s die als bewijs waren overgelegd.
De kantonrechter heeft overwogen dat niet is komen vast te staan dat de gedraging daadwerkelijk heeft plaatsgevonden. De rechter concludeerde dat de sanctie ten onrechte was opgelegd, omdat de foto’s niet bevestigden dat betrokkene de overtreding had begaan. De kantonrechter verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de beslissing van de officier van justitie en droeg de officier van justitie op het betaalde bedrag van € 75,- aan betrokkene terug te betalen. Deze uitspraak is definitief en er is geen mogelijkheid tot hoger beroep.