ECLI:NL:RBZWB:2024:9547

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
13 december 2024
Publicatiedatum
13 februari 2025
Zaaknummer
10999590 \ MB VERZ 24-210
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.H.C. van Eck
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen verkeersboete wegens overschrijding beslistermijn en misbruik procesrecht

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 13 december 2024 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. De betrokkene, vertegenwoordigd door mr. N.G.A. Voorbach, had een administratieve sanctie opgelegd gekregen voor het rijden van 12 kilometer per uur te hard op een weg buiten de bebouwde kom. De gedraging vond plaats op 15 januari 2023. De gemachtigde stelde dat er een langere tijd dan veertien dagen was verstreken tussen de ingebrekestelling en de beslissing op het administratief beroep, en verzocht om een dwangsom en proceskostenvergoeding. De officier van justitie, vertegenwoordigd door mr. A. de Vreeze, verklaarde het beroep ongegrond en verzocht om niet-ontvankelijkheid wegens misbruik van procesrecht. De kantonrechter oordeelde dat de gemachtigde in strijd met de procesregels had gehandeld door een grote groep ingebrekestellingen in te dienen zonder individuele behandeling. De rechter wees het verzoek om dwangsom af en verklaarde het beroep ongegrond, zonder aanleiding voor proceskostenvergoeding. De uitspraak werd openbaar gedaan en de betrokkene werd geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team strafrecht
Zittingsplaats Middelburg
zaaknummer : 10999590 \ MB VERZ 24-210
CJIB-nummer : 2062 5422 5513 8348
uitspraakdatum : 13 december 2024
proces-verbaal van de zitting en uitspraak op een beroep op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv)
in de zaak van
naam :
[betrokkene]
adres : [adres]
woonplaats : [woonplaats]
hierna: betrokkene
gemachtigde : mr. N.G.A. Voorbach (Verkeersboete.nl)

Verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna: boete) opgelegd. Gemachtigde heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door gemachtigde beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 13 december 2024. Namens de officier van justitie is verschenen mr. A. de Vreeze (hierna: zittingsvertegenwoordiger). Betrokkene en gemachtigde zijn niet verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Standpunten

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd luidt, kort omschreven: 12 kilometer per uur harder rijden dan mag op een (auto)weg buiten de bebouwde kom (verkeersbord A1) op de trajectcontrole N62 (links, Westerscheldetunnel - Westbuis) te Hoek (gemeente Terneuzen) op 15 januari 2023 om 11:16 uur.
Gemachtigde heeft namens betrokkene in het beroepschrift samengevat aangevoerd dat er een langere tijd dan veertien dagen tussen de ingebrekestelling en de beslissing op het administratief beroep zit. Anders dan de officier van justitie tot uitgangspunt neemt, stelt gemachtigde dat derhalve wel een dwangsom verbeurd. Voorts verzoekt gemachtigde om een proceskostenvergoeding, op eigen rekening, toe te wijzen.
De zittingsvertegenwoordiger heeft verzocht het beroep niet-ontvankelijk te verklaren wegens misbruik van het procesrecht. Deze zaak maakt deel uit van een groep van 560 zaken waarin gemachtigde op 18 september 2023 in één keer ingebrekestellingen heeft ingediend. Gemachtigde had voor deze datum al twee keer een groot pakket met ingebrekestellingen ingediend. Het CVOM heeft deze zaken steekproefsgewijs doorgelopen waarin is gebleken dat de meeste zaken al lang waren afgedaan of waar gemachtigde zich aan had onttrokken. Gemachtigde is hierop ingelicht met de mededeling dat per zaak een afzonderlijke brief ingediend moet worden en niet kan worden volstaan met het indienen van een lijst.

Overwegingen

Toekenning dwangsom
Gemachtigde heeft verzocht om toekenning van een dwangsom. Gemachtigde heeft een lijst met 560 zaken aan de CVOM toegezonden met de intentie om dat schrijven als ingebrekestelling in elk van die zaken aan te merken. Daarvan is gebleken dat een groot aantal van die zaken al was afgedaan, dat de gemachtigde zich had onttrokken of dat zij geen gemachtigde waren. Op die manier wordt de CVOM onmogelijk gemaakt om adequaat te reageren op de zaken waarin daadwerkelijk – mogelijk – sprake is van een overschrijding van de beslistermijn. De kantonrechter is daarom van oordeel dat sprake is van misbruik van procesrecht. Het verzoek om een dwangsom wordt dan ook afgewezen.
Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard. Gelet hierop is er geen aanleiding voor het toekennen van een proceskostenvergoeding.

Beslissing

De kantonrechter verklaart:
- het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om proceskostenvergoeding af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. W.H.C. van Eck, kantonrechter, bijgestaan door de griffier X.L.C.M. van Sprundel, en in het openbaar uitgesproken op 13 december 2024.
Als u het niet eens bent met deze beslissing, dan kunt u binnen 6 weken na de hieronder vermelde datum van verzending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, maar alleen als:
de boete meer dan € 110,00 bedraagt, of
uw beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat u niet of niet op tijd zekerheid heeft gesteld.
Het beroepschrift moet worden ingediend bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant, Team strafrecht, Postbus 67, 4330 AB Middelburg. Het beroepschrift moet zijn ondertekend door degene die beroep heeft ingesteld of door de gemachtigde.
U dient daarbij het zaaknummer te vermelden.
De procedure bij het gerechtshof verloopt geheel schriftelijk, tenzij u in het beroepschrift uitdrukkelijk vraagt om een zitting waarop u uw standpunt mondeling wilt toelichten.
Datum verzending: