Uitspraak
TENNET TSO BV,
1.De procedure
- de akte vermeerdering en vermindering eis tevens houdende overlegging producties van [eiser]
- de spreekaantekeningen van [eiser]
- de pleitaantekeningen van TenneT.
2.De feiten
- [plaats 2] , [perceel 1]
- [plaats 2] , [perceel 2]
- [plaats 2] , [perceel 3] .
2.7. De gedoogbeschikking bracht mee dat op [perceel 2] van [eiser] een bovengrondse hoogspanningsverbinding zou worden gerealiseerd. De werken zijn inmiddels uitgevoerd.
3.Het geschil
1. TenneT te veroordelen aan [eiser] te betalen:
a) een bedrag van € 1.703.947,00 vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 juli 2021 tot de dag der algehele voldoening,
b) een bedrag van € 312.230,18, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 juli 2021 tot de dag der algehele voldoening,
2. TenneT te veroordelen aan [eiser] te betalen de vanaf heden te lijden schade die het gevolg is van de ten aanzien van [eiser] genomen gedoogbeschikking, zulks steeds binnen drie maanden nadat de schade, als nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, is geleden,
3. te verklaren voor recht dat de hoogspanningsverbinding nog niet in gebruik is genomen als bedoeld in het aanbod van 26 juli 2022, althans vast te stellen dat de verbinding op een nader door de kantonrechter vastgestelde datum als in gebruik genomen kan worden beschouwd of zal kunnen worden beschouwd,
4. TenneT te veroordelen in de proceskosten, vermeerderd met wettelijke rente.
3.2. [eiser] baseert zijn vorderingen op art. 1 jo art. 14 Belemmeringenwet Privaatrecht. Hij stelt dat hij door de aanleg en instandhouding van de hoogspanningsverbinding schade lijdt, die TenneT aan hem moet vergoeden. [eiser] heeft de door hem geleden en nog te lijden schade wegens waardevermindering begroot op een bedrag van € 1.703.947,00. Voor de berekening van dat bedrag verwijst hij naar de brief van TenneT van 26 juli 2022 met het geïndexeerde aanbod (r.o. 2.9) en de waardering door zijn deskundige [naam 1] (r.o. 2.10). [eiser] stelt daarnaast overige schade te lijden die door hem als volgt wordt begroot:
a) kosten van rechtsbijstand € 135.035,97
b) schade houtopstand € 92.444,21
c) begeleiding en toezicht kap € 9.750,00
d) lopende procedure
€ 75.000,00
[eiser] heeft verder zijn vorderingen onder 2 en 3 nader toegelicht.
Volgens haar ligt het in de rede een deskundige te benoemen om over de omvang van die waardevermindering advies uit te brengen. Voor vergoeding van de overige door [eiser] geclaimde schade bestaat volgens TenneT geen (rechts)grond, in ieder geval niet in de gestelde omvang.
TenneT stelt zich verder op het standpunt dat de kantonrechter niet bevoegd is te oordelen over de vorderingen onder 2 en 3. Subsidiair concludeert zij tot afwijzing van deze vorderingen.
4.De beoordeling
5.De beslissing
[adres 2]
[adres 2] ,
[adres 3]
[adres 3] ,
binnen twee wekenna de datum van de nog te ontvangen nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak,
woensdag 3 september 2025, ter gelegenheid waarvan beide partijen zich schriftelijk kunnen uitlaten over het gewenste vervolg van de procedure,