In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 18 maart 2025 uitspraak gedaan in een verzoek tot benoeming van pleegouders tot voogdij over een minderjarige, geboren op [geboortedag 1] 2023 in [geboorteplaats 1]. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om de pleegouders, de heer [pleegouder 1] en de heer [pleegouder 2], te belasten met de voogdij, aangezien de ouders van de minderjarige niet in staat zijn gebleken om voor haar te zorgen. De minderjarige verblijft sinds 21 september 2023 bij de pleegouders, die familie zijn van de minderjarige. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de pleegouders al vanaf kort na de geboorte van de minderjarige voor haar zorgen en dat zij emotionele steun bieden. De kinderrechter heeft de voorlopige voogdij van de gecertificeerde instelling Stichting Jeugdbescherming Brabant beëindigd en de pleegouders met de voogdij belast, waarbij de beslissing uitvoerbaar bij voorraad is verklaard. Dit betekent dat de beslissing onmiddellijk moet worden gevolgd, ook als er hoger beroep wordt ingesteld. De kinderrechter heeft ook verzocht om een aantekening van deze beslissing in het centraal gezagsregister te maken.