Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
aan [slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen
die [slachtoffer] met kracht tegen het hoofd heeft getrapt,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.De benadeelde partij
8.Het beslag
9.De wettelijke voorschriften
10.De beslissing
spreekt verdachte vrijvan het primair ten laste gelegde feit;
Subsidiair: Poging tot zware mishandeling;
een taakstraf van 180 (honderdtachtig) uren;
vervangende hechteniszal worden toegepast van
90 (negentig) dagen;
11.Bijlage I
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
[slachtoffer]
opzettelijk
van het leven te beroven,
die [slachtoffer] met kracht tegen het hoofd heeft geschopt,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
( art 287 Wetboek van Strafrecht, art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht )
kunnen leiden:
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
aan [slachtoffer]
opzettelijk
zwaar lichamelijk letsel toe te brengen
die [slachtoffer] met kracht tegen het hoofd heeft getrapt,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
( art 302 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht )
zou kunnen leiden:
plaats, te weten [café] van Vlissingen en/of op de openbare weg, de
[straat] , openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer] welk
geweld bestond uit het duwen en/of trekken en/of slaan en/of schoppen van die
[slachtoffer] ;
( art 141 lid 1 Wetboek van Strafrecht )