In deze zaak heeft de kinderrechter op 11 april 2025 uitspraak gedaan in een verzoek tot wijziging van de verdeling van zorg- en opvoedtaken voor de minderjarigen [minderjarige 1] en [minderjarige 2]. De kinderrechter heeft de zorgen van de gecertificeerde instelling (GI) over de opvoedsituatie bij de vader serieus genomen, maar heeft het verzoek tot ontzegging van contact tussen de vader en de kinderen afgewezen. De ouders zijn verwikkeld in een langdurige strijd, wat leidt tot instabiliteit en onveiligheid voor de kinderen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de huidige 5-2-2-5 regeling te belastend is voor de kinderen en heeft besloten om over te gaan naar een week-om-week regeling. Dit houdt in dat de kinderen in de even weken bij de moeder verblijven en in de oneven weken bij de vader. De wisselmomenten zullen plaatsvinden op maandag, zodat de ouders beperkt contact met elkaar hebben. De kinderrechter heeft benadrukt dat er intensieve opvoedondersteuning nodig is voor beide ouders om de situatie te verbeteren en de kinderen een veilige en stabiele opvoedomgeving te bieden. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, zodat de wijziging van de zorgregeling onmiddellijk kan ingaan, ondanks een eventueel hoger beroep.