Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 22 april 2025 in de zaak tussen
[eiser], uit [plaats], eiser
Inleiding
Totstandkoming van het bestreden besluit
Kapsalon al volledig klaar en ingericht”. Eiser heeft de aanvraag aangevuld met een tekening van zijn woning inclusief het gedeelte met de kapsalon en de parkeergelegenheid op het perceel. Toegang tot de op de tekening als ‘kapsalon’ aangeduide ruimte wordt verkregen via een ruimte die is aangeduid als ‘mancave’ en als verkeersruimte. Deze laatste ruimte heeft een deur naar buiten en verbindt verder een garage en een berging met de woning. In de kapsalon zelf, die iets meer dan 20 m² beslaat, staan vier stoelen ingetekend.
Beoordeling door de rechtbank
2. het beroep of de activiteit dient door de bewoner te worden uitgeoefend; ten behoeve van een bedrijfsmatige activiteit mogen ten hoogste twee personeelsleden, waaronder de bewoner van het pand, werkzaam zijn.” [4] Hieruit leidt de rechtbank af dat zowel een beroepsmatige als de bedrijfsmatige activiteit door de bewoner zelf moet worden uitgeoefend en dat de planwetgever alleen in geval van een bedrijfsmatige activiteit de mogelijkheid van een extra personeelslid voor ogen heeft gehad. Met andere woorden: in geval van twee personeelsleden is sprake van een bedrijfsmatige activiteit. Dit betekent dat de kapsalon van eiser een bedrijfsmatige activiteit is en het maximum van 20 m² van toepassing is.
ex nunc. De rechtbank ziet deze heroverweging niet terug in het bestreden besluit. In het bestreden besluit is slechts gemotiveerd waarom het college de kruimelgevallenregeling niet toepast. Het had op de weg van het college gelegen om de in het bezwaarschrift gestelde en tijdens de hoorzitting in bezwaar herhaalde omstandigheid dat eiser inmiddels zelf in plaats van [naam 2] in de kapsalon werkt, te betrekken en daar, zo nodig, nader onderzoek naar te doen. Dit is een relevante omstandigheid in het kader van de tweede voorwaarde voor binnenplans afwijken, die onder 4.2 hiervoor is aangehaald. [5] Het is aan de andere kant geen wijziging die de aangevraagde kapsalon significant anders maakt. Zo bezien is er dus wel sprake van een wijziging van ondergeschikte aard waaraan niet voorbij hoefde te worden gegaan. Op dit punt is het bestreden besluit in strijd met de vereiste zorgvuldigheid genomen en niet deugdelijk gemotiveerd.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
Informatie over hoger beroep
Bijlage: voor deze uitspraak belangrijke wet- en regelgeving
beroepsmatigeactiviteiten ten hoogste 25% van het binnenwerks vloeroppervlak van hoofdgebouwen en de daarbij behorende aan- en uitbouwen mag bedragen, met een maximum van 50 m² en voor bedrijfsmatige activiteiten ten hoogste 20% respectievelijk 20 m²;