ECLI:NL:RBZWB:2025:2781
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Bodemzaak
- mr. Tilman-Knoester
- Rechtspraak.nl
Betaling van factuur door gedaagde na behandeling door Stichting Kliniek Naaldwijk
In deze civiele zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 7 mei 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Kliniek Naaldwijk en een gedaagde partij. De gedaagde was door haar tandarts doorverwezen naar de kliniek, waar een röntgenfoto is gemaakt en een recept is voorgeschreven. De behandelend specialist van de kliniek kwam tot de conclusie dat de behandeling gezondheidsrisico's met zich meebracht en beter achterwege kon blijven. De zaak draait om de vraag of de gedaagde de factuur van € 265,38 moet betalen, ondanks haar verweer dat de röntgenfoto niet noodzakelijk was en dat er geen behandeling heeft plaatsgevonden.
De procedure omvatte een tussenvonnis van 22 januari 2025 en een mondelinge behandeling op 28 maart 2025. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde op afspraak bij de kliniek was geweest en dat de röntgenfoto daadwerkelijk was gemaakt. De kantonrechter wees erop dat de gedaagde had ingestemd met het maken van de foto en dat de kliniek geen eerdere foto's had ontvangen van de tandarts. De kantonrechter oordeelde dat er sprake was van een geneeskundige behandelingsovereenkomst en dat de gedaagde de factuur moest betalen.
Daarnaast vorderde de kliniek contractuele rente en buitengerechtelijke kosten. De kantonrechter wees de vordering van contractuele rente af, omdat niet was aangetoond dat de algemene voorwaarden van toepassing waren. De gedaagde werd in verzuim verklaard en moest wettelijke rente betalen vanaf 2 juni 2024. De kantonrechter kende ook buitengerechtelijke kosten toe, omdat aan de eisen voor de verschuldigdheid daarvan was voldaan. De gedaagde werd veroordeeld tot betaling van een totaalbedrag van € 722,18, inclusief buitengerechtelijke kosten, en moest de proceskosten van € 390,39 vergoeden.