ECLI:NL:RBZWB:2025:2809

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
8 april 2025
Publicatiedatum
9 mei 2025
Zaaknummer
C/02/433175 / FA RK 25-1404
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • Mr. Pulskens
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie voor betrokkene met psychische stoornis

In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 8 april 2025 een zorgmachtiging verleend voor betrokkene, geboren in 1987, die lijdt aan een schizofreniespectrumstoornis. De officier van justitie had verzocht om een zorgmachtiging voor de duur van zes maanden, omdat betrokkene, die eerder zwervend was, momenteel inwoont bij een man en ernstige psychische problemen vertoont. Tijdens de mondelinge behandeling op 8 april 2025 was betrokkene niet in staat om constructief deel te nemen aan het gesprek, wat leidde tot de beslissing om de behandeling in haar afwezigheid voort te zetten. De rechtbank oordeelde dat betrokkene een psychische stoornis heeft die leidt tot ernstig nadeel, waaronder maatschappelijke teloorgang en bedreiging van haar veiligheid. De rechtbank concludeerde dat verplichte zorg noodzakelijk is, omdat betrokkene geen ziektebesef heeft en niet vrijwillig mee wil werken aan behandeling. De zorgmachtiging omvat het toedienen van medicatie, medische controles, beperking van bewegingsvrijheid en opname in een accommodatie. De machtiging is geldig tot en met 8 oktober 2025.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Breda
Zaaknummer: C/02/433175 / FA RK 25-1404
Datum uitspraak: 8 april 2025
Beschikking zorgmachtiging
op het verzoek van de officier van justitie voor
[betrokkene],
geboren op [geboortedag] 1987 in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen betrokkene,
wonende in [woonplaats] ,
advocaat mr. H.M.Th. de Pont te Tilburg .

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De rechtbank neemt de volgende stukken mee in de beoordeling:
- het verzoekschrift met bijlagen, binnengekomen bij de rechtbank op 19 maart 2025.
1.2.
Ter gelegenheid van de mondelinge behandeling van het verzoek op 8 april 2025 zijn aan het hiervóór vermelde woonadres verschenen:
  • de advocaat van betrokkene;
  • de heer [naam 1] , casemanager/verpleegkundig specialist;
  • mevrouw [naam 2] , casemanager.
Tevens waren ter plaatse twee politieagenten aanwezig.
1.3.
De officier is, zoals hij reeds aangaf in zijn verzoek, niet op de mondelinge behandeling verschenen en dus ook niet gehoord.
1.4.
De man, bij wie betrokkene inwoont, doet open en geeft mondeling aan zich serieus zorgen te maken over betrokkene. Er moet volgens hem snel iets gebeuren, omdat de situatie ernstig uit de hand dreigt te lopen. Vervolgens verschijnt betrokkene op de galerij. Zij laat blijken dat zij uitsluitend met de behandelend rechter op de galerij wil praten en dat zij in de Engelse taal wil worden aangesproken. Wanneer de rechter aanstalten maakt om met betrokkene een gesprek over het verzoek aan te gaan wordt hij door betrokkene meermalen onderbroken, door het roepen van ‘objection’ of dat zij een eigen advocaat heeft en dat er een nieuwe afspraak moet worden gemaakt. Wanneer de behandelend rechter mededeelt dat hij met haar, met haar advocaat en haar behandelaar over het verzoek wil spreken haalt betrokkene een perskaart tevoorschijn, die zij aan alle betrokkenen laat zien. Ook merkt zij op dat zij wil dat de behandelend rechter zich legitimeert. Vervolgens toont de behandelend rechter zijn legitimatiebewijs. Betrokkene geeft daarop aan dat zij door een AI robot wordt aangestuurd. Tevens pakt zij haar mobiele telefoon en geeft zij aan dat zij het gesprek zal opnemen en dit later openbaar zal maken. Vervolgens stelt de behandelend rechter vast dat een gesprek met betrokkene over het verzoek niet mogelijk is. De advocaat en de behandelaar van betrokkene sluiten zich daarbij aan. Met instemming van laatst genoemden vindt de mondelinge behandeling van het verzoek plaats in de trappenhal van het appartemensgebouw buiten aanwezigheid van betrokkene.

2.Het verzoek

De officier van justitie verzoekt de rechtbank een zorgmachtiging, als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), voor de duur van zes maanden te verlenen voor de navolgende zorgvormen:
- het toedienen van vocht en voeding;
- het toedienen van medicatie;
- het verrichten van medische controles;
- het verrichten van andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
- het beperken van de bewegingsvrijheid;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.

3.De standpunten

3.1.
De casemanager/verpleegkundig specialist brengt naar voren dat betrokkene momenteel inwoont bij een man en dat zij daarvoor zwervende was. Naar betrokkene heeft gesteld is bij haar in Polen een schizofreniespectrum stoornis gediagnostiseerd. Betrokkene was/is het hier niet mee eens. Zij kampt al langere tijd met psychoses in de vorm van wanen. Zo is zij ervan overtuigd misbruikt en mishandeld te zijn, zowel door diverse personen in haar directe woonomgeving, als in het verleden toen zij in Polen woonde. Ook zou zij door een criminele groep zijn gedrogeerd en vervolgens verkracht. Betrokkene heeft geprobeerd daarvan aangifte te doen bij de politie, maar zij voelt zich door hen niet serieus genomen. Betrokkene uit nog steeds beschuldigingen van misbruik en stalking richting bewoners van het appartement. Daarnaast leeft betrokkene in de overtuiging dat zij met behulp van kunstmatige intelligentie (AI) wordt beïnvloed en gemanipuleerd. In het verleden is gebleken dat de toestand van betrokkene sterk verbeterde wanneer zij verplicht medicatie kreeg toegediend. Betrokkene weigert echter al langere tijd ambulante zorg en medicatie. De moeder van betrokkene maakt zich ernstig zorgen om haar dochter, zij zou haar graag terughalen naar Polen. De verpleegkundig specialist acht een zorgmachtiging noodzakelijk, nu het actuele toestandsbeeld van betrokkene maakt dat zij kwetsbaar is. Wanneer verplichte zorg uitblijft dreigt maatschappelijke teloorgang en loopt zij een groot risico door anderen te worden misbruikt. Hij ondersteunt daarom het verzoek en de daarin genoemde zorgvormen, zij het dat hij voor ‘het toedienen van vocht en voeding’ en voor ‘het verrichten van andere medische handelingen en therapeutische maatregelen’ op dit moment geen noodzaak ziet.
3.2.
De advocaat van betrokkene merkt op dat hij gelet op de stukken en de mondelinge behandeling juridisch/inhoudelijk geen beletselen ziet voor toewijzing van het verzoek. Meer specifiek voor wat betreft het ernstig nadeel wijst hij op het risico dat zijn cliënt loopt, indien zorg in een verplicht kader uitblijft, op het kwijt raken van haar huidige huisvesting.

4.De beoordeling

4.1.
De rechtbank verleent de gevraagde machtiging voor de duur van zes maanden. Zij legt hierna uit waarom zij deze beslissing neemt.
4.2.
De rechtbank is op grond van de inhoud van de stukken en de mondelinge behandeling van oordeel dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, bestaande uit schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen en andere problemen die een reden voor zorg kunnen zijn.
4.3.
Daarnaast is naar het oordeel van de rechtbank uit de stukken en de mondelinge behandeling gebleken dat het gedrag dat voortvloeit uit deze psychische stoornis leidt tot ernstig nadeel. Dit nadeel bestaat uit:
- maatschappelijke teloorgang;
- bedreiging van de veiligheid van betrokkene al dan niet doordat betrokkene onder invloed van een ander raakt.
Betrokkene kampt al langere tijd met psychoses in de vorm van wanen dat zij is/wordt gestalkt, misbruikt en/of mishandeld door buurtbewoners, waarover zij naar hen beschuldigingen uit, dat zij het slachtoffer zou zijn van drogering/verkrachting door een criminele groep en dat zij met behulp van kunstmatige intelligentie (AI) wordt beïnvloed en gemanipuleerd. Aanvankelijk was betrokkene zwervende, momenteel woont zij in bij een kennis. Gebleken is dat zowel in deze woonsituatie als in de directe woonomgeving er sprake is van snel oplopende spanningen. Als gevolg van voormelde omstandigheden loopt betrokkene een belangrijk risico haar huisvesting kwijt te raken en het slachtoffer te worden van misbruik door anderen.
4.4.
Om het ernstig nadeel af te wenden of de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen heeft betrokkene zorg nodig.
4.5.
Er zijn geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis. Daarbij neemt de rechtbank in aanmerking dat uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken, dat betrokkene geen, althans beperkt ziektebesef/-inzicht heeft, terwijl betrokkene bovendien bepaald geen intrinsieke motivatie toont om vrijwillig mee te werken aan behandeling in het algemeen en de inname/acceptatie van noodzakelijke medicatie in het bijzonder. Daarom is verplichte zorg nodig.
4.6.
De rechtbank is op grond van het zorgplan, de medische verklaring, het advies van de geneesheer-directeur en de toelichting tijdens de zitting van oordeel dat de volgende vormen van verplichte zorg nodig zijn:
- het toedienen van medicatie;
- het verrichten van medische controles;
- het beperken van de bewegingsvrijheid;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
Gebleken is tenslotte dat voor andere vormen van verplichte zorg geen noodzaak bestaat, zodat andere dan de hiervóór genoemde vormen van verplichte zorg zullen worden afgewezen.
4.7.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
4.8.
De vormen van verplichte zorg die de rechtbank toewijst, zijn evenredig en naar verwachting effectief. Bij het bepalen van de juiste vormen van zorg is rekening gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen en om te zorgen voor de veiligheid van betrokkene en haar omgeving.
4.9.
Met inachtneming van het voorgaande zal de rechtbank een zorgmachtiging verlenen voor een periode van zes maanden, als verzocht.

5.De beslissing

De rechtbank:
5.1.
verleent een zorgmachtiging voor:
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1987 in [geboorteplaats] ,
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen als genoemd in rechtsoverweging 4.6 kunnen worden getroffen;
5.2.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 8 oktober 2025;
5.3.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 8 april 2025 door mr. Pulskens, rechter, in aanwezigheid van Baremans, griffier en op schrift gesteld op
16 april 2025.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.