In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 1 mei 2025 een zorgmachtiging verleend voor een zwangere vrouw die lijdt aan een psychische stoornis. De officier van justitie had verzocht om een zorgmachtiging voor de duur van zes maanden, omdat de betrokkene niet op afspraken verschijnt en zorgmijdend gedrag vertoont, ondanks haar zwangerschapsdiabetes. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene niet aanwezig wilde zijn bij de mondelinge behandeling en heeft haar kort gehoord vanuit haar auto. De behandelaar heeft verklaard dat de betrokkene zich verward gedraagt en dat haar situatie zorgwekkend is, vooral gezien haar zwangerschap en de noodzaak voor medische controles. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er ernstig nadeel is voor zowel de betrokkene als haar ongeboren kind, en dat verplichte zorg noodzakelijk is. De rechtbank heeft de gevraagde zorgmachtiging verleend, inclusief het toedienen van medicatie, medische controles, en opname in een accommodatie. De machtiging is geldig tot en met 1 november 2025.