ECLI:NL:RBZWB:2025:2945

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
15 mei 2025
Publicatiedatum
15 mei 2025
Zaaknummer
02-137898-22
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de terbeschikkingstelling met voorwaarden van een betrokkene wegens het ontbreken van een tweede ketenpartner voor ambulante forensisch psychiatrische begeleiding

Op 15 mei 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) met voorwaarden van een betrokkene, geboren in 1983. De rechtbank oordeelde dat de tbs met voorwaarden met één jaar moest worden verlengd, omdat er op dat moment geen tweede ketenpartner beschikbaar was voor ambulante forensisch psychiatrische begeleiding. De officier van justitie had op 17 april 2025 een vordering ingediend tot verlenging van de tbs, waarbij de reclassering en een psychiater advies hadden gegeven over de situatie van de betrokkene. De psychiater had in zijn rapportage aangegeven dat het risico op een nieuw geweldsdelict laag was, maar dat er een sterke afhankelijkheid van extern risicomanagement bestond. De reclassering had aanvankelijk geadviseerd om de tbs niet te verlengen, maar kwam later terug op dit advies, omdat het ontbreken van een tweede zorgaanbieder de veiligheid van anderen in gevaar kon brengen. De rechtbank concludeerde dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen of goederen de verlenging van de tbs met voorwaarden eiste, gezien de complexe psychiatrische problematiek van de betrokkene. De rechtbank heeft besloten dat er gezocht moet worden naar een tweede zorgaanbieder, zodat de betrokkene goed kan worden begeleid en het recidiverisico laag blijft. De beslissing om de tbs met voorwaarden te verlengen werd genomen door de meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Strafrecht
Zittingsplaats: Breda
Parketnummer: 02-137898-22
beslissing van de meervoudige kamer d.d. 15 mei 2025
op de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling met voorwaarden van
[betrokkene]
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1983
wonende te [adres]

1.De stukken

Het dossier bevat onder meer de volgende stukken:
- de vordering van de officier van justitie d.d. 17 april 2025, die strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling (hierna tbs) met voorwaarden met één jaar;
- de voortgangsverslagen van de reclassering, waarin telkens wordt ingegaan op de naleving van de voorwaarden;
- het rapport van psychiater drs. [psychiater] d.d. 3 april 2025;
- het rapport van de reclassering d.d. 24 maart 2025;
- het verlengingsadvies van de reclassering d.d. 16 april 2025.

2.De procesgang

Bij vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 9 mei 2023 is [betrokkene] , wegens tweemaal een poging tot doodslag, ontslagen van alle rechtsvervolging en is aan hem een tbs opgelegd, waarbij voorwaarden zijn gesteld.
De rechtbank constateert dat betrokkene is veroordeeld voor het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 38e, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht.
De tbs met voorwaarden is op 22 mei 2023 aangevangen.
Tijdens het onderzoek ter openbare terechtzitting van de rechtbank van 1 mei 2025 is de officier van justitie gehoord.
Tevens is betrokkene gehoord, bijgestaan door zijn raadsman mr. M.C.J. Heinen, advocaat te Roosendaal.
Voorts is gehoord de deskundige [reclasseringsmedewerker] .

3.Het advies van de externe gedragsdeskundige

Uit het rapport van psychiater drs. [psychiater] d.d. 3 april 2025 blijkt dat onder de huidige omstandigheden – verblijf op een [zorgboerderij] met het huidige antipsychoticum Clozapine en in het kader van de lopende tbs-maatregel met voorwaarden met reclasseringstoezicht – het risico op een nieuw geweldsdelict als laag wordt ingeschat. Nadrukkelijk wordt gesteld dat betrokkene sterk afhankelijk is van extern risicomanagement en volgens de gedragsdeskundige is het van groot belang dat er een tweede ketenpartner in de zin van ambulante forensisch psychiatrische behandeling/begeleiding toegevoegd wordt.
De psychiater heeft geadviseerd de tbs met voorwaarden niet te verlengen.

4.Het advies van de reclassering

De reclassering heeft in het rapport d.d. 24 maart 2025 verslag gedaan over de voortgang van de maatregel. Uit dit verslag is gebleken dat de risico’s op recidive, letselschade en op onttrekking als laag worden ingeschat. Wel is gebleken dat het behandeleffect bij betrokkene beperkt is en dat zijn complexe problematiek ervoor zorgt dat een gedragsverandering moeilijk te bewerkstelligen is, waardoor de nadruk met name op het externe risicomanagement is gelegd. Er is een passende woonvoorziening voor betrokkene gevonden waar hij langdurig kan verblijven en deze vorm van zorg is passend gebleken. Binnen deze huidige context werd door de reclassering aanvankelijk een lage kans op recidive ingeschat en werd ook door de reclassering geadviseerd de maatregel tbs niet te verlengen.
In het verlengingsadvies tbs van 16 april 2025 komt de reclassering terug op haar op 24 maart 2025 gegeven advies. De reclassering komt tot dit gewijzigde inzicht op grond van eerdergenoemde bevindingen Forensisch psychiater drs. [psychiater] . [psychiater] heeft in zijn onderzoek het belang benadrukt van een tweede ketenpartner in de zin van ambulante forensisch psychiatrische begeleiding. Daarbij beschrijft drs. [psychiater] dat het de voorkeur verdient dat de controle op het gebruik van de Clozapine bij een dergelijke tweede ketenpartner met psychiater in dienst wordt ondergebracht.
Volgens de reclassering wordt in het huidige zorgaanbod, waarbij de medicatie is ondergebracht bij de huisarts van betrokkene, niet voldaan aan de voorwaarden die drs. [psychiater] als noodzakelijk beschrijft. Dit zou betekenen dat wanneer de maatregel tbs met voorwaarden nu wordt beëindigd, er geen tweede zorgaanbieder is en de medicatie niet is ondergebracht bij een psychiater. Hoewel de reclassering in een dergelijk scenario de risico’s op recidive op de korte en middellange termijn als laag blijft inschatten, acht zij het op de lange termijn (twee jaar en langer) gewenst, dan wel noodzakelijk dat er een tweede zorginstelling betrokken is. De reclassering komt op grond daarvan met het advies om de tbs met voorwaarden te verlengen met één jaar.
Ter zitting heeft de deskundige [reclasseringsmedewerker] daaraan nog toegevoegd dat die tweede ketenpartner in de zin van ambulante forensisch psychiatrische behandeling/begeleiding op dit moment nog niet gevonden is en dat het dan de vraag is hoe de overdracht zal gaan, hoe de reactie van betrokkene is en hoe het contact zal zijn met de tweede begeleidende instantie. Daarom is men tot het advies gekomen om de tbs met voorwaarden met één jaar te verlengen. In aanvulling daarop heeft de deskundige [reclasseringsmedewerker] opgemerkt dat betrokkene bij de gedragsbeïnvloedende en/of vrijheidsbeperkende maatregel binnen de reclassering onder een andere afdeling zou gaan vallen dan het tbs-team en dat dan geen gebruik meer kan worden gemaakt van de expertise die aanwezig is bij de afdeling waar betrokkene nu onder valt. Dat is volgens [reclasseringsmedewerker] geen wenselijke situatie.

5.Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie is ter zitting bij de vordering de tbs met voorwaarden met één jaar te verlengen gebleven. De officier van justitie heeft daartoe aangevoerd dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen nog steeds in het geding is. Betrokkene kan niet zonder zijn medicatie en externe begeleiding van betrokkene daarbij is cruciaal.

6.Het standpunt van de verdediging

Betrokkene heeft ter zitting verklaard dat het momenteel goed met hem gaat en dat hij het naar zijn zin heeft waar hij nu woont. Betrokkene noemt het een plaats waar hij nog heel lang kan wonen omdat hij daar structuur heeft gevonden, hij daar geen druk voelt en het voor hem ook heel veilig aanvoelt.
De verdediging heeft betoogd dat de tbs-maatregel moet worden beëindigd omdat uit de rapportages niet blijkt dat verdachte nog steeds een gevaar is voor zichzelf of voor anderen en dat er daarom niet wordt voldaan aan het gevaarscriterium.

7.Het oordeel van de rechtbank

De tbs kan slechts worden verlengd indien de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen de verlenging van de tbs met voorwaarden eist. Het recidivegevaar moet nog aanwezig zijn en dient voort te vloeien uit een ziekelijke stoornis en/of een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens.
Uit de rapportage van psychiater drs. [psychiater] en uit de verlengingsadviezen van de reclassering maakt de rechtbank op dat bij betrokkene sprake is van een zeer complexe en zeer ernstige psychiatrische problematiek. De setting waarbinnen betrokkene nu verblijft, in combinatie met de medicatie die betrokkene nu gebruikt, maakt dat het risico op een nieuw geweldsdelict op dit moment als laag wordt ingeschat, maar dat alertheid geboden blijft indien externe omstandigheden veranderen. Volgens de deskundigen bestaat de kans dat bij het wegvallen van externe structuur betrokkene niet langer in staat is om zich te reguleren en zich dan probeert te reguleren door naar buiten gerichte agressie naar personen.
Dat is ook de reden dat drs. [psychiater] en ook de reclassering een tweede ketenpartner in de zin van ambulante forensisch psychiatrische begeleiding noodzakelijk vinden. Die tweede ketenpartner is er op dit moment niet en volgens de reclassering wordt daarmee in het huidige zorgaanbod niet voldaan aan de voorwaarden die drs. [psychiater] als noodzakelijk beschrijft, mocht tot een beëindiging van de maatregel worden gekomen.
Op grond van het vorenstaande komt de rechtbank dan ook tot het oordeel dat het ontbreken van een tweede zorgaanbieder van invloed is op het verdere begeleidingstraject van betrokkene, in die zin dat daardoor de externe omstandigheden voor betrokkene dusdanig veranderen dat de risico’s op recidive aanwezig zijn en dat daarmee de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen in het geding is. De komende periode wordt op zoek gegaan naar deze tweede zorgaanbieder, zodat betrokkene goed ingebed blijft in zorg. Zodra deze is gevonden zal betrokkene voor (in ieder geval) zijn medicatie bij deze tweede zorgaanbieder terecht kunnen. Het is van belang dat een en ander zorgvuldig gebeurt en het proces van samenwerking met deze zorgaanbieder wordt gemonitord zodat betrokkene niet dereguleert en het recidiverisico laag blijft.
Gelet hierop is de rechtbank van oordeel dat de tbs met voorwaarden van betrokkene moet worden verlengd met één jaar.

8.De beslissing.

De rechtbank verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met voorwaarden van betrokkene met
één jaar.
Deze beslissing is gegeven door mr. M.A.E. Dekker, voorzitter, mr. R.J.H. Goossens en mr. P.A.M. Wijffels, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier F.J.M. Nouws en is uitgesproken ter openbare zitting op 15 mei 2025.