Op 7 mei 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een zorgmachtiging verleend voor betrokkene, geboren in 1993, op verzoek van de officier van justitie. De rechtbank heeft de procedure opgestart na ontvangst van een verzoekschrift op 16 april 2025. Tijdens de zitting, die achter gesloten deuren plaatsvond, zijn verschillende betrokkenen gehoord, waaronder de betrokkene zelf en zijn advocaat, mr. J.J. van 't Hoff. De officier van justitie was niet aanwezig.
De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, specifiek een schizofrenie-spectrum stoornis van het paranoïde type, en dat hij medicatie nodig heeft om psychotische ontregelingen te voorkomen. Ondanks dat betrokkene aangeeft dat het goed met hem gaat en hij de medicatie wil afbouwen, is de rechtbank van oordeel dat verplichte zorg noodzakelijk is om ernstig nadeel te voorkomen, zoals materiële schade en gevaar voor de veiligheid van anderen.
De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor een periode van twaalf maanden, tot en met 7 mei 2026, en heeft de verzoeken van de officier van justitie toegewezen, waaronder het toedienen van medicatie en het verrichten van medische controles. De rechtbank heeft ook vastgesteld dat er geen minder bezwarende alternatieven zijn en dat de toegewezen zorgvormen evenredig en effectief zijn. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid tot cassatie.