Op 7 mei 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een zorgmachtiging verleend op verzoek van de officier van justitie voor een betrokkene, geboren in 1961. De rechtbank heeft de procedure gestart na ontvangst van een verzoekschrift op 22 april 2025. Tijdens de zitting op 7 mei 2025, die achter gesloten deuren plaatsvond, zijn verschillende betrokkenen gehoord, waaronder de betrokkene zelf en haar advocaat. De officier van justitie was niet aanwezig.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een bipolaire-stemmingsstoornis, wat leidt tot ernstig nadeel, waaronder maatschappelijke teloorgang en gevaar voor de veiligheid van personen en goederen. De betrokkene was eerder vrijwillig opgenomen, maar na een periode van herstel is zij opnieuw in een crisistoestand geraakt. De rechtbank heeft geconcludeerd dat verplichte zorg noodzakelijk is, omdat de betrokkene onvoldoende intrinsieke motivatie vertoont om vrijwillig mee te werken aan haar behandeling.
De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor een periode van zes maanden, waarin verschillende vormen van verplichte zorg zijn toegestaan, zoals het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid. De rechtbank heeft ook overwogen dat er geen minder bezwarende alternatieven zijn en dat de toegewezen zorgvormen evenredig en effectief zijn. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 7 mei 2025, met een schriftelijke vastlegging op 15 mei 2025.