ECLI:NL:RBZWB:2025:2963
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering van WIA-uitkering aan eiser op basis van arbeidsongeschiktheid
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 16 mei 2025, wordt het beroep van eiser, handelend onder de naam van zijn bewindvoerder, tegen de weigering van een WIA-uitkering beoordeeld. Eiser had een aanvraag ingediend voor een WIA-uitkering, maar het UWV weigerde deze op basis van de conclusie dat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt was. De rechtbank behandelt de argumenten van eiser, die stelt dat zijn medische beperkingen onvoldoende zijn meegenomen in de beoordeling door het UWV. De rechtbank concludeert dat het UWV terecht heeft vastgesteld dat eiser 14,24% arbeidsongeschikt is, en dat de weigering van de WIA-uitkering per 28 april 2022 gerechtvaardigd is. De rechtbank wijst erop dat eiser niet voldoet aan de voorwaarden voor volledige of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid zoals gedefinieerd in de Wet WIA. De rechtbank oordeelt dat de medische beoordeling door de verzekeringsartsen van het UWV zorgvuldig is uitgevoerd en dat de beperkingen van eiser adequaat zijn vastgesteld. Eiser heeft geen nieuwe medische gegevens ingebracht die de beoordeling zouden kunnen veranderen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en kent geen proceskostenvergoeding toe aan eiser.