Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
- De beschikking van deze rechtbank van 19 december 2024 en de daarin genoemde stukken;
- De rapportage van de Raad van 6 maart 2025;
- De op 26 maart 2025 van de advocaat van de ouders ontvangen brief met bijlage.
- de moeder (via een geluidsverbinding);
- de vader (via een beeldbelverbinding);
- twee vertegenwoordigsters namens de GI;
- een vertegenwoordigster namens de Raad.
2.De feiten
3.Het raadsrapport
4.De standpunten van de ouders en de GI
De advocaat van de ouders heeft namens hen het volgende aangevoerd. De persoonlijke situatie van de ouders is zeer complex. Daarbij komt dat de moeder dreigt haar woning te verliezen. De advocaat heeft het overleg van de GI met alle betrokken hulpverleners bijgewoond. Volgens de advocaat lukt het de ouders, ondanks de inzet van hulpverleners op verschillende gebieden, niet om een voor de minderjarigen geschikt opvoedklimaat te creëren. Op dit moment kan er dan ook geen sprake zijn van een terugkeer van de minderjarigen naar de ouders en zal de machtiging tot uithuisplaatsing nog verlengd moeten worden. De advocaat wijst evenwel op de opmerking van de Raad, dat er bij de moeder nog een mogelijkheid wordt gezien om de minderjarigen zelf op te gaan voeden, als zij daarbij voldoende hulpverlening krijgt. De situatie van de moeder is momenteel zeer fragiel, nu zij opgenomen is voor behandeling van haar problematiek. De vader woont inmiddels weer in een begeleide woonvorm. De conclusie zou dan kunnen zijn dat de minderjarigen elders moeten gaan opgroeien. De advocaat van de ouders vraagt evenwel om niet mee te gaan in het verzoek van de GI om nu een perspectiefbesluit te nemen. De vraag die voorligt is of de aanvaardbare termijn voor de minderjarigen is verstreken. De Raad spreekt hierover in haar rapport alleen in algemeenheden, in die zin dat de aanvaardbare termijn voor jonge kinderen korter is dan die van oudere kinderen. De minderjarigen zijn nog erg jong en er wordt bij de moeder nog een mogelijkheid gezien om in de toekomst zelf voor de minderjarigen te gaan zorgen. De vader zou hulp moeten gaan krijgen om de relatie met de moeder stabiel te krijgen, zodat zij op termijn samen voor de minderjarigen kunnen gaan zorgen. De advocaat merkt hierbij wel op dat het de ouders samen tot op heden niet is gelukt om stabiel te zijn. De advocaat van de ouders stelt dat de Raad onvoldoende onderzoek heeft gedaan, gelet op de richtlijnen voor uithuisplaatsing en terugplaatsing. De advocaat doet namens de ouders daarom het verzoek om op grond van artikel 810a van het Wetboek van Rechtsvordering (Rv) een deskundigenonderzoek te gelasten. De advocaat heeft dit verzoek na de mondelinge behandeling nog schriftelijk bevestigd op 26 maart 2025. Door de deskundige dient bekeken te worden of de aanvaardbare termijn voor de minderjarigen daadwerkelijk is verstreken en of de ouders zelf voor de minderjarigen kunnen zorgen. In dit verband wijst de advocaat er op dat de GI nog geen geschikt perspectiefbiedend pleeggezin heeft gevonden en nog niet duidelijk is wanneer de minderjarigen doorgeplaatst zouden kunnen worden.
5.De nadere beoordeling
6.De beslissing
- door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.