Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Het nadere verloop van de procedures
via digitaal horen.
2.De feiten
3.De verzoeken
4.De standpunten
5.De verdere beoordeling
maandag [datum] 2025 om [uur].
uiterlijk woensdag 29 januari 2025dient het college in deze zaak de rechtbank en de overige belanghebbenden te informeren over de actuele stand van zaken op dat moment en het gewenste verdere procesverloop. In het geval het college het reguliere verzoek tot machtiging gesloten jeugdhulp handhaaft, verzoekt de kinderrechter het college de verklaring van de gekwalificeerde gedragswetenschapper, die [minderjarige] kort van te voren in persoon heeft onderzocht, uiterlijk op 29 januari 2025 bij de rechtbank in te dienen en naar de belanghebbenden te sturen. Wanneer het college de voorkeur geeft aan een voorwaardelijke machtiging gesloten jeugdhulp voor [minderjarige] , dient het verzoek daartoe op uiterlijk 29 januari 2025 bij de rechtbank te worden ingediend, eveneens met een verklaring van een gekwalificeerde gedragswetenschapper die [minderjarige] kort van te voren in persoon heeft onderzocht.
6.De beslissing
maandag [datum] 2025 om [uur]in het gerechtsgebouw van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, aan Kousteensedijk 2 in Middelburg, ten overstaan van de kinderrechter mr. De Beer dan wel mr. Hendriks, voor de duur van ongeveer 45 minuten;
- door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.