ECLI:NL:RBZWB:2025:3399

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
11 april 2025
Publicatiedatum
2 juni 2025
Zaaknummer
10882894 MB VERZ 24-37
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.H.C. van Eck
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen verkeersboete wegens doorrijden bij rood verkeerslicht

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 11 april 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. De betrokkene had een administratieve sanctie opgelegd gekregen voor het negeren van een rood verkeerslicht op de Van Beethovenlaan te Roosendaal op 17 april 2023. De betrokkene stelde dat het verkeerslicht op het moment van passeren oranje was en dat er geen bewijs was dat zij het verkeerslicht naderde. De officier van justitie verklaarde het beroep ongegrond, waarna de betrokkene in beroep ging bij de kantonrechter. Tijdens de zitting was de betrokkene niet aanwezig, maar de zittingsvertegenwoordiger van de officier van justitie, mr. A. de Vreeze, was wel aanwezig en pleitte voor het ongegrond verklaren van het beroep.

De kantonrechter overwoog dat van een bestuurder verwacht mag worden dat hij anticipeert op een naderend verkeerslicht en zijn snelheid aanpast om tijdig te kunnen stoppen. De rechter concludeerde dat de betrokkene onvoldoende had geanticipeerd op het verkeerslicht, aangezien het licht 2.9 seconden geel had gestraald voordat het rood werd. De kantonrechter oordeelde dat de boete terecht was opgelegd en dat er geen reden was om deze te matigen. Het beroep werd ongegrond verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team strafrecht
Zittingsplaats Bergen op Zoom
zaaknummer : 10882894 \ MB VERZ 24-37
CJIB-nummer : 3062 5422 5723 6050
uitspraakdatum : 11 april 2025
proces-verbaal van de zitting en uitspraak op een beroep op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv)
in de zaak van
naam :
[betrokkene]
adres : [adres]
woonplaats : [woonplaats]
hierna: betrokkene

Verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 11 april 2025. Namens de officier van justitie is verschenen mr. A. de Vreeze (hierna: zittingsvertegenwoordiger). Betrokkene is niet verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Standpunten

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd luidt, kort omschreven: doorgaan bij een driekleurig verkeerslicht (stoplicht) dat op rood staat op de Van Beethovenlaan kruising Strausslaan richting A58 te Roosendaal op 17 april 2023 om 11:26 uur.
Betrokkene heeft in het beroepschrift samengevat aangevoerd dat de gedraging niet is verricht. Het driekleurig verkeerslicht scheen oranje licht op het moment dat betrokkene met haar personenauto over de stopstreep reed. Er is geen foto beschikbaar die aantoont dat betrokkene het driekleurige verkeerslicht naderde. Betrokkene verwijst naar Artikel 79 RVV 1990. Op de kruising Beethovenlaan/Strausslaan ligt de stopstreep nog voor het driekleurig verkeerslicht. Gezien de inrichting van deze kruising is de positie om te stoppen voor rood licht voor deze stopstreep en niet voor de verkeerslichten. Op de bijgevoegde foto’s is te zien dat betrokkene de stopstreep al gepasseerd was, op het moment dat het driekleurig verkeerslicht rood licht uitstraalde. Op beide foto’s is de gemeten snelheid 48 kilometer per uur. Betrokkene stelt dat zij geen gas bij hoefde te geven om te voorkomen dat zij door rood licht zou rijden.
De zittingsvertegenwoordiger heeft verzocht het beroep ongegrond te verklaren en heeft daartoe het volgende aangevoerd. Van een bestuurder mag worden verwacht dat hij anticipeert op een naderend verkeerslicht en zijn snelheid zodanig aanpast dat tijdig kan worden gestopt. Indien een driekleurig verkeerslicht geel licht uitstraalt, houdt dit in beginsel in dat moet worden gestopt. Op de foto’s in het dossier is geen remlicht zichtbaar en de snelheid van betrokkene bedroeg 48 km/h. Het is dan ook niet aannemelijk dat betrokkene tot stilstand is gekomen.

Overwegingen

Uitgangspunt is dat in het algemeen van een bestuurder mag worden verwacht dat hij te allen tijde in staat is het voertuig tijdig en op een verantwoorde wijze voor een verkeerslicht tot stilstand te brengen. Van een bestuurder mag men immers verwachten dat hij anticipeert op een naderend verkeerslicht en zijn snelheid zodanig aanpast dat tijdig kan worden gestopt. Indien een driekleurig verkeerslicht geel licht uitstraalt, houdt dit in beginsel in dat moet worden gestopt. Slechts indien men het verkeerslicht zo dicht genaderd is dat stoppen niet meer mogelijk is, mag men doorrijden. Uit de databalk bij de foto’s blijkt dat het licht eerst 2.9 seconden geel licht heeft uitgestraald. Als betrokkene niet tijdig kan stoppen voor het geel uitstralend verkeerslicht heeft betrokkene onvoldoende geanticipeerd op het verkeerslicht. Hierdoor heeft hij zichzelf in de situatie gebracht waarin hij meende niet anders te kunnen dan door te rijden. Als betrokkene bij geel licht doorrijdt terwijl hij diende te stoppen, heeft hij het risico aanvaard dat het verkeerslicht nog gedurende deze manoeuvre rood licht zou gaan uitstralen. De boete is dus terecht opgelegd.
De kantonrechter ziet in wat betrokkene heeft aangevoerd ook geen reden om de boete te matigen.
Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard.

Beslissing

De kantonrechter verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. W.H.C. van Eck, kantonrechter, bijgestaan door de griffier L.I.M. Appels, en in het openbaar uitgesproken op 11 april 2025.
Als u het niet eens bent met deze beslissing, dan kunt u binnen 6 weken na de hieronder vermelde datum van verzending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, maar alleen als:
de boete meer dan € 110,00 bedraagt, of
uw beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat u niet of niet op tijd zekerheid heeft gesteld.
Het beroepschrift moet worden ingediend bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant, Team strafrecht, Postbus 67, 4330 AB Middelburg. Het beroepschrift moet zijn ondertekend door degene die beroep heeft ingesteld of door de gemachtigde.
U dient daarbij het zaaknummer te vermelden.
De procedure bij het gerechtshof verloopt geheel schriftelijk, tenzij u in het beroepschrift uitdrukkelijk vraagt om een zitting waarop u uw standpunt mondeling wilt toelichten.
Datum verzending: