ECLI:NL:RBZWB:2025:3408

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
11 april 2025
Publicatiedatum
2 juni 2025
Zaaknummer
10931325 MB VERZ 24-110
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.H.C. van Eck
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen verkeersboete wegens niet correct gebruik van handelaarskenteken

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 11 april 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. Betrokkene had een administratieve sanctie opgelegd gekregen voor het niet op de voorgeschreven wijze gebruiken van een handelaarskenteken op de Onze Lieve Vrouwestraat te Zegge op 11 november 2022. Betrokkene heeft tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde, beroep ingesteld bij de kantonrechter.

Tijdens de zitting op 11 april 2025 heeft de zittingsvertegenwoordiger van de officier van justitie, mr. A. de Vreeze, de stelling ingenomen dat het handelaarskenteken uitsluitend gebruikt mag worden voor bedrijfsactiviteiten van het erkende bedrijf of de persoon aan wie het kenteken is afgegeven. Betrokkene, die mede-eigenaar is van het bedrijf waaraan het handelaarskenteken is afgegeven, voerde aan dat hij met de auto onderweg was voor een bedrijfsactiviteit, namelijk het bijmaken en inleren van een sleutel.

De kantonrechter heeft overwogen dat niet is komen vast te staan dat de gedraging waarvoor de boete is opgelegd daadwerkelijk heeft plaatsgevonden. De rechter oordeelde dat het bijmaken en inleren van een sleutel in het belang van het bedrijf valt en derhalve gekwalificeerd kan worden als een bedrijfsactiviteit. Hierdoor is de boete ten onrechte opgelegd. De kantonrechter verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de beslissing van de officier van justitie en droeg de officier van justitie op het bedrag van € 379,- dat betrokkene als zekerheid heeft betaald, terug te betalen.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team strafrecht
Zittingsplaats Bergen op Zoom
zaaknummer : 10931325 \ MB VERZ 24-110
CJIB-nummer : 7062 5422 5377 6728
uitspraakdatum : 11 april 2025
proces-verbaal van de zitting en uitspraak op een beroep op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv)
in de zaak van
naam :
[betrokkene]
adres : [adres]
woonplaats : [woonplaats]
hierna: betrokkene

Verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 11 april 2025. Namens de officier van justitie is verschenen mr. A. de Vreeze (hierna: zittingsvertegenwoordiger). Betrokkene is ook verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Standpunten

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd luidt, kort omschreven: als kentekenhouder het handelaarskenteken niet op de voorgeschreven wijze gebruiken op de Onze Lieve Vrouwestraat te Zegge op 11 november 2022 om 09:20 uur.
Betrokkene heeft in het beroepschrift samengevat aangevoerd dat de gedraging niet is verricht. De officier van justitie stelt dat een handelaarsplaat uitsluitend gebruikt mag worden indien met het voertuig gebruik van de weg wordt gemaakt in het kader van bedrijfsactiviteiten van het erkende bedrijf of de natuurlijke persoon of rechtspersoon aan wie het handelaarskenteken is afgegeven, en dat hiervan in deze zaak geen sprake is. Betrokkene was met de bewuste auto onderweg om een bedrijfsactiviteit te laten uitvoeren. Het bijmaken en inleren van een tweede sleutel is een gespecialiseerde activiteit waarbij het noodzakelijk is om met de auto naar de specialist te gaan. De handelaarsplaat is afgegeven aan [bedrijf] bvba. Betrokkene is sinds 20 januari 2022 mede eigenaar van dit bedrijf. De auto waar betrokkene mee reed was op dat moment eigendom van het bedrijf. Ter zitting heeft betrokkene hieraan verder niets toegevoegd.
De zittingsvertegenwoordiger heeft verzocht het beroep gegrond te verklaren en heeft daartoe het volgende aangevoerd. Een handelaarskenteken mag uitsluiten gebruikt worden indien met het voertuig gebruik van de weg wordt gemaakt in het kader van bedrijfsactiviteiten van het erkende bedrijf of de natuurlijke persoon of rechtspersoon aan wie het handelaarskenteken is opgegeven. Het bijmaken en inleren van een sleutel valt aannemelijk onder bedrijfsactiviteiten.

Overwegingen

De kantonrechter is van oordeel dat niet is komen vast te staan dat de gedraging is verricht. Daarbij is van belang dat het bijmaken en inleren van een sleutel in het belang van het bedrijf is en hierdoor gekwalificeerd kan worden als bedrijfsactiviteit. Dit betekent dat de boete ten onrechte is opgelegd.
Het beroep is daarom gegrond. De beschikking waarbij de boete is opgelegd en de beslissing van de officier van justitie zullen worden vernietigd. Het bedrag dat betrokkene aan zekerheid heeft betaald moet door de officier van justitie worden terugbetaald.

Beslissing

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep gegrond;
‒ vernietigt de bestreden beslissing van de officier van justitie en de beschikking waarbij de boete is opgelegd;
‒ draagt de officier van justitie op het bedrag van € 379,- dat betrokkene als zekerheidstelling heeft betaald, aan betrokkene terug te betalen.
Deze uitspraak is gedaan door mr. W.H.C. van Eck, kantonrechter, bijgestaan door de griffier L.I.M. Appels, en in het openbaar uitgesproken op 11 april 2025.
Tegen deze beslissing is geen hoger beroep mogelijk.
Datum verzending: