Uitspraak
[minderjarige 1], geboren op [geboortedag 1] 2011 in [geboorteplaats 1] ,
[minderjarige 2], geboren op [geboortedag 2] 2013 in [geboorteplaats 2] ,
[minderjarige 3], geboren op [geboortedag 3] 2014 in [geboorteplaats 2] ,
[minderjarige 4], geboren op [geboortedag 4] 2018 in [geboorteplaats 2] ,
1.Het procesverloop
- het op 10 februari 2025 ontvangen verzoekschrift, met bijlagen;
- het F9-formulier van 22 april 2025 van mr. Gulickx, met bijlagen;
- de brief van 22 april 2025 van mr. Gulickx, houdende een wijziging/aanvulling van het verzoek;
- het F9-formulier van 22 april 2025 van mr. Gulickx, met bijlagen;
- de brief van 30 april 2025 van mr. Gulickx, met bijlagen;
- het F9-formulier van 30 april 2025 van mr. Gulickx, met bijlage;
- het verweerschrift van 5 mei 2025, met bijlagen.
- de vrouw, bijgestaan door mr. Gulickx en mevrouw [naam] , tolk in de Arabische taal (met [tolknummer] );
- de man, bijgestaan door mr. Özgül;
- een vertegenwoordigster namens de Raad.
2.De feiten
3.De verzoeken
- primair:te bepalen dat de vrouw samen met de man wordt belast met het gezamenlijk ouderlijk gezag over de minderjarigen;
- primair:te bepalen dat de hoofdverblijfplaats van [minderjarige 1] bij de vrouw is en dat hij wordt ingeschreven op het adres van de vrouw;
- primair:te bepalen dat de vrouw en de minderjarigen [minderjarige 2] , [minderjarige 3] en [minderjarige 4] eenmaal per veertien dagen van zaterdag 09.00 uur tot en met zondag 19.00 uur gerechtigd zijn tot het hebben van omgang met elkaar, alsmede tijdens de helft van de vakanties en feestdagen in onderling overleg te bepalen, dan wel een zorgregeling vast te stellen door de rechtbank in goede justitie te bepalen;
- subsidiair:te bepalen dat de vrouw en [minderjarige 1] eenmaal per veertien dagen van zaterdag 09.00 uur tot en met zondag 19.00 uur gerechtigd zijn tot het hebben van omgang met elkaar, alsmede tijdens de helft van de vakanties en feestdagen in onderling overleg te bepalen, dan wel een omgangsregeling vast te stellen door de rechtbank in goede justitie te bepalen;
- kosten rechtens.
4.De standpunten
5.De beoordeling
- Welke omgangsregeling tussen de vrouw en de minderjarigen past het beste bij de belangen van de minderjarigen?
- Zijn er contra-indicaties voor omgang en zo ja, welke?
- In hoeverre zijn deze contra-indicaties op te heffen; hoe, onder welke voorwaarden en op welke termijn?
6.De beslissing
dinsdag 16 december 2025 PRO FORMAbij de rechtbank dient te worden ingediend, zulks onder gelijktijdige verstrekking van een afschrift daarvan aan de advocaten van partijen;
- door de verzoekers en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.