Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Het verloop van de procedure
2.De feiten
3.Het verzoek
4.De standpunten
5.De beoordeling
- Er is zicht op de gezinssituatie en in hoeverre er sprake is van goed genoeg ouderschap;
- Er is zicht op de opvoedvaardigheden van beide ouders en de eventuele noodzakelijke hulpverlening die ouders nodig hebben om hun opvoedvaardigheden verder te ontwikkelen;
- Beide ouders krijgen, binnen hun mogelijkheden, psycho educatie over de ontwikkelingstaken van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] passend bij hun leeftijden, zodat ouders weten wat er van hen wordt verwacht aan opvoedvaardigheden;
- [minderjarige 1] en [minderjarige 2] groeien op in een stabiele opvoedsituatie die hen veiligheid, stabiliteit, grenzen en regels biedt;
- Er is zicht op het psychische welbevinden van vader, er is een veiligheidsplan/signaleringsplan aanwezig en het veiligheidsplan wordt met betrokkenen besproken of het actueel is of moet worden bijgesteld;
- Er is geen sprake van alcohol en/of drugsgebruik in het bijzijn van de kinderen;
- Er is ten alle tijden altijd minstens één nuchtere ouder aanwezig om fysiek en emotioneel beschikbaar te zijn voor [minderjarige 1] en [minderjarige 2];
- Er is vervolg onderzoek gedaan bij [minderjarige 1] zoals geadviseerd is in het psychologische onderzoek d.d. oktober 2022, zodat helder wordt wat er van [minderjarige 1] verwacht kan worden en welke hulpverlening bij haar past.
- Het is duidelijk of de lichamelijke klachten van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] een medische oorzaak hebben.
6.De beslissing
uiterlijk op 20 oktober 2025via een briefrapport de kinderrechter, de advocaat van de ouders en de Raad te voorzien van de actuele stand van zaken in het kader van de ondertoezichtstelling, de ontwikkelingen in de situatie en het verloop en de resultaten van de hulpverlening;
- degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- andere belanghebbenden, binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of binnen drie maanden nadat zij op andere wijze daarvan kennis hebben genomen.