Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Het verdere verloop van de procedure
- [minderjarige] , die ook apart is gehoord voorafgaand aan de mondelinge behandeling, bijgestaan door haar advocaat;
- de vader;
2.De feiten
3.De (resterende) verzoeken
4.De standpunten
5.De (nadere) beoordeling
uiterlijk een weekdat het voor de hierna te noemen mondelinge behandeling aan hem schriftelijk verslag zal uitbrengen over het verloop van de maatregel. Tevens dient het college zijn standpunt te geven ten aanzien van het resterende deel van het verzoek. Indien dit restverzoek wordt gehandhaafd, dient het college een aanvullende instemmingsverklaring van de gedragswetenschapper aan de kinderrechter (en aan de belanghebbende moeder) over te leggen.
6.De beslissing
[datum] 2025 om [uur]bij de kinderrechter in de rechtbank Zeeland-West-Brabant (kinderrechter mr. S. Tempel) in het gerechtsgebouw aan de Stationslaan 10, 4815 GW Breda, in afwachting van het verslag van het college zoals weergegeven in de beoordeling en het standpunt van het college over het resterend verzoek;
- door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.