Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek met producties;
- de conclusie van dupliek.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 22 januari 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen het CAK en een gedaagde partij over de betaling van een eigen bijdrage op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Het CAK vorderde betaling van een bedrag van € 309,49, bestaande uit een hoofdsom van € 228,00, incassokosten en rente. De gedaagde heeft betwist dat zij op de hoogte was van de vorderingen van het CAK en heeft aangevoerd dat zij geen van de verzonden beschikkingen, facturen of aanmaningen heeft ontvangen. De kantonrechter oordeelde dat het niet geloofwaardig was dat de gedaagde geen van de verzonden stukken had ontvangen, gezien het aantal verzonden documenten. De kantonrechter heeft de vordering van het CAK grotendeels toegewezen, met uitzondering van het bedrag dat betrekking heeft op de eigen bijdrage voor november 2020, omdat hiervoor geen factuur in het dossier was aangetroffen. De kantonrechter heeft de gedaagde veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 257,40 aan hoofdsom en incassokosten, vermeerderd met wettelijke rente, en heeft de proceskosten vastgesteld op € 472,39. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.