Uitspraak
RECHTBANK Zeeland-West-Brabant
1.GEMEENTE MIDDELBURG,
gedaagde partij 1,
hierna te noemen: de Gemeente,
2.2. MORTIERE GRONDEXPLOITATIE C.V.,3. GRONDBEDRIJF MORTIERE BEHEER I B.V.,4. GRONDBEDRIJF MORTIERE BEHEER II B.V.,5. HEIJMANS INFRA B.V.,6. HEIJMANS WONINGBOUW B.V.,
gedaagde partijen 2 t/m 6,
hierna samen te noemen: het Consortium,
1.De procedure
- de akte van [eiser] ;
2.De verdere beoordeling
De rechtbank neemt de door de Gemeente voorgestelde toevoeging aan vraag 3 over, omdat met die toevoeging nader wordt gepreciseerd waardoor de door de deskundige geconstateerde schade is veroorzaakt: de ouderdom van de opstallen en/of de staat van onderhoud en/of (wijzigingen in) de constructie zelf.
Omdat de door de Gemeente voorgestelde wijziging van vraag 4 samenhangt met de inhoudelijke argumenten die zijn aangevoerd bij de beslissing op het causaal verband en de rechtbank heeft geoordeeld daarop niet terug te komen, wordt voorbijgegaan aan deze voorgestelde wijzing. Om dezelfde reden gaat de rechtbank ook voorbij aan de door [eiser] voorgestelde toevoeging aan vraag 4.
3.De beslissing
[adres]
binnen twee wekenna de datum van de nog te ontvangen nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak,
woensdag 1 april 2026,