Uitspraak
RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Tilburg
Zaaknummer: 11571057 \ CV EXPL 25-1047
Vonnis in incident en in hoofdzaak van 9 juli 2025
in de zaak van
1.VERENIGING BUMA,
te Amstelveen,
2.
STICHTING TER EXPLOITATIE VAN NABURIGE RECHTEN (SENA),
2.
STICHTING TER EXPLOITATIE VAN NABURIGE RECHTEN (SENA),
te Hilversum,
eisende partijen,
gemachtigde: M. Verheij,
tegen
TILBURGFIETSEN.NL B.V.,
te Tilburg,
gedaagde partij,
procederend in persoon.
Partijen zullen hierna BUMA, SENA en Tilburgfietsen.nl B.V. worden genoemd. BUMA en SENA gezamenlijk worden aangeduid als SENA c.s.
1.De zaak in het kort
SENA c.s. vorderen Tilburgfietsen.nl B.V. te veroordelen tot betaling van een bedrag van 327,71 aan BUMA en een bedrag van € 172,67 aan SENA omdat door Tilburgfietsen.nl B.V. muziek gedraaid werd in een openbare ruimte zonder dat daarvoor een licentieovereenkomst is afgesloten. Voorts wordt, op straffe van een dwangsom, een verbod gevorderd op het openbaar maken van enig muziekwerk, dan wel een voor commerciële doeleinden uitgebracht fonogram of reproductie daarvan, zolang Tilburgfietsen.nl B.V. daarvoor geen licentie heeft verkregen. Gedaagde betwist gemotiveerd dat zij de partij is waarop SENA c.s. een vordering hebben. De kantonrechter draagt SENA c.s. op te bewijzen dat door Tilburgfietsen.nl B.V. muziek werd gedraaid in de openbare, voor publiek toegankelijke ruimte van het pand gelegen aan de Professor de Moorplein 283. De kantonrechter licht dit hieronder toe.
2.De procedure
2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 25 februari 2025
- het extract audiëntieblad van 5 maart 2025 waarop gedaagde zegt voor antwoord
- akte (door eiser genoemd conclusie van repliek) van 19 maart 2025
- het extract audiëntieblad van 2 april 2025 waarop gedaagde zegt voor antwoord akte
- het extract audiëntieblad van 5 maart 2025 waarop gedaagde zegt voor antwoord
- akte (door eiser genoemd conclusie van repliek) van 19 maart 2025
- het extract audiëntieblad van 2 april 2025 waarop gedaagde zegt voor antwoord akte
2.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.
3.De feiten
3.1.
BUMA behartigt de belangen van de bij haar aangesloten componisten, tekstdichters en muziekuitgevers met betrekking tot de uitvoering (openbaarmaking) van hun muziekwerken. Daartoe dragen de componisten en tekstdichters de muziekuitvoeringsrechten op al hun bestaande en toekomstige auteursrechtelijk beschermde muziekwerken over aan BUMA. BUMA oefent derhalve op eigen naam deze muziekauteursrechten uit. Via een stelsel van wederkerigheidscontracten met buitenlandse zusterorganisaties die soortgelijke overeenkomsten afsluiten beheert BUMA vrijwel het gehele auteursrechtelijk beschermde muziekrepertoire (hierna: het BUMA-repertoire).
3.2.
SENA is krachtens artikel 15 lid 1 Wet op de naburige rechten (WNR) door de minister van justitie aangewezen als de rechtspersoon die exclusief -dat wil zeggen met uitsluiting van anderen- belast is met de inning en de verdeling van de in artikel 7 WNR bedoelde billijke vergoedingen. Krachtens artikel 7 lid 1 WNR kan een voor commerciële doeleinden uitgebracht fonogram of een reproductie daarvan zonder toestemming van de producent en de uitvoerende kunstenaar of hun rechtverkrijgenden worden uitgezonden of op een andere wijze openbaar worden gemaakt, mits daarvoor een billijke vergoeding wordt betaald.
3.3.
SENA c.s. sluiten licentieovereenkomsten af met de openbaarmakers van muziek(werken) tegen betaling van een vergoeding die volgens vastgestelde formules wordt berekend.
3.4.
SENA heeft ten aanzien van de hoogte van de billijke vergoedingen overeenstemming bereikt met branche- en belangenorganisaties van diegenen die muziek openbaar maken zoals bedoeld in artikel 7 lis 1 WNR en artikel 12 Aw.
3.5.
Een relatiemanager van SENA c.s. heeft tijdens een bezoek op 8 februari 2024 in een openbare voor publiek toegankelijke ruimte gelegen aan het Professor de Moorplein 283 (hierna de openbare ruimte) geconstateerd dat er zonder de benodigde toestemming van SENA c.s., muziekwerken van Shakira ten gehore werden gebracht. Het muziekwerk valt onder het door SENA c.s. beschermde repertoire.
3.6.
Naar aanleiding van het bezoek hebben SENA c.s. in eerste instantie een factuur gestuurd aan J en J B.V. Deze factuur is door SENA c.s. gecrediteerd.
3.7.
Later, op 27 juni 2024 hebben SENA c.s. een factuur voor de licentieperiode 1-1-2024 t/m 31-12-2024 toegestuurd aan Tilburgfietsen.nl B.V. Op 31 juli 2024 en 14 augustus 2024 zijn aanmaningen verstuurd. De factuur is onbetaald gebleven.
4.Het geschil
In de hoofdzaak
4.1.
SENA c.s. vorderen - samengevat – schadevergoeding ontstaan door inbreuk op auteursrechten door Tilburgfietsen.nl B.V. doordat zonder toestemming muziekwerken openbaar zijn gemaakt. De schade wordt gefixeerd op de bedragen die Tilburgfietsen.nl verschuldigd zou zijn geweest indien een licentieovereenkomst tot stand gekomen zou zijn. Het gaat dan om (1) het bedrag dat Tilburgfietsen.nl aan BUMA verschuldigd zou zijn geweest indien een licentieovereenkomst met BUMA tot stand was gekomen en (2) een door Tilburgfietsen.nl B.V. verschuldigde billijke vergoeding aan SENA.
4.2.
BUMA vordert een bedrag van € 327,71 en SENA vordert een bedrag van € 172,67, beiden vorderen daarbij ook wettelijke handelsrente en buitengerechtelijke kosten. Verder vordert BUMA, op straffe van dwangsommen, een verbod om -samengevat- in het kader van de beroepsbeoefening of bedrijfsvoering enig muziekwerk behorende tot het BUMA repertoire ten gehore te brengen voor zover daarvoor geen licentie van BUMA is verkregen. SENA vordert , op straffe van dwangsommen, een verbod om -samengevat- in het kader van de beroepsbeoefening of bedrijfsvoering een voor commerciële doeleinden uitgebracht fonogram of reproductie daarvan ten gehore te brengen voor zover daarvoor geen billijke vergoeding aan SENA is voldaan.
4.3.
Tilburgfietsen.nl B.V. concludeert tot niet-ontvankelijkheid van SENA c.s., dan wel tot afwijzing van de vorderingen van SENA c.s., met veroordeling van SENA c.s. in de kosten van deze procedure. Ter onderbouwing van haar standpunt voert Tilburgfietsen.nl B.V. aan dat zij niet de partij is die de ruimte waarin de muziek ten gehore is gebracht exploiteert.
In het (voorwaardelijk) incident
4.4
In het incident vordert BUMA voor de duur van de procedure, op straffe van dwangsommen, een verbod om -samengevat- in het kader van de beroepsbeoefening of bedrijfsvoering enig muziekwerk behorende tot het BUMA repertoire ten gehore te brengen voor zover daarvoor geen licentie van BUMA is verkregen. SENA vordert voor de duur van de procedure, op straffe van dwangsommen, een verbod om -samengevat- in het kader van de beroepsbeoefening of bedrijfsvoering een voor commerciële doeleinden uitgebracht fonogram of reproductie daarvan ten gehore te brengen voor zover daarvoor geen billijke vergoeding aan SENA is voldaan.
4.5.
De kantonrechter begrijpt het verweer van Tilburgfietsen.nl B.V. -mede gezien de samenhang tussen de vordering in de hoofdzaak en in incident- zo dat dit is ingediend in de hoofdzaak en in het incident. Ook in incident voert Tilburgfietsen.nl B.V. aan dat zij niet de partij is die de ruimte waarin de muziek ten gehore is gebracht exploiteert.
4.6.
Op de stellingen van partijen in de hoofdzaak en in het incident wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.
5.De beoordeling
In de hoofdzaak
5.1.
De kantonrechter moet oordelen over de vraag of Tilburgfietsen.nl B.V. de vorderingen van SENA c.s. moet voldoen en of een verbod tot het ten gehore brengen van enige muziekwerken en/of voor commerciële doeleinden uitgebrachte fonogrammen of reproducties daarvan moet worden opgelegd.
5.2.
SENA c.s. stellen dat Tilburgfietsen.nl B.V. een onderneming (verkoopruimte) heeft waarin muziek openbaar gemaakt wordt als bedoeld in artikel 7 WNR en artikel 12 Aw. Om die reden hebben zij Tilburgfietsen.nl B.V. gedagvaard.
5.3.
Tilburgfietsen.nl B.V. voert aan dat SENA c.s. de verkeerde partij hebben gedagvaard. Tilburgfietsen.nl B.V. geeft aan dat SENA c.s. J en J B.V. hadden moeten dagvaarden, omdat die vennootschap de gebruiker en de huurder van het pand, althans in ieder geval de openbare voor publiek toegankelijke ruimte is. Ter onderbouwing van dit standpunt heeft Tilburgfietsen.nl B.V. de jaarafrekening van Eneco overgelegd die is gericht aan J en J B.V. en geadresseerd aan het Professor de Moorplein 283 in Tilburg en het aanslagbiljet gemeentelijke belastingen 2025 gericht aan J en J B.V. (Europalaan 239, Tilburg) waaruit blijkt dat J en J B.V. wordt aangeslagen voor de onroerende zaak belasting gebruiker van het Professor de Moorplein 283 in Tilburg.
5.4.
Tilburgfietsen.nl B.V. voert verder aan dat zij zelf op de locatie Professor de Moorplein 283 alleen een klein kantoor en wat opslagruimte in gebruik heeft. De kantoorruimte en de opslagruimte zijn niet openbaar toegankelijk. Tilburgfietsen.nl B.V. maakt geen gebruik van de verkoopruimte. De verkoopruimte wordt gebruikt door J en J B.V. In de verkoopruimte wordt muziek gedraaid.
5.5.
Verder wijst Tilburgfietsen.nl B.V. erop dat op de website van Tilburgfietsen.nl vermeld staat dat Tilburgfietsen.nl onderdeel is van J en J B.V.
5.6.
SENA c.s. is van mening dat zij de juiste partij hebben gedagvaard. Zij stellen dat uit de uittreksels van de Kamer van Koophandel niet blijkt dat J en J B.V. is gevestigd op het adres Professor de Moorplein 283 in Tilburg. De enige onderneming die is ingeschreven op genoemd adres is Tilburgfietsen.nl B.V. Ook uit de website van httpss://tilburgfietsen.nl/contact/ blijkt volgens SENA c.s. dat Tilburgfietsen.nl B.V. is gevestigd aan het Professor de Moorplein 283 in Tilburg.
5.7.
De kantonrechter ziet aanleiding om SENA c.s. op te dragen te bewijzen dat Tilburgfietsen.nl B.V. op 8 februari 2024 muziek heeft gedraaid in de openbare ruimte van het pand aan het adres Professor de Moorplein 283. Uit de overgelegde stukken blijkt inderdaad dat Tilburgfietsen.nl B.V. is gevestigd op het adres Professor de Moorplein 283 in Tilburg. Dat wordt door Tilburgfietsen.nl B.V. ook niet ontkend. Tilburgfietsen.nl B.V. erkent dat zij van een gedeelte van dit pand gebruik maakt, maar niet van het openbare voor het publiek toegankelijke gedeelte waarin muziek wordt gedraaid. Tilburgfietsen.nl B.V. heeft tijdens de rolzitting van 5 maart 2025 aangegeven dat J en J B.V. gedagvaard had moeten worden omdat dat de huurder en de gebruiker van de openbare ruimte op het adres Professor de Moorplein 283 is. Dit standpunt is door Tilburgfietsen.nl B.V. onderbouwd met de jaarafrekening van Eneco over 2024 gericht aan J en J B.V. en het aanslagbiljet gemeentelijke belastingen 2025 waaruit blijkt dat J en J B.V. gebruiker is van het pand aan de Professor de Moorstraat 283. Daarmee staat naar het oordeel van de kantonrechter niet vast dat SENA c.s. een vordering hebben op Tilburgfietsen.nl B.V.
5.8.
Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.
(Voorwaardelijk) incident
5.9.
In de dagvaarding hebben SENA c.s. voorwaardelijk een provisionele vordering ingesteld ter voorkoming van verdere inbreuken door Tilburgfietsen.nl B.V. gedurende de procedure. De provisionele vordering is uitsluitend ingesteld voor het geval Tilburgfietsen.nl B.V. verschijnt in de hoofdzaak en de vorderingen in de hoofdzaak niet direct bij verstek worden toegewezen.
5.10.
Aan de door SENA c.s. gestelde voorwaarde voor de provisionele vordering is voldaan, nu Tilburgfietsen.nl B.V. in het geding is verschenen en er niet direct een eindvonnis zal volgen. De kantonrechter zal de provisionele vordering daarom beoordelen.
5.11.
De kantonrechter verwijst naar hetgeen is overwogen in de hoofdzaak. Daaruit vloeit voort dat op het moment van het wijzen van dit vonnis niet, althans onvoldoende, vaststaat dat SENA c.s. een vordering heeft op Tilburgfietsen.nl B.V. In het incident geldt een lichtere beoordelingsmaatstaf dan in de hoofdzaak. De kantonrechter dient in het incident te toetsen of voldoende aannemelijk is dat SENA c.s. een vordering hebben op Tilburgfietsen.nl B.V. Dat is naar het oordeel van de kantonrechter niet het geval. Er zijn onvoldoende vaststaande feiten en omstandigheden die het aannemelijk maken dat SENA c.s. een vordering hebben op Tilburgfietsen.nl B.V. Daarbij weegt voor de kantonrechter zwaar mee dat de factuur in eerste instantie is gestuurd aan een andere partij, te weten J en J B.V, dan Tilburgfietsen.nl B.V. De kantonrechter wijst de vordering van SENA c.s. in het incident dan ook af.
5.12.
De kantonrechter oordeelt in het incident ook direct over de proceskosten. In de grote verwevenheid tussen de vorderingen in de hoofdzaak en de vorderingen in het incident, ziet de kantonrechter reden om de proceskosten tussen partijen te compenseren, in die zin dat iedere partij haar eigen kosten draag in het incident.
6.De beslissing
De kantonrechter
In de hoofdzaak
6.1.
draagt SENA c.s. op te bewijzen dat tijdens het bezoek van 8 februari 2024 door Tilburgfietsen.nl B.V. muziek werd gedraaid in de openbare voor publiek toegankelijke ruimte van het pand gelegen aan de Professor de Moorplein 283,
6.2.
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van
woensdag 23 juli 2025voor uitlating door SENA c.s. of zij bewijs wil leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en/of door een ander bewijsmiddel,
woensdag 23 juli 2025voor uitlating door SENA c.s. of zij bewijs wil leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en/of door een ander bewijsmiddel,
6.3.
bepaalt dat, als SENA c.s. geen bewijs door het horen van getuigen wil leveren maar wel
bewijsstukkenwil overleggen, zij die stukken dan direct in het geding moet brengen,
bewijsstukkenwil overleggen, zij die stukken dan direct in het geding moet brengen,
6.4.
bepaalt dat, als SENA c.s.
getuigenwil laten horen, zij de getuigen en de verhinderdagen van de partijen, hun gemachtigden en de getuigen in de maanden
augustus 2025tot en met
december 2025dan direct moet opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
getuigenwil laten horen, zij de getuigen en de verhinderdagen van de partijen, hun gemachtigden en de getuigen in de maanden
augustus 2025tot en met
december 2025dan direct moet opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
6.5.
bepaalt dat het getuigenverhoor zal plaatsvinden op de zitting van Kantonrechter, in het gerechtsgebouw te Tilburg, Piusplein 50,
6.6.
bepaalt dat
alle partijenuiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de kantonrechter en de wederpartij moeten toesturen,
alle partijenuiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de kantonrechter en de wederpartij moeten toesturen,
6.7.
houdt iedere verdere beslissing aan.
In het incident
6.8.
wijst de provisionele vordering af,
6.9.
compenseert de proceskosten, zodat iedere partij de eigen proceskosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. Van den Broek en in het openbaar uitgesproken op
9 juli 2025.
9 juli 2025.