Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Het procesverloop
- de processtukken zoals opgenomen in het procesdossier met nummer BRE 23/2866;
- het wrakingsverzoek, ingediend op 25 juni 2025 om 11:47 uur;
- het e-mailbericht van 26 juni 2025 van mr. I.M. Josten, hierna te noemen de rechter, waarin zij kenbaar heeft gemaakt niet in het wrakingsverzoek te berusten
- het e-mailbericht van verzoeker van 2 juli om 15:50 uur met bijlagen;
- de 33 e-mailberichten van verzoeker van 2 juli om 21:11 met bijlagen
2.Het verzoek
3.De beoordeling
“Het wrakingsverzoek moet worden gedaan zodra de in lid 4 bedoelde feiten en omstandigheden aan verzoeker bekend zijn geworden en voordat in de hoofdzaak een aanvang is gemaakt het met doen van de einduitspraak.”.