In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 28 mei 2025, wordt het handhavingsverzoek van eiser tegen de geluidsoverlast van een skatebaan behandeld. Eiser, die in de nabijheid van de skatebaan woont, heeft het college van burgemeester en wethouders van Breda verzocht om handhavend op te treden tegen de geluidsoverlast veroorzaakt door skaters. Het college heeft dit verzoek op 28 augustus 2023 afgewezen, wat eiser niet accepteert en hiertegen beroep instelt. De rechtbank oordeelt dat het college het handhavingsverzoek ten onrechte heeft afgewezen. De rechtbank stelt vast dat de geluidsoverlast, gemeten door de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant, boven de toegestane niveaus ligt en dat het college onvoldoende gewicht heeft toegekend aan de overlast die eiser ervaart. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit, maar omdat eiser inmiddels is verhuisd, blijven de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand. Eiser krijgt wel een vergoeding voor zijn griffierecht en proceskosten.