ECLI:NL:RBZWB:2025:4779
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing handhavingsverzoek openbare orde door burgemeester op basis van artikel 172 Gemeentewet
Deze uitspraak betreft de afwijzing van een handhavingsverzoek van eiser, die de burgemeester van de gemeente Breda verzocht om de openbare orde te handhaven op een voetpad naast zijn woning. Eiser is van mening dat de burgemeester zijn bevoegdheden op grond van artikel 172 van de Gemeentewet niet correct heeft ingezet. De rechtbank heeft op 23 juli 2025 geoordeeld dat de burgemeester niet bevoegd is om handhavend op te treden, omdat er geen sprake is van een onmiddellijkheidssituatie die dwingt tot een onverwijlde reactie. Eiser had op 7 juni 2024 een handhavingsverzoek ingediend, dat door de burgemeester op 26 juni 2024 werd afgewezen. Eiser heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar dit werd ongegrond verklaard. De rechtbank heeft de zaak behandeld op 17 juni 2025, waarbij eiser en zijn echtgenote aanwezig waren, evenals de burgemeester en zijn vertegenwoordigers. De rechtbank concludeert dat de overlast die eiser ervaart niet onverwacht of plotseling is en dat de burgemeester daarom niet kan optreden. Het beroep van eiser is ongegrond verklaard, wat betekent dat hij geen gelijk krijgt en geen vergoeding van proceskosten ontvangt.