9.De beslissing
- verklaart het tenlastegelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 4.4 is omschreven;
- spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen;
- verklaart verdachte strafbaar;
- veroordeelt verdachte tot
een taakstraf, bestaande uit een werkstraf, van 70 uren, subsidiair 35 dagen vervangende jeugddetentie, waarvan 35 uren, subsidiair 17 dagen vervangende jeugddetentie, voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar;
- bepaalt dat het voorwaardelijke deel van deze taakstraf niet ten uitvoer wordt gelegd, tenzij de rechter tenuitvoerlegging gelast:
* omdat verdachte zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer] van € 661,00, waarvan € 161,00 aan materiële schade en € 500,00 aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 mei 2024 tot aan de dag der voldoening.
- bepaalt dat verdachte met de mededaders hoofdelijk aansprakelijk is voor het gehele bedrag;
- verklaart de benadeelde partij in het overige gedeelte van de vordering niet-ontvankelijk en bepaalt dat de vordering voor dat gedeelte bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht;
- veroordeelt verdachte tevens in de kosten van de benadeelde partij tot nu toe gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot nu toe begroot op nihil;
- legt aan verdachte de verplichting op aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer] , € 661,00 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 mei 2024 tot aan de dag der voldoening;
- bepaalt dat bij niet betaling 0 (nul) dagen gijzeling kan worden toegepast, met dien verstande dat toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft;
- bepaalt dat verdachte met de mededaders hoofdelijk aansprakelijk is voor het gehele bedrag;
- bepaalt dat bij voldoening van de schadevergoedingsmaatregel de betalingsverplichting aan de benadeelde partij vervalt en omgekeerd.
Dit vonnis is gewezen door mr. S. Tempel, voorzitter, mr. T.M. Brouwer en mr. H. Remerie, allen kinderrechters, in tegenwoordigheid van mr. S. Kroes en mr. W.T.C. Venekamp, griffiers, en is uitgesproken ter openbare zitting op 29 juli 2025.
hij op of omstreeks 12 mei 2024 te St. Willebrord, gemeente Rucphen openlijk, te weten op/aan de Pastoor Bastiaansensingel ter hoogte van [huisnummer] (processiepark) , in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een persoon, te weten [slachtoffer] door
- meermalen, althans eenmaal in/op/tegen het gezicht en/of het hoofd en/of het lichaam te schoppen en/of
- meermalen, althans eenmaal in/op/tegen het gezicht en/of het hoofd en/of het lichaam te slaan en/of
- meermalen, althans eenmaal tegen het lichaam te duwen, terwijl dit door hem gepleegde geweld enig lichamelijk letsel, te weten aangezicht letsel en diverse kneuzingen aan hoofd, nek en rug, voor [slachtoffer] ten gevolge heeft gehad.
( art 141 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 141 lid 2 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht )