ECLI:NL:RBZWB:2025:5274

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
8 augustus 2025
Publicatiedatum
8 augustus 2025
Zaaknummer
02-118221-23
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het vervoeren van ongeveer 40 kilo MDMA met gevangenisstraf van 42 maanden

Op 8 augustus 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 25 maart 2023 te Oudenbosch, gemeente Halderberge, ongeveer 40 kilogram MDMA heeft vervoerd. De verdachte was niet verschenen op de zitting van 25 juli 2025, waarop verstek werd verleend. De officier van justitie, mr. J.J. Peerboom, heeft de verdenking gepresenteerd, die onder andere gebaseerd was op het feit dat de verdachte de bestuurder was van de auto waarin de MDMA was aangetroffen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat de officier van justitie ontvankelijk was in de vervolging. De rechtbank heeft de bewijsmiddelen beoordeeld en kwam tot de conclusie dat de verdachte opzettelijk heeft gehandeld in strijd met de Opiumwet door het vervoeren van een aanzienlijke hoeveelheid MDMA. De rechtbank heeft de ernst van het feit benadrukt, gezien de schadelijke effecten van harddrugs op de volksgezondheid en de samenleving. De verdachte heeft een strafblad dat eerdere veroordelingen voor druggerelateerde feiten bevat. Gezien de ernst van het feit en de eerdere veroordelingen, heeft de rechtbank een gevangenisstraf van 42 maanden opgelegd. Daarnaast is de teruggave van de in beslag genomen auto gelast aan de rechthebbende, terwijl de pepperspray is onttrokken aan het verkeer. De beslissing is gebaseerd op de artikelen 36b, 36d van het Wetboek van Strafrecht en de Opiumwet.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Strafrecht
Zittingsplaats: Breda
parketnummer: 02-118221-23
vonnis van de meervoudige kamer van 8 augustus 2025
in de strafzaak tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedag] 1994 te [geboorteplaats]
vertrokken onbekend waarheen.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 25 juli 2025. Tegen de correct gedagvaarde doch niet verschenen verdachte is verstek verleend. De officier van justitie
mr. J.J. Peerboom heeft zijn standpunt kenbaar gemaakt.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte ongeveer
40 kilo MDMA heeft vervoerd, dan wel aanwezig heeft gehad.

3.De voorvragen

De dagvaarding is geldig.
De rechtbank is bevoegd.
De officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging.
Er is geen reden voor schorsing van de vervolging.

4.De beoordeling van het bewijs

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte ongeveer 40 kilo- gram MDMA heeft vervoerd. Verdachte was de bestuurder van de auto waarin de dozen met MDMA zijn aangetroffen. Daarmee is volgens de officier van justitie te bewijzen dat de MDMA zich in de machtssfeer van verdachte bevond en dat hij wetenschap had van de aanwezigheid ervan.
4.2
De bewijsmiddelen
De bewijsmiddelen zijn in bijlage II aan dit vonnis gehecht. Daaruit blijkt kort gezegd dat verdachte bestuurder was van de auto waarin de dozen met MDMA werden vervoerd en dat hij bekend was met deze dozen in de auto en loog over de inhoud daarvan. De rechtbank leidt daaruit af dat verdachte bekend was met de inhoud van de dozen en daarover de beschikkingsmacht had.
4.3
De bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte op 25 maart 2023 te Oudenbosch, gemeente Halderberge, opzettelijk heeft vervoerd ongeveer 40 kilogram van een materiaal bevattende MDMA (3,4-methyleendioxymethamfetamine), zijnde MDMA (3,4-methyleendioxymethamfetamine) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is tenlastegelegd. Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

5.De strafbaarheid

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Dit levert het in de beslissing genoemde strafbare feit op.
Verdachte is strafbaar, omdat niet is gebleken van een omstandigheid die zijn strafbaarheid uitsluit.

6.De strafoplegging

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie vordert aan verdachte op te leggen een gevangenisstraf van
42 maanden.
6.2
Het oordeel van de rechtbank
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het vervoeren van ongeveer 40 kilo MDMA. Dit is een ernstig feit. Harddrugs zoals MDMA bevatten immers stoffen die schadelijk zijn voor de volksgezondheid en zijn sterk verslavend. Daarnaast gaat de handel van dergelijke verdovende middelen vaak gepaard met verschillende vormen van zware criminaliteit waarvan anderen veel last ondervinden en die ontwrichtend zijn voor de samenleving. Ook brengt de productie van MDMA, door het illegaal dumpen van chemisch afval, ernstige milieuschade met zich mee.
De rechtbank houdt bij de straftoemeting rekening met het strafblad van verdachte. Hieruit blijkt dat hij eerder is veroordeeld voor feiten die te maken hebben met softdrugs.
Gezien de ernst van het feit kan niet worden volstaan met een andere straf dan een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. De rechtbank zoekt bij de bepaling van de duur daarvan aansluiting bij de landelijke oriëntatiepunten voor straftoemeting van het LOVS. Daarin is als uitgangspunt vermeld een gevangenisstraf van minimaal 50 maanden voor het aanwezig hebben van 20 kilo of meer harddrugs. De rechtbank houdt voorts rekening met het gegeven dat het inmiddels een ouder feit betreft.
Alles afwegend acht de rechtbank de eis van de officier van justitie passend en geboden. Zij legt aan verdachte op een gevangenisstraf voor de duur van 42 maanden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan de verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.

7.Het beslag

7.1
De teruggave
De rechtbank zal de teruggave gelasten van de in beslag genomen auto aan [rechthebbende] , omdat deze redelijkerwijs als rechthebbende kan worden aangemerkt.
7.2
De onttrekking aan het verkeer
De pepperspray is vatbaar voor onttrekking aan het verkeer. Deze is bij gelegenheid van het onderzoek naar het door verdachte begane feit aangetroffen en pepperspray is een middel van zodanige aard dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of het met het algemeen belang. Bewezen is dat verdachte een opiumwetfeit heeft gepleegd. Bij het plegen van dit soort feiten is het niet ongewoon dat een dergelijk middel voor handen is.

8.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 36b, 36d van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.

9.De beslissing

De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart het tenlastegelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 4.3 is omschreven;
- spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
- verklaart dat het bewezenverklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven
verbod
- verklaart verdachte strafbaar;
Strafoplegging
- veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf van 42 maanden;
Beslag
- gelast de teruggave aan de [rechthebbende] van het inbeslaggenomen voorwerp, te weten: de bestelauto (Volkswagen Caddy);
- verklaart onttrokken aan het verkeer het inbeslaggenomen voorwerp, te weten: pepperspray.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.E.I. Beudeker, voorzitter, mr. L.W. Louwerse en mr. P.K.J. van der Wal, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S.E. van Wijk, griffier, en is uitgesproken ter openbare zitting op 8 augustus 2025.
De jongste rechter en de griffier zijn niet in de gelegenheid dit vonnis te ondertekenen.
Bijlage I
De tenlastelegging
Aan verdachte is tenlastegelegd dat
hij op of omstreeks 25 maart 2023 te Oudenbosch, gemeente Halderberge, in elk
geval in Nederland,
opzettelijk heeft vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad,
ongeveer 40 kilogram (39.299 gram), in elk geval een hoeveelheid van een materiaal
bevattende MDMA (3,4-methyleendioxymethamfetamine), zijnde MDMA
(3,4-methyleendioxymethamfetamine) een middel als bedoeld in de bij de
Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel
3a van die wet;
( art 10 lid 4 Opiumwet, art 2 ahf/ond B Opiumwet