ECLI:NL:RBZWB:2025:5339
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet-betaling griffierecht in bestuursrechtelijke zaak
Op 11 augustus 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen eiser en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV). Eiser had beroep ingesteld tegen een besluit van het UWV van 11 februari 2025, waarin het bezwaar van eiser tegen het toekennen van een WW-uitkering vanaf 1 januari 2025 ongegrond was verklaard. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat het griffierecht niet is betaald. Volgens artikel 8:41 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het verplicht om griffierecht te betalen bij het instellen van beroep. In deze zaak bedroeg het griffierecht € 53,-. De griffier had eiser in de gelegenheid gesteld om het griffierecht binnen vier weken te betalen, maar eiser heeft dit niet tijdig gedaan en geen verontschuldiging voor het verzuim gegeven. Hierdoor kon de rechtbank het beroep niet inhoudelijk beoordelen en bleef het bestreden besluit in stand. De rechtbank heeft besloten het beroep niet-ontvankelijk te verklaren, zonder dat er aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot verzet tegen deze uitspraak.