In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 18 juli 2025 uitspraak gedaan in een verzoek om vervangende toestemming voor de inschrijving van de minderjarige [minderjarige 1] op een nieuwe basisschool. De vrouw, de moeder van [minderjarige 1], verzocht de rechtbank om toestemming voor deze schoolwisseling, omdat [minderjarige 1] zich niet fijn voelde op haar huidige school in [woonplaats 2] en daar gepest zou worden. De man, de vader van [minderjarige 1], verzet zich tegen deze schoolwisseling en stelt dat de huidige school een vertrouwde omgeving is voor [minderjarige 1]. De rechtbank heeft het verzoek van de vrouw afgewezen, omdat zij onvoldoende geïnformeerd was om te kunnen vaststellen of de schoolwisseling in het belang van [minderjarige 1] zou zijn. De rechtbank benadrukt dat er meer objectieve informatie nodig is over de situatie van [minderjarige 1] op school en de zorgen die er zijn over haar welzijn. De rechtbank maakt zich zorgen over de loyaliteitsproblematiek tussen de ouders en de impact daarvan op [minderjarige 1]. De rechtbank roept de ouders op om samen met hulpverlening aan de situatie te werken en een netwerkberaad te organiseren. De beslissing om het verzoek af te wijzen is genomen in het belang van [minderjarige 1].