ECLI:NL:RBZWB:2025:5401

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
13 augustus 2025
Publicatiedatum
13 augustus 2025
Zaaknummer
C/02/429543 / HA ZA 24-687 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Verzet
Rechters
  • mr. Scheffers
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen verstekvonnis inzake bestuurdersaansprakelijkheid van [persoon] voor niet-nakoming door [B.V.]

In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 13 augustus 2025 uitspraak gedaan in een verzetprocedure. De zaak betreft een vordering van YourBoost B.V. tegen [persoon], de bestuurder van [B.V.], die in verzet is gekomen tegen een eerder verstekvonnis van 18 september 2024. YourBoost vorderde dat [persoon] persoonlijk aansprakelijk zou worden gesteld voor de niet-nakoming van een eerdere veroordeling van [B.V.] tot betaling van openstaande facturen. De rechtbank heeft vastgesteld dat [B.V.] niet aan het verstekvonnis van 20 september 2023 heeft voldaan, maar oordeelt dat [persoon] niet persoonlijk aansprakelijk is voor de schulden van [B.V.]. De rechtbank concludeert dat er onvoldoende bewijs is dat [persoon] onrechtmatig heeft gehandeld of dat zij [B.V.] opzettelijk heeft leeggehaald om aan haar verplichtingen te ontkomen. De rechtbank vernietigt het eerdere verstekvonnis en wijst de vorderingen van YourBoost af, waarbij YourBoost wordt veroordeeld in de proceskosten. De uitspraak benadrukt de hoge drempel voor persoonlijke aansprakelijkheid van bestuurders en de noodzaak voor de benadeelde partij om voldoende bewijs te leveren voor onrechtmatig handelen.

Uitspraak

RECHTBANK Zeeland-West-Brabant

Cluster II Handelszaken
Breda
Zaaknummer: C/02/429543 / HA ZA 24-687
Vonnis in verzet van 13 augustus 2025
in de zaak van
YOURSOCIALMED B.V.,
gevestigd te Kaatsheuvel,
oorspronkelijk eiseres,
gedaagde in het verzet,
advocaat: mr. M.J.A. Gaber.
tegen
[persoon],
wonende te [plaats] ,
oorspronkelijk gedaagde,
eiseres in het verzet,
advocaat: mr. M.P. Harten.
Partijen worden hierna YourBoost en [persoon] genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de oorspronkelijke dagvaarding zijdens YourBoost van 9 januari 2024 met 8 producties,
  • het tussenvonnis van 20 maart 2024,
  • de aanvullende productie 9 zijdens YourBoost,
  • het verstekvonnis van 18 september 2024 in de zaak met nummer C/02/418295/ HA ZA 24-46,
  • de verzetdagvaarding van [persoon] van 18 november 2024, te beschouwen als conclusie van antwoord,
  • het tussenvonnis van 8 januari 2025 waarbij de mondelinge behandeling is bepaald,
  • de aanvullende producties 9 en 10 zijdens YourBoost,
  • productie 1 zijdens [persoon] ,
  • de spreekaantekeningen zijdens YourBoost,
  • de spreekaantekeningen zijdens [persoon] ,
  • de zittingsaantekeningen die tijdens de mondelinge behandeling door de griffier zijn gemaakt.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1.
[persoon] is enig bestuurder en aandeelhouder van [B.V.] (hierna: [B.V.] ). YourBoost en [B.V.] hebben met elkaar overeenkomsten van opdracht gesloten, waarbij YourBoost voor [B.V.] websites ontwikkelde en onderhield. [B.V.] verkocht deze diensten vervolgens door aan haar klanten. YourBoost heeft voor haar werkzaamheden facturen verzonden aan [B.V.] . Op enig moment is [B.V.] gestopt met betaling daarvan, ondanks een ingebrekestelling daartoe. Bij verstekvonnis van deze rechtbank van 20 september 2023 [1] , gewezen tussen YourBoost en [B.V.] , is [B.V.] , uitvoerbaar bij voorraad, veroordeeld tot betaling aan YourBoost van:
a. € 20.199,63 aan openstaande facturen,
b. openstaande facturen vanaf oktober 2022 waarvan de vervaldata reeds zijn verstreken,
c. € 946,02 aan buitengerechtelijke kosten,
d. € 4.477,41 aan proceskosten,
e. de nakosten,
alles te vermeerderen met wettelijke rente en de openstaande facturen te vermeerderen met rente en kosten. Dit verstekvonnis heeft kracht van gewijsde.
2.2.
Tot op heden heeft [B.V.] niet aan het verstekvonnis voldaan. Bij e-mail van 9 november 2023 [2] heeft de raadsman van YourBoost [persoon] persoonlijk aangesproken tot nakoming van de veroordeling jegens YourBoost, met het standpunt dat sprake is van selectieve wanbetaling waardoor [persoon] persoonlijk aansprakelijk is. [persoon] is gesommeerd om binnen vijf werkdagen een bedrag van tenminste € 20.200,00 te betalen.
2.3.
Bij mail van 9 november 2023 [3] heeft [persoon] hierop gereageerd:

Ik wil graag benadrukken dat ik twee specifieke punten zie waarin u mij persoonlijk vals beschuldigt, wat overeenkomt met smaad en laster. Allereerst, met betrekking tot de beschuldiging van selectieve wanbetaling, wil ik verduidelijken dat de acties van Your Boost B.V. in januari 2022 ernstige schade hebben toegebracht aan [B.V.] Alle websites zijn offline gehaald, klanten zijn geïnformeerd over het staken van activiteiten, wat heeft geleid tot het verlies van alle klanten en omzet.
Ten tweede, sinds 2022 zijn er geen debiteuren en crediteuren meer, en er zijn geen baten meer in de B.V. Dit betekent dat er geen financiële middelen beschikbaar zijn om aan de vordering van uw cliënt te voldoen. Het is daarom ongegrond te stellen dat we iedereen betalen behalve uw cliënt.”
2.4.
[persoon] heeft niet betaald aan YourBoost.

3.Het geschil

3.1.
YourBoost vordert in de oorspronkelijke dagvaarding - samengevat - dat de rechtbank bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
I. voor recht verklaart dat [persoon] jegens YourBoost onrechtmatig heeft gehandeld,
II. [persoon] veroordeelt tot het persoonlijk voldoen aan het verstekvonnis van 20 september 2023 en de daarbij ten laste van [B.V.] uitgesproken veroordeling,
III. [persoon] veroordeelt tot betaling van € 1.033,86 aan buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met wettelijke rente,
IV. [persoon] veroordeelt in de proceskosten, te vermeerderen met wettelijke rente.
3.2.
YourBoost legt daaraan ten grondslag dat sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid van [persoon] omdat zij nakoming van het bedrag dat [B.V.] op grond van het verstekvonnis aan YourBoost moet betalen onmogelijk heeft gemaakt. [persoon] heeft [B.V.] bewust leeg getrokken en daarmee betalingsonmacht veroorzaakt, aldus YourBoost.
3.3.
Bij verstekvonnis van 18 september 2024 heeft de rechtbank de vorderingen van YourBoost toegewezen.
3.4.
[persoon] is in verzet gekomen tegen dit verstekvonnis van 18 september 2024. Volgens [persoon] moet de oorspronkelijke vordering van YourBoost alsnog worden afgewezen omdat volgens haar geen sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid.
3.5.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Vast staat dat [B.V.] gehouden is het verstekvonnis van 20 september 2023 na te komen. Dit verstekvonnis is immers in kracht van gewijsde gegaan omdat [B.V.] daartegen geen rechtsmiddel heeft aangewend. Dat is nu ook niet meer mogelijk. In deze procedure staat de vraag centraal of [persoon] als bestuurder van [B.V.] op grond van onrechtmatig handelen privé aansprakelijk is wegens het niet voldoen door [B.V.] aan de veroordeling in het verstekvonnis van 20 september 2023. De rechtbank zal deze vraag ontkennend beantwoorden en tot de conclusie komen dat de vorderingen van YourBoost alsnog moeten worden afgewezen. Hieronder volgt de uitleg op grond waarvan de rechtbank tot die conclusie komt.
Juridisch kader
4.2.
Als een vennootschap tekortschiet in de nakoming van een verbintenis of een onrechtmatige daad pleegt, is uitgangspunt dat alleen de vennootschap aansprakelijk is voor daaruit voortvloeiende schade. Onder bijzondere omstandigheden kan een bestuurder van een rechtspersoon echter naast de rechtspersoon aansprakelijk zijn. Daarbij is de drempel hoog: bestuurders zijn niet aansprakelijk voor iedere gemaakte fout of vergissing. Vereist is dat de bestuurder ter zake van de benadeling persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Het antwoord op de vraag of de bestuurder persoonlijk een ernstig verwijt als zojuist bedoeld kan worden gemaakt, is afhankelijk van de aard en ernst van de normschending en de overige omstandigheden van het geval [4] . Van een persoonlijk ernstig verwijt zal in het algemeen geen sprake zijn als sprake is van betalingsonmacht van de rechtspersoon.
4.3.
In geval van benadeling van een schuldeiser van een vennootschap door het onbetaald en onverhaalbaar blijven van diens vordering kan volgens vaste rechtspraak naast de aansprakelijkheid van de vennootschap ook, afhankelijk van de omstandigheden van het concrete geval, grond zijn voor aansprakelijkheid van degene die als bestuurder (i) namens de vennootschap heeft gehandeld dan wel (ii) heeft bewerkstelligd of toegelaten dat de vennootschap haar wettelijke of contractuele verplichtingen niet nakomt. In beide gevallen mag in het algemeen alleen dan worden aangenomen dat de bestuurder jegens de schuldeiser van de vennootschap onrechtmatig heeft gehandeld als hem, mede gelet op zijn verplichting tot een behoorlijke taakuitoefening als bedoeld in artikel 2:9 BW, een voldoende ernstig verwijt kan worden gemaakt.
4.4.
Voor de onder (i) bedoelde gevallen is in de rechtspraak de maatstaf aanvaard dat, kort gezegd, persoonlijke aansprakelijkheid van de bestuurder van de vennootschap kan worden aangenomen wanneer deze bij het namens de vennootschap aangaan van verbintenissen wist of redelijkerwijze behoorde te begrijpen dat de vennootschap niet aan haar verplichtingen zou kunnen voldoen en geen verhaal zou bieden, behoudens door de bestuurder aan te voeren omstandigheden op grond waarvan de conclusie gerechtvaardigd is dat hem ter zake van de benadeling geen persoonlijk verwijt gemaakt kan worden. Dit wordt de Beklamelnorm genoemd.
4.5.
In de onder (ii) bedoelde gevallen kan de betrokken bestuurder voor schade van de schuldeiser aansprakelijk worden gehouden indien zijn handelen of nalaten als bestuurder ten opzichte van de schuldeiser in de gegeven omstandigheden zodanig onzorgvuldig is dat hem daarvan persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Van een dergelijk ernstig verwijt zal in ieder geval sprake kunnen zijn als komt vast te staan dat de bestuurder wist of redelijkerwijze had behoren te begrijpen dat de door hem bewerkstelligde of toegelaten handelwijze van de vennootschap tot gevolg zou hebben dat deze haar verplichtingen niet zou nakomen en ook geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade. Er kunnen zich echter ook andere omstandigheden voordoen op grond waarvan een ernstig persoonlijk verwijt kan worden aangenomen. In dit onder (ii) bedoelde geval draait het, kort gezegd, om frustratie van betaling en verhaal.
4.6.
Op grond van de hoofdregel van artikel 150 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) ligt het in zowel de hiervoor onder (i) als de onder (ii) bedoelde gevallen op de weg van de benadeelde schuldeiser om te stellen, en zo nodig te bewijzen, dat de betrokken bestuurder persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt en dat de bestuurder daarom jegens hem onrechtmatig heeft gehandeld.
Beroep op Ontvanger/ [naam] (ii) - het gestelde leeghalen van [B.V.]
4.7.
YourBoost stelt dat [persoon] bewerkstelligd of toegelaten heeft dat [B.V.] haar verplichtingen niet nakomt omdat zij de vennootschap in 2022 heeft leeggehaald, wat aan haar kan worden toegerekend en waarvan haar een ernstig verwijt treft. Dat [persoon] er voor gezorgd heeft dat [B.V.] geen baten meer heeft, blijkt uit het verhaalsonderzoek van de deurwaarder (productie 5 bij dagvaarding) en de e-mail van [persoon] (productie 6 bij dagvaarding). Dat [persoon] [B.V.] heeft leeggehaald om betalingsverplichtingen te ontwijken blijkt ook het feit dat zij haar werkzaamheden in dezelfde branche heeft voorgezet middels nieuw opgerichte eenmanszaken, aldus YourBoost. [persoon] betwist het leeghalen van [B.V.] of het ontwijken van betalingsverplichtingen. Dat blijkt nergens uit en daarom kan ook geen sprake zijn van bestuurdersaansprakelijkheid, aldus [persoon] .
4.8.
De rechtbank is van oordeel dat YourBoost onvoldoende onderbouwd heeft dat [persoon] in 2022 of op enig ander moment [B.V.] zou hebben leeggehaald én dat dit zou zijn gedaan met als doel betalingsverplichtingen jegens YourBoost te ontwijken. De enkele omstandigheid dat de deurwaarder bij navraag onder de grootbanken geen rekening van [B.V.] heeft kunnen vinden, is daartoe onvoldoende. Evenmin is de stelling van YourBoost dat [persoon] haar werkzaamheden middels nieuw opgerichte eenmanszaken heeft voortgezet een onderbouwing van eventueel onrechtmatig handelen van [persoon] als bestuurder van [B.V.] . Zonder verdere toelichting kan hieruit kan geen onrechtmatig handelen van [persoon] als bestuurder worden afgeleid. Hetzelfde geldt voor de e-mail van [persoon] waarin zij aangeeft dat er geen debiteuren, crediteuren en geen baten meer zijn. Die e-mail is geen voldoende onderbouwing van het standpunt dat [B.V.] door [persoon] zou zijn leeggehaald met het doel om verhaal van YourBoost te frustreren. De conclusie is dan ook dat YourBoost onvoldoende heeft gesteld om te kunnen concluderen dat [persoon] als bestuurder van [B.V.] het ernstig verwijt te maken valt dat zij [B.V.] heeft leeggehaald en/of het verhaal van YourBoost op [B.V.] heeft gefrustreerd. YourBoost heeft ook op geen enkele manier concreet gemaakt dat [B.V.] is leeggehaald en welk voor verhaal vatbaar vermogen door [persoon] buiten het verhaalsbereik van YourBoost zou zijn gebracht én dat dit alles gebeurd zou zijn met als doel verhaal van YourBoost te frustreren.
Beroep op Beklamel norm (i)
4.9.
Ter zitting heeft YourBoost de grondslag van haar vorderingen nog aangevuld met een beroep op de Beklamel norm. Volgens YourBoost wist [persoon] bij het aangaan van de overeenkomst met YourBoost al dat [B.V.] de overeenkomst niet zou kunnen nakomen en geen verhaal zou bieden omdat [B.V.] al 65 dagen na het aangaan van de overeenkomsten gestopt is aan YourBoost te betalen. Uit die enkele omstandigheid kan echter niet zonder meer worden afgeleid dat [persoon] bij het aangaan van de overeenkomst al wist of behoorde te begrijpen dat [B.V.] niet aan haar verplichtingen zou kunnen voldoen en geen verhaal zou bieden.
Betalingsonwil
4.10.
Op zitting is door [persoon] aangegeven dat [B.V.] het verstekvonnis eventueel wel zou kunnen nakomen, maar dat [B.V.] dat niet wil omdat zij van mening is dat zij een tegenvordering uit hoofde van schadevergoeding op YourBoost heeft op basis waarvan [B.V.] kan verrekenen en/of opschorten. Ook heeft [persoon] ter zitting verklaard dat zij als bestuurder van [B.V.] daarom een bewuste keuze heeft gemaakt om hetgeen [B.V.] op basis van het verstekvonnis gehouden is aan YourBoost te voldoen, niet te betalen. Hoewel dit zou kunnen duiden op betalingsonwil van [B.V.] - wat in zijn algemeenheid sneller leidt tot het aannemen van bestuurdersaansprakelijkheid - ligt het nog steeds op de weg van YourBoost om dit aan haar vorderingen ten grondslag te leggen. Ook blijft op YourBoost de stelplicht rusten om nader toe te lichten dát sprake is van betalingsonwil van [B.V.] , dat dit aan [persoon] als bestuurder kan worden toegerekend en dat haar van die betalingsonwil een ernstig verwijt treft. Dat heeft YourBoost niet gedaan. Zij heeft de ter zitting naar voren gekomen betalingsonwil van YourBoost niet aan haar vorderingen ten grondslag gelegd en ook niet nader toegelicht waarom die betalingsonwil tot bestuurdersaansprakelijkheid van [persoon] zou moeten leiden. Bij deze stand van zaken kan [persoon] ook op de (mogelijke) grondslag van betalingsonwil niet als bestuurder van [B.V.] aansprakelijk worden gesteld.
Conclusie
4.11.
Gelet op al het vorenstaande kunnen de door YourBoost aangevoerde grondslagen niet leiden tot de conclusie dat sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid van [persoon] . Nu bestuurdersaansprakelijkheid van [persoon] niet is komen vast te staan, kan het verstekvonnis van 18 september 2024 niet in stand blijven. Dat vonnis wordt dan ook vernietigd en de vorderingen van YourBoost tegen [persoon] zullen alsnog worden afgewezen.
4.12.
YourBoost zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten (inclusief nakosten). De proceskosten van [persoon] worden begroot op:
- griffierecht
87,00
- salaris advocaat
1.572,00
(2 punten × € 786,00)
- nakosten
178,00
(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
1.837,00

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
vernietigt het door deze rechtbank op 18 september 2024 onder zaaknummer C/02/418295/ HA ZA 24-46 tussen partijen gewezen verstekvonnis en opnieuw rechtdoende:
5.2.
wijst de vorderingen van YourBoost af,
5.3.
veroordeelt YourBoost in de proceskosten van deze verzetprocedure van € 1.837,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met € 92,00 plus de kosten van betekening als YourBoost niet tijdig aan de proceskostenveroordeling voldoet en het vonnis daarna wordt betekend.
Dit vonnis is gewezen door mr. Scheffers en in het openbaar uitgesproken op 13 augustus 2025.

Voetnoten

1.Productie 4 bij dagvaarding.
2.Productie 7 bij dagvaarding.
3.Productie 6 bij dagvaarding.
4.Zie onder meer Hoge Raad 6 oktober 1989, ECLI:NL:HR:1989:AB9521 (Beklamel), Hoge Raad 8 december 2006, ECLI:NL:HR:2006:AZ0758 (Ontvanger/ [naam] ) en Hoge Raad 5 september 2014, ECLI:NL:HR:2014:2627.