ECLI:NL:RBZWB:2025:5555

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
14 augustus 2025
Publicatiedatum
19 augustus 2025
Zaaknummer
BRE 24/8320
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Weigering WIA-uitkering en geschiktheid voor eigen maatgevende arbeid

In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 14 augustus 2025, wordt de weigering van het UWV om een WIA-uitkering toe te kennen aan eiseres beoordeeld. Eiseres, die eerder werkzaam was als medewerkster callcenter, heeft een beroep ingesteld tegen de beslissing van het UWV, dat haar geschikt achtte voor haar eigen maatgevende arbeid. Eiseres heeft diverse medische klachten, waaronder dystrofie aan haar linkerenkel en rechterelleboog, en psychische klachten die voortkomen uit acceptatieproblematiek. De rechtbank heeft vastgesteld dat het UWV terecht heeft geoordeeld dat eiseres minder dan 35% arbeidsongeschikt is en dat zij geschikt is voor haar eigen maatgevende arbeid. De rechtbank heeft de medische en arbeidskundige beoordelingen van het UWV gevolgd en geconcludeerd dat de beperkingen van eiseres correct zijn vastgesteld. Het beroep van eiseres is ongegrond verklaard, maar het UWV is wel verplicht om het griffierecht en proceskosten te vergoeden. De rechtbank heeft de uitspraak openbaar gemaakt en partijen geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Zittingsplaats: Breda
Bestuursrecht
zaaknummer: BRE 24/8320 WIA

uitspraak van 14 augustus 2025 van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiser] , uit [plaats] , eiser,

(gemachtigde: mr. J.L.A.M. van Os),
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen(het UWV; kantoor Eindhoven), verweerder.

Samenvatting

1. Deze uitspraak gaat over de weigering een uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) toe te kennen aan eiseres. Eiseres is het hier niet mee eens. Zij voert daartoe een beroepsgrond aan. Aan de hand van deze beroepsgrond beoordeelt de rechtbank of het UWV terecht heeft geweigerd een WIA-uitkering toe te kennen.
1.1.
De rechtbank komt in deze uitspraak tot het oordeel dat het UWV eiseres terecht geschikt heeft geacht voor haar eigen maatgevende arbeid. Eiseres krijgt dus geen gelijk en het beroep is daarom ongegrond. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit heeft.
1.2.
Onder 2 staan de feiten en omstandigheden die van belang zijn. Onder 3 staat het procesverloop in deze zaak. Onder 4 tot en met 6 zijn de grondslag van het besluit, het wettelijk kader en het toetsingskader opgenomen. De beoordeling door de rechtbank volgt vanaf 7. Daarbij gaat de rechtbank in op de volgende vragen: zijn de beperkingen juist vastgesteld (medische beoordeling) en is de mate van arbeidsongeschiktheid juist vastgesteld (arbeidskundige beoordeling). Aan het eind staat de beslissing van de rechtbank en de gevolgen daarvan.

Feiten en omstandigheden

2. Eiseres is werkzaam geweest als medewerkster callcenter voor 33,50 uur per week. Voor dat werk is zij op 9 augustus 2021 uitgevallen vanwege pijnklachten door dystrofie aan haar linkerenkel. Later in 2022 is eiseres thuis met haar rechterelleboog tegen de wastafel gevallen en ook aan haar rechterelleboog zijn aanhoudende pijnklachten ontstaan en is de diagnose dystrofie gesteld. Rechts is eiseres haar dominante zijde. In mei 2023 werd een neurostimulator geplaatst in de onderrug van eiseres, deze werd echter na een week weer verwijderd omdat eiseres een toename van de pijnklachten ervoer. De pijnmedicatie werd vervolgens opgehoogd. Hierna ontwikkelde eiseres ook psychische klachten die hoofzakelijk voortkomen uit acceptatieproblematiek en het hebben van een slecht toekomstperspectief. Eiseres kwam op de wachtlijst voor een psychologische behandeling.

Procesverloop

3. Het UWV heeft met het besluit van 29 november 2023 (primair besluit) geweigerd per 7 augustus 2023 aan eiser een WIA-uitkering toe te kennen. Met het bestreden besluit van 18 november 2023 is het bezwaar van eiser ongegrond verklaard.
3.1.
Eiseres heeft beroep ingesteld tegen het bestreden besluit.
3.2.
Het UWV heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift
3.3.
De rechtbank heeft het beroep op 3 juli 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eiseres, bijgestaan door haar partner, de gemachtigde van eiseres en mr. B.H.C. de Bruijn namens het UWV.

Beoordeling door de rechtbank

Grondslag bestreden besluit
4. Aan het bestreden besluit heeft het UWV ten grondslag gelegd dat eiseres minder dan 35% arbeidsongeschikt is.
Wettelijk kader
5. De voor de beoordeling van het beroep belangrijke wet- en regelgeving is te vinden in de bijlage bij deze uitspraak.
Toetsingskader
6. Bij de beoordeling of het bestreden besluit juist is, is van belang of eiseres medische beperkingen heeft en of zij daardoor geheel of gedeeltelijk niet meer in staat is met arbeid inkomsten te verwerven.
Heeft het UWV de beperkingen van eiseres juist vastgesteld?
7. Het bestreden besluit, voor zover dit ziet op de medische beoordeling, is gebaseerd op rapporten van een verzekeringsarts en een verzekeringsarts bezwaar en beroep (verzekeringsarts b&b) van het UWV.
7.1.
De verzekeringsarts b&b heeft het dossier van eiseres bestudeerd, kennisgenomen van het bezwaarschrift van 11 december 2023 en de aanvullende bezwaargronden van 17 januari 2024 en eiseres gezien op de hoorzitting in bezwaar van 6 november 2024. Deze hoorzitting is gevolgd door een spreekuur waarbij de verzekeringsarts b&b een uitgebreide anamnese bij eiseres heeft afgenomen, het dagverhaal bij eiseres heeft uitgevraagd en psychisch en lichamelijk onderzoek heeft verricht bij eiseres. De verzekeringsarts b&b is allereerst van mening dat de verzekeringsarts terecht heeft gesteld dat er niet gesproken kan worden over een situatie van geen benutbare mogelijkheden volgens de daarvoor geldende criteria zoals benoemd in het Schattingsbesluit. Ondanks dat eiseres fors beperkt is in haar mobiliteit en af en toe hulp nodig heeft van anderen, vooral bij het uitkleden, is dit niet zodanig dat er gesproken kan worden over ADL-afhankelijkheid. De verzekeringsarts b&b is dan ook van mening dat eiseres belastbaar is, weliswaar met de beperkingen zoals aangenomen in de Functionele Mogelijkheden Lijst (FML). De verzekeringsarts b&b neemt, gelet op de enkelklachten en het krukken-, rolstoel- en scootmobielgebruik van eiseres, beperkingen aan op dynamische handelingen (frequent buigen tijdens het werk, duwen en trekken, tillen tijdens het werk, dragen tijdens het werk, lopen, lopen tijdens het werk, trappenlopen, klimmen, knielen of hurken en geen functies met zware en/of frequente pedaalbediening met de linkervoet, tevens dient in functies rekening gehouden te worden met het gebruik van hulpmiddelen (krukken/rolstoel/scootmobiel) bij het zich verplaatsen) en statische houdingen (staan, staan tijdens het werk geknield of gehurkt actief zijn, gebogen en/of getordeerd actief zijn en ook hierbij dient rekening gehouden te worden met het gebruik van krukken/rolstoel/scootmobiel). Verder neemt de verzekeringsarts b&b een beperkingen aan op het vervoer en beroepsmatig vervoer. Eiseres is namelijk niet in staat om te fietsen en kan geen autorijden (zij heeft ook geen rijbewijs). Grotere afstanden kunnen echter wel worden overbrugd door het gebruik maken van de eigen scootmobiel, waarbij doorgaans ook gebruik kan worden gemaakt van het openbaar vervoer. Gelet op de klachten aan de rechterelleboog neemt de verzekeringsarts b&b beperkingen aan op dynamische handelingen (schroefbewegingen met hand en arm, frequent reiken tijdens het werk, duwen en trekken en tillen tijdens het werk) en statische houdingen (boven schouderhoogte actief zijn). Verder heeft de verzekeringsarts b&b ook nog een beperking aangenomen op beschermende middelen, eiseres kan namelijk niet tegen zware beschermende middelen op het lichaam, en trillingsbelasting, eiseres dient niet blootgesteld te worden aan grove trillingen en/of schokken op het lichaam. Voor wat betreft de mentale belastbaarheid van eiseres worden er specifieke voorwaarden aangenomen voor het persoonlijk functioneren in arbeid. Eiseres is namelijk aangewezen op werk zonder veelvuldige deadlines of productiepieken, behalve als het gaat om eenvoudig productiematig/routinematig werk. Verder is eiseres aangewezen op arbeid waarin geen hoog handelingstempo vereist is, tenzij het gaat om eenvoudige taken. Verder is eiseres aangewezen op werk zonder verhoogd persoonlijk risico, eiseres kan geen werkzaamheden op hoogte verrichten en geen werkzaamheden aan machines met een verhoogd risico op het oplopen van persoonlijk letsel. Tot slot kan eiseres geen taken aan waarbij bijzondere eisen worden gesteld aan concentratie en geheugen, dit vloeit volgens de verzekeringsarts b&b waarschijnlijk voort uit het medicatiegebruik van eiseres. Gelet op de bevindingen bij het onderzoek (normale deelname aan het gesprek), ziet de verzekeringsarts geen aanleiding om nadere beperkingen op de cognitieve functies van eiseres, zoals bij het vasthouden van aandacht, aan te nemen.
7.1.1.
De beperkingen en de belastbaarheid van eiseres zijn neergelegd in de FML van 8 november 2024.
7.2.
Eiseres heeft geen kritiek op het medisch oordeel van het UWV en heeft hiertegen geen beroepsgronden aangevoerd.
7.3.
De rechtbank ziet dan ook geen aanleiding voor het oordeel dat in de FML van 8 november 2024 de beperkingen van eiseres zijn onderschat. Voor de verdere beoordeling gaat de rechtbank dan ook uit van de belastbaarheid die is neergelegd in die FML.
Heeft het UWV eiseres terecht geschikt geacht voor haar eigen maatgevende arbeid?
8. Een arbeidsdeskundige bezwaar en beroep (arbeidsdeskundige b&b) van het UWV heeft eiseres, rekening houdend met de vastgestelde FML, geschikt geacht voor haar eigen maatgevende arbeid van medewerkster callcenter voor 33,50 uur per week. De voornaamste taken binnen de maatgevende arbeid zijn: de telefoon opnemen en mensen te woord staan en voor hen een vaccinatieafspraak inplannen en telefoon ontvangen en de gegevens administratief verwerken in het computersysteem. De functie werd gedurende de hele werkdag zittend vanuit huis verricht. Hanteren van muis en toetsenbord vindt gedurende de hele werkdag plaats. In tegenstelling tot de arbeidsdeskundige is de arbeidsdeskundige b&b van mening dat er in de maatgevende arbeid van eiseres geen deadlines en/of productiepieken en een hoog handelingstempo voorkomen. Daarnaast kan eiseres in eenvoudige routinematige functies wel deadlines en/of productiepieken en hoog handelingstempo aan. De maatgevende arbeid betreft volgens de arbeidsdeskundige b&b een routinematige functie. De werkdag staat van tevoren vast en daarnaast kent de taakinhoud geen grote diversiteit die van tevoren niet goed in te schatten is. Het zijn telkens dezelfde handelingen. Daarom is de functie op deze aspecten sowieso passend.
8.1.
Eiseres heeft in haar beroepschrift aangevoerd dat de overwegingen en conclusies van de arbeidsdeskundige b&b niet begrijpelijk zijn. De arbeidsdeskundige heeft namelijk vastgesteld dat de maatgevende arbeid van medewerkster callcenter de belastbaarheid van eiseres overschrijdt, onder meer vanwege de veelvuldige deadlines of productiepieken in die functie en het hoge handelingstempo. De arbeidsdeskundige b&b stelt echter dat deze aspecten niet voorkomen in de maatgevende arbeid, maar heeft ook niet de moeite genomen om, onder meer hierover, met eiseres een gesprek te hebben. Dat was des temeer van belang geweest omdat de verzekeringsarts b&b heeft vastgesteld dat er aanvullende beperkingen zijn.
8.2.
Het UWV heeft bij zijn verweerschrift een rapport van de arbeidsdeskundige b&b van 6 februari 2025 overgelegd. Hieruit blijkt dat de arbeidsdeskundige b&b kort daarvoor contact heeft gehad met een medewerker van [uitzendbureau] , de (ex-)werkgever van eiseres, om de inhoud van de maatgevende arbeid (medewerkster callcenter vaccinatielijn) te bespreken.
De maatgevende arbeid houdt in, het opnemen van de telefoon en de vaccinatie-afspraak inplannen. Dit werd verzorgd door het [bedrijf]. Je zit dan thuis achter de laptop en krijgt een telefoontje toegewezen. De klant aan de andere kant van de lijn heeft al een keuzemenu doorlopen. Hierin moet de klant dan aangeven uit welke regio die kwam etc. Dit hoeft dan tijdens het telefoongesprek niet meer uitgevraagd te worden. Het ondersteunend programma van [bedrijf] gaf dan bepaalde tijdssloten aan waaruit eiseres kon kiezen. Eiseres moest dan aan de klant het BSN en/of de geboortedatum vragen en daarna de mogelijke tijdssloten aangeven. Vragen die geen betrekking hadden op het maken van afspraken, mocht eiseres niet beantwoorden en die moest zij gelijk doorzetten naar de tweede lijn. Als er een tijdsslot was gekozen, moest eiseres de afspraak doorzetten. Uiteindelijk werd er dan een automatische bevestiging naar de klant gestuurd. Elk telefoongesprek duurde maximaal 3,5 minuut. In de periode dat eiseres werkzaam was, was er al sprake van meer dan één minuut pauze tussen gesprekken. Dit proces herhaalt zich steeds, waardoor er volgens de arbeidsdeskundige b&b sprake is van routinematig werk. Verder heeft de arbeidsdeskundige b&b op 6 februari 2025 overleg gehad met de verzekeringsarts b&b over onder andere het aspect 1.8.7. met de toelichting “geen taken waarbij bijzondere eisen gesteld worden aan concentratie en geheugen”. Uit dit overleg blijkt dat de belastbaarheid van eiseres in de maatgevende arbeid op dit aspect niet wordt overschreden. Daarbij is de verzekeringsarts b&b, op basis van de FML, met de arbeidsdeskundige b&b van mening dat eiseres geschikt is voor de maatgevende arbeid.
8.3.
Op de zitting geeft eiseres aan dat zij het nog steeds niet eens is met het oordeel van de arbeidsdeskundige b&b van het UWV. De arbeidsdeskundige b&b heeft nog steeds geen contact met haar gehad en de arbeidsdeskundige b&b heeft contact opgenomen met [uitzendbureau] en niet met [bedrijf], de werkgever bij wie eiseres feitelijk werkzaam was. Wat door de arbeidsdeskundige b&b is omschreven, dat je rustig kan werken en dat er veel pauzes zijn, strookt niet met wat eiseres weet van de functie en haar feitelijke werkgever, [bedrijf], kan dit beamen.
8.4.
De rechtbank overweegt dat de arbeidsdeskundige b&b geen (wettelijke) plicht heeft om contact met eiseres op te nemen. Verder overweegt de rechtbank dat eiseres niet heeft aangevoerd dat de functieomschrijving, die de arbeidsdeskundige b&b van [uitzendbureau] heeft ontvangen, niet klopt en voor zover eiseres dit wel heeft aangevoerd zij dit niet heeft onderbouwd. Verder heeft eiseres ook niet aangegeven waarom de omschreven functie haar belastbaarheid, zoals neergelegd in de FML van 8 november 2024, zou overschrijden.
De rechtbank stelt wel vast dat pas in beroep de geschiktheid van eiser voor de geduide functies voldoende is toegelicht; namelijk door de arbeidsdeskundige b&b, na het inwinnen van nadere informatie bij [uitzendbureau] over de inhoud van de functie, bij de rapportage van 6 februari 2025. Gelet op deze toelichting is de rechtbank er voldoende van overtuigd dat de belastbaarheid van eiser in deze functie niet wordt overschreden. Het UWV heeft eiseres dan ook terecht geschikt geacht voor haar eigen functie.
8.5.
Het besluit van 18 november 2023 is pas in beroep is voorzien van een deugdelijke arbeidskundige onderbouwing. In zoverre is het besluit van 18 november 2023 in strijd met het bepaalde in artikel 7:12, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank kan aan dit motiveringsgebrek voorbijgaan met toepassing van artikel 6:22 van de Awb. Het is niet aannemelijk dat de belanghebbende door het motiveringsgebrek is benadeeld omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt blijft. Daarom passeert de rechtbank het gebrek.
Heeft het UWV de mate van arbeidsongeschiktheid van eiseres juist vastgesteld?
9. Het UWV heeft de mate van arbeidsongeschiktheid van eiseres juist vastgesteld. Op basis van de inkomsten die eiseres met de geduide functies zou kunnen verdienen, heeft het UWV een berekening gemaakt die leidt tot de conclusie dat eiseres minder dan 35% arbeidsongeschikt is. Omdat eiseres tegen deze berekening geen gronden naar voren heeft gebracht, gaat de rechtbank uit van deze mate van arbeidsongeschiktheid.
9.1.
Omdat pas recht bestaat op een WIA-uitkering bij een mate van arbeidsongeschiktheid van 35% of meer, heeft het UWV de WIA-uitkering terecht geweigerd per 7 augustus 2023.

Conclusie en gevolgen

10. Het beroep is ongegrond. Dat betekent dat er voor eiseres niets verandert. Het
UWV moet wel het griffierecht aan eiseres vergoeden. Dit omdat het besluit van 18 november 2023 pas in beroep voldoende is gemotiveerd. Eiseres krijgt ook een vergoeding van haar proceskosten in de beroepsfase. Het UWV moet deze vergoeding betalen.
10.1.
De vergoeding is met toepassing van het Besluit proceskosten bestuursrecht als volgt berekend. Voor de rechtsbijstand door een gemachtigde krijgt eiser een vast bedrag per proceshandeling. De gemachtigde heeft een beroepschrift ingediend en heeft aan de zitting van de rechtbank deelgenomen. In beroep heeft elke proceshandeling een waarde van € 907,-.
Verder zijn er geen kosten gemaakt die vergoed kunnen worden. De vergoeding bedraagt dan in totaal € 1.814,-.

Beslissing

De rechtbank:
- verklaart het beroep ongegrond.
  • bepaalt dat het UWV het griffierecht van € 51,- aan eiseres moet vergoeden;
  • veroordeelt het UWV tot betaling van € 1.814,- aan proceskosten aan eiser.
Deze uitspraak is gedaan door mr. R.P. Broeders, rechter, in aanwezigheid van mr. M.R. Jouvenaar, griffier, op 14 augustus 2025 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met de uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden.
Digitaal hoger beroep instellen kan via “Formulieren en inloggen” op www.rechtspraak.nl. Hoger beroep instellen kan eventueel ook nog steeds door verzending van een brief aan de Centrale Raad van beroep, Postbus 16002, 3500 DA Utrecht.

Bijlage wettelijk kader

In artikel 4, eerste lid, van de Wet WIA is bepaald dat volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is degene die als rechtstreeks en objectief medisch vast te stellen gevolg van ziekte, gebrek, zwangerschap of bevalling duurzaam slechts in staat is om met arbeid ten hoogste 20% te verdienen van het maatmaninkomen per uur.
In het tweede lid is bepaald dat in het eerste lid onder duurzaam wordt verstaan een medisch stabiele of verslechterende situatie.
In het derde lid is bepaald dat onder duurzaam mede wordt verstaan een medische situatie waarbij op lange termijn een geringe kans op herstel bestaat.
Volgens artikel 5 van de Wet WIA is gedeeltelijk arbeidsgeschikt degene die als rechtstreeks en objectief medisch vast te stellen gevolg van ziekte, gebrek, zwangerschap of bevalling slechts in staat is met arbeid ten hoogste 65% te verdienen van het maatmaninkomen per uur, maar die niet volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is. Dit betekent dat pas recht op uitkering bestaat bij een mate van arbeidsongeschiktheid van 35% of meer.