ECLI:NL:RBZWB:2025:6295

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
28 augustus 2025
Publicatiedatum
18 september 2025
Zaaknummer
C/02/439111 / FA RK 25-4354
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • Mr. Govaers
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortzetting van crisismaatregel in het kader van psychische stoornis

In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 28 augustus 2025 uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende de voortzetting van een crisismaatregel voor een betrokkene, geboren in 1995. De officier van justitie had verzocht om een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor de duur van drie weken. De rechtbank heeft de zitting met gesloten deuren gehouden, waarbij de betrokkene, zijn advocaat en zorgverleners zijn gehoord. De betrokkene verblijft in een accommodatie en heeft een crisismaatregel opgelegd gekregen door de burgemeester van Goes vanwege ernstige verwaarlozing en overlast in de buurt. De behandelaar van de betrokkene heeft aangegeven dat er sprake is van een psychische stoornis, met name een schizofreniespectrumstoornis, en dat de betrokkene medicatie nodig heeft. De rechtbank heeft vastgesteld dat er onmiddellijk dreigend ernstig nadeel is, waaronder gevaar voor de algemene veiligheid en ernstig lichamelijk letsel. De rechtbank heeft de gevraagde machtiging verleend, omdat er geen minder bezwarende alternatieven zijn en de verplichte zorg noodzakelijk is om het ernstig nadeel af te wenden. De machtiging geldt tot en met 18 september 2025.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Middelburg
Zaaknummer: C/02/439111 / FA RK 25-4354
Datum uitspraak: 28 augustus 2025
Beschikking voortzetting crisismaatregel
op het verzoek van de officier van justitie voor
[betrokkene],
geboren op [geboortedag] 1995 in [geboorteplaats],
hierna te noemen betrokkene,
wonend in [plaats],
advocaat mr. M.W. Dieleman uit Middelburg.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De rechtbank neemt de volgende stukken mee in de beoordeling:
- het verzoekschrift met bijlagen, binnengekomen bij de rechtbank op 25 augustus 2025.
1.2.
De zitting met gesloten deuren heeft plaatsgevonden op 28 augustus 2025. Daarbij zijn gehoord:
  • betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat;
  • [naam 1], arts, behandelaar;
  • [naam 2], verpleegkundige.
1.3.
Tevens was er een coassistent aanwezig. Deze is echter niet gehoord.

2.Wat vaststaat

2.1.
Betrokkene verblijft met een crisismaatregel in [accommodatie]. De burgemeester van Goes heeft de crisismaatregel op 23 augustus 2025 afgegeven.

3.Het verzoek

3.1.
De officier van justitie verzoekt de rechtbank een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel te verlenen voor de duur van drie weken.

4.De standpunten

4.1.
Betrokkene vertelt dat het wel goed met hem gaat. Hij krijgt nu medicatie en heeft daarbij geen last van bijwerkingen. Betrokkene zou het niet erg vinden om nog langer bij [accommodatie] te moeten verblijven. Dat is volgens betrokkene voor nu de beste optie. Wel zou hij graag even naar huis willen om zijn telefoon op te halen.
4.2.
De behandelaar van betrokkene geeft aan dat betrokkene op het moment redelijk rustig is. Betrokkene is bekend met psychosegevoeligheid, met name onder de invloed van drugs. Zolang betrokkene niet gebruikt, is het redelijk rustig rondom hem. De zucht is echter zo groot dat betrokkene blijft gebruiken. Hij veroorzaakt daarbij overlast in de buurt en geeft mensen een angstig gevoel. Betrokkene staat onder bewind, maar het geld dat hij krijgt maakt hij op aan drugs. Daarnaast is de zelfzorg niet op peil en is zijn woning ernstig vervuild en verwaarloosd. De moeder van betrokkene maakt zich ernstig zorgen over betrokkene en de staat van zijn woning. Betrokkene is in de thuissituatie niet medicatietrouw. Tijdens de voortzetting van de crisismaatregel willen ze de zucht laten zakken en kijken hoe deze situatie in de toekomst voorkomen kan worden. Hiervoor verwacht de behandelaar ongeveer tien dagen nodig te hebben. Over het voorkomen van een nieuwe situatie zoals deze zijn de zorgverleners al langer in overleg. Ten aanzien van de vormen van zorg zijn volgens de behandelaar ‘toedienen van medicatie’, ‘verrichten van medische controles’, ‘beperken van de bewegingsvrijheid’, ‘insluiten’, ‘uitoefenen van toezicht’ en ‘opnemen in een accommodatie’ noodzakelijk.
4.3.
De advocaat van betrokkene stelt dat het verhaal wat hij hoort past bij de ervaringen die hij heeft met betrokkene. Het is een vriendelijke man, maar af en toe loopt het uit de hand. De advocaat geeft aan zich zorgen te maken over het toekomstperspectief van betrokkene. Hij dreigt zijn woning te verliezen, omdat in de buurt ook steeds minder draagvlak is. Het kost betrokkene moeite om zijn zaken op orde te krijgen. Hij wil graag even naar huis, dat zal even afgesproken moeten worden, maar de advocaat heeft bezwaar tegen toewijzing van het verzoek. Daarbij dient wel gekeken te worden naar een oplossing voor de lange termijn. Ten aanzien van de vormen van verplichte zorg adviseert de advocaat om ‘aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten’ ook op te nemen, voor de situatie dat betrokkene binnen drie weken naar huis kan.

5.De beoordeling

5.1.
De rechtbank verleent de gevraagde machtiging voor de duur van drie weken. Zij legt hierna uit waarom zij deze beslissing neemt.
5.2.
Uit de overgelegde stukken en de zitting is gebleken dat er ten aanzien van betrokkene sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op:
- ernstig lichamelijk letsel;
- ernstige verwaarlozing;
- maatschappelijke teloorgang;
- het oproepen van agressie van een ander door het vertonen van hinderlijk gedrag;
- gevaar voor de algemene veiligheid van personen en goederen.
5.3.
Betrokkene is uit zijn huis gehaald door de politie, na aanhoudende klachten van overlast uit de buurt. Tijdens de opname maakt betrokkene een verwaarloosde indruk: hij is zeer mager en heeft een grijs gelaat. Daarbij lijkt betrokkene psychotisch en is zijn denken verhoogd associatief. Betrokkene is zeer geladen en verbaal agressief. Tijdens de opname is betrokkene in de EBK geplaatst met een zeer onrustig psychomotorisch beeld.
5.4.
Vermoed wordt dat het ernstig nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit een psychische stoornis. Betrokkene heeft namelijk schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen. Bij betrokkene uit zich dit in de vorm van een gedesorganiseerd psychotisch toestandsbeeld, geluxeerd door middelengebruik.
5.5.
De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
5.6.
De rechtbank is op grond van de medische verklaring en de toelichting tijdens de zitting van oordeel dat de volgende vormen van verplichte zorg nodig zijn om het nadeel af te wenden:
- het toedienen van medicatie;
- het verrichten van medische controles;
- het beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
5.7.
De overige door de officier verzochte vormen van verplichte zorg worden door de rechtbank niet noodzakelijk geacht, omdat de noodzakelijkheid daarvan niet (afdoende) is gemotiveerd en de behandelaar tijdens de mondelinge behandeling gemotiveerd heeft verklaard dat deze niet nodig zijn om het ernstig nadeel af te wenden.
5.8.
Betrokkene verzet zich tegen de zorg. Betrokkene kan geen instructies opvolgen en laat geen zorg toe.
5.9.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Bij het bepalen van de juiste vormen van zorg is rekening gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen en om te zorgen voor de veiligheid van betrokkene en zijn omgeving.

6.De beslissing

De rechtbank:
6.1.
verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1995 in [geboorteplaats], wat inhoudt dat de maatregelen die in rechtsoverweging 5.6 staan kunnen worden toegepast;
6.2.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met
18 september 2025;
6.3.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 28 augustus 2025 door mr. Govaers, rechter, in aanwezigheid van mr. Brok, griffier en op schrift gesteld op 11 september 2025.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.