ECLI:NL:RBZWB:2025:6297

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
28 augustus 2025
Publicatiedatum
18 september 2025
Zaaknummer
C/02/439109 / FA RK 25-4352
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • mr. Govaers
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortzetting van crisismaatregel in het kader van psychische zorg

In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 28 augustus 2025 een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de voortzetting van een crisismaatregel voor een betrokkene, geboren in 1997. De officier van justitie had verzocht om een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor de duur van drie weken, omdat de betrokkene psychotisch was en in een crisisverblijf verbleef. Tijdens de zitting, die achter gesloten deuren plaatsvond, zijn de betrokkene, haar advocaat en behandelaars gehoord. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene zich in een kwetsbare toestand bevond, met een floride psychotisch toestandsbeeld, en dat er een onmiddellijk dreigend ernstig nadeel bestond, waaronder het risico op ernstige psychische schade en gevaar voor de veiligheid van anderen. De rechtbank heeft de gevraagde machtiging voor drie weken verleend, omdat een kortere termijn niet voldoende zou zijn om de noodzakelijke zorg te bieden en de betrokkene te stabiliseren. De rechtbank heeft ook overwogen dat er geen minder bezwarende alternatieven beschikbaar waren en dat de verplichte zorg noodzakelijk was om het ernstig nadeel af te wenden. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door mr. Govaers, rechter, in aanwezigheid van mr. Brok, griffier.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Middelburg
Zaaknummer: C/02/439109 / FA RK 25-4352
Datum uitspraak: 28 augustus 2025
Beschikking voortzetting crisismaatregel
op het verzoek van de officier van justitie voor
[betrokkene],
geboren op [geboortedag] 1997 in [geboorteplaats],
hierna te noemen betrokkene,
wonend in [plaats],
advocaat mr. E.S. van Aken uit Zierikzee.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De rechtbank neemt de volgende stukken mee in de beoordeling:
- het verzoekschrift met bijlagen, binnengekomen bij de rechtbank op 25 augustus 2025.
1.2.
De zitting met gesloten deuren heeft plaatsgevonden op 28 augustus 2025. Daarbij zijn gehoord:
  • betrokkene, bijgestaan door haar advocaat;
  • [naam 1], AIOS, behandelaar;
  • [naam 2], verpleegkundige.

2.Wat vaststaat

2.1.
Betrokkene verblijft met een crisismaatregel in [accommodatie]. De burgemeester van Goes heeft de crisismaatregel op 23 augustus 2025 afgegeven.

3.Het verzoek

3.1.
De officier van justitie verzoekt de rechtbank een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel te verlenen voor de duur van drie weken.

4.De standpunten

4.1.
Betrokkene vertelt dat ze zich licht gespannen voelt, mede door de zitting. Ze heeft het idee dat het antipsychoticum dat ze krijgt wel helpt. Betrokkene stelt dat ze niet weet wat er de afgelopen dagen is gebeurd, maar ze zou het niet fijn vinden als ze nog langer bij [accommodatie] zou moeten blijven. Ze wil graag terug naar huis, naar haar katten.
4.2.
De behandelaar van betrokkene geeft aan dat betrokkene psychotisch is binnengekomen en heel gedesorganiseerd was. Ze was motorisch erg onrustig en vertoonde vreemd gedrag. De motorische onrust is gaan liggen, maar betrokkene verblijft incoherent in verhaal en is moeilijk te volgen. Betrokkene heeft al langer last van persoonlijkheidsproblematiek, met onder meer een eetstoornis in het verleden. Daarbij heeft ze ook suïcidale gestes en uitspraken gedaan. Betrokkene is op dit moment rustig aanwezig in de groep. Voor de voortzetting van de crisismaatregel is het de bedoeling om betrokkene verder te stabiliseren en diagnostisch na te denken, nu het toch een vreemd beeld was wat betrokkene liet zien. Het duurt bovendien nog een paar dagen totdat de medicatie op spiegel is. Voor na de drie weken van de voortzetting moet gekeken worden wat de juiste zorg is voor betrokkene. Desgevraagd geeft de behandelaar aan dat het FACT-team, na het intakegesprek op 3 september a.s., niet meteen kan beginnen met het bieden van zorg. Het is dus niet met zekerheid te zeggen dat betrokkene na die datum gelijk naar huis kan. Daarbij is ze nog steeds heel verward en zijn er zorgen voor in de thuissituatie.
4.3.
De advocaat van betrokkene bepleit een toewijzing van het verzoek, maar slechts voor de duur van twee weken. Betrokkene vindt de opname niet fijn en er worden stappen gezet in de behandeling. Daarnaast is ook de familie heel betrokken en zorgvaardig. Wellicht is na twee weken ook de zorg vanuit het FACT-team opgezet.

5.De beoordeling

5.1.
De rechtbank verleent de gevraagde machtiging voor de duur van drie weken. Zij legt hierna uit waarom zij deze beslissing neemt.
5.2.
De rechtbank gaat niet mee in het verzoek van de advocaat om de duur van de machtiging te verkorten. Een duur van drie weken is naar het oordeel van de rechtbank al kort en in die tijd moet nog één en ander in gang worden gezet. De rechtbank heeft de vrees dat betrokkene, bij een kortere duur van de machtiging, in een situatie terecht komt waarbij ze tussen wal en schip raakt.
5.3.
Uit de overgelegde stukken en de zitting is gebleken dat er ten aanzien van betrokkene sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op:
- ernstige psychische schade;
- het oproepen van agressie van een ander door het vertonen van hinderlijk gedrag;
- gevaar voor de algemene veiligheid van personen en goederen.
5.4.
Betrokkene is zeer kwetsbaar vanuit haar psychotisch toestandsbeeld. Hierdoor is zij makkelijk te misbruiken, wat volgens haar ouders ook gebeurt. De ouders van betrokkene zijn volledig overbelast en emotioneel uitgeput. Betrokkene heeft haar vader ook tot tweemaal toe geslagen. Daarnaast laat betrokkene hallucinatoir gedrag zien. Zij kijkt om zich heen en praat in zichzelf. Tevens is zij incoherent in verhaal.
5.5.
Vermoed wordt dat het ernstig nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit een psychische stoornis. Betrokkene heeft namelijk schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen. Bij betrokkene uit zich dit in de vorm van een floride psychotisch toestandsbeeld.
5.6.
De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
5.7.
De rechtbank is op grond van de medische verklaring en de toelichting tijdens de zitting van oordeel dat de volgende vormen van verplichte zorg nodig zijn om het nadeel af te wenden:
- het toedienen van medicatie;
- het verrichten van medische controles;
- het beperken van de bewegingsvrijheid;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
5.8.
De overige door de officier verzochte vormen van verplichte zorg worden door de rechtbank niet noodzakelijk geacht, omdat de noodzakelijkheid daarvan niet (afdoende) is gemotiveerd en de behandelaar tijdens de mondelinge behandeling gemotiveerd heeft verklaard dat deze niet nodig zijn om het ernstig nadeel af te wenden.
5.9.
Betrokkene verzet zich tegen de zorg. Ze weigert alle aangeboden hulp, wil geen opname en ook geen mensen bij haar thuis. Het ontbreekt betrokkene compleet aan ziektebesef en -inzicht.
5.10.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Bij het bepalen van de juiste vormen van zorg is rekening gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen en om te zorgen voor de veiligheid van betrokkene en haar omgeving.

6.De beslissing

De rechtbank:
6.1.
verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1997 in [geboorteplaats], wat inhoudt dat de maatregelen die in rechtsoverweging 5.7 staan kunnen worden toegepast;
6.2.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met
18 september 2025;
6.3.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 28 augustus 2025 door mr. Govaers, rechter, in aanwezigheid van mr. Brok, griffier en op schrift gesteld op 11 september 2025.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.