Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
- de dagvaarding van 30 december 2024 met producties 1 t/m 15,
- de mondelinge behandeling op 5 februari 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
2.IPR
3.Het geschil
4.De beoordeling
Eiseres heeft tijdens de mondelinge behandeling met betrekking tot de onder 1 gevorderde wettelijke handelsrente verklaard dat beoogd wordt gedaagde te veroordelen tot voldoening van de hoofdsom, te vermeerderen met de wettelijke rente bij niet voldoening. Uit de formulering van de rentevordering dringt zich een andere uitleg op, namelijk dat deze wordt gekoppeld aan de termijn waarbinnen de proceskosten moeten zijn voldaan. De vordering zal conform de gestelde bewoordingen worden toegewezen.
€ 178,00(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)